Tot Ziens, Justine Keller, zo heet de nieuwe arbeidsvrucht van Spinvis, het alias van de Nederlandse muzikant Erik de Jong. Maar er is meer: bij de luxe-uitgave van de plaat hoort een prentenalbum, vormgegeven door striptekenaar Hanco Kolk. Twee verschillende artiesten en de brug tussen hen in: hoe kijken zij naar de andere kant?

SPINVIS OVER HANCO KOLK: ‘HIJ BLIJFT GÁÁN’

‘De aanzet voor onze samenwerking was Strips In Stereo, een eenmalige happening in de Amsterdamse Paradiso, een jaar of vijf geleden. Daar maakten tekenaars een strip bij een Nederlandstalig liedje. Hanco had Voor Ik Vergeet van mij uitgekozen. Wat hij erbij maakte, vond ik heel fotografisch en poëtisch. Hij verklaarde niets, het was geen plaatje bij een woordje. Hij legde er een soort pastelgevoel in.’

‘Het klikte tussen ons. We begonnen samen te werken. Alleen ben ik nogal een lone wolf, en chaotisch. Daar moesten we elkaar in vinden, want ik wil tot de laatste seconde voor de deadline nog dingen veranderen. Langzamerhand, door het jaar heen, is dankzij veel e-mailen alles samengekomen. Vaak bleek dat we op een wonderbaarlijke manier dezelfde beslissingen hadden genomen. Nochtans: het is helemaal zijn fantasie. Bij elk liedje heeft hij een andere grafische stijl gehanteerd: soms tekende hij met dun potlood, soms gebruikte hij foto’s. Over wat bij mij het beeld of de bedoeling van het nummer was, heb ik bewust gezwegen. Om hem helemaal vrij te laten. Los van elkaar werken zorgt voor een spanning. Als alles meteen in harmonie gebeurt, is het af. Dan zitten er geen geheimen meer in wat je maakt.’

‘Ik respecteer Hanco enorm omdat hij zich blijft ontwikkelen. Hij houdt geen halt bij een stijl als hij er succes mee oogst. Integendeel: hij blijft gáán, almaar verder en verder. En dat inspireert. Hij is een ongelofelijk goede kunstenaar. Toen ik Meccano las, zijn laatste grote werk, voelde ik me als op een achtbaan door het verhaal denderen. Ik lees het nog geregeld. Niet alleen omdat het grafisch zo sterk is en veel kleuren heeft, maar ook omdat het verhaal zo meeslepend en filmisch is. Je ziet de plaatjesstrip in iets abstracters overgaan. Dat grafische zit er bij mij ook erg in: ik maak mijn eigen artwork, posters, fonts. Ik had best striptekenaar willen worden. Dichter kom ik daar niet meer bij. Trouwens, dit prentenalbum is een prachtig object om in je handen te hebben, zoals een dikke vinylplaat met grote hoes die heel tastbaar is en lekker ruikt. Tja, je kunt inderdaad zeggen: als er beeld nodig is, schiet het woord dan niet tekort? Maar het is ook mooi om te zien hoe er tussen twee disciplines in iets kan ontstaan. Iets wat geen van beiden heeft, maar elkaar wel voedt. Dit was nieuws- gierigheid. Kijken wat er gebeurt, of het iets toevoegt, en wát. Het plezier van het bedenken en het maken, daar was het ons om te doen.’

HANCO KOLK OVER SPINVIS: ‘VAKMAN EN KUNSTENAAR TEGELIJK’

‘Wat ik in Erik als persoon bewonder, is dat hij op zijn veertigste zijn leven helemaal omgedraaid heeft, en zichzelf opnieuw heeft uitgevonden. Dat vind ik prachtig, en zelf probeer ik dat ook voortdurend. Zijn werk is heel minutieus. Hij doet niets voor niets. Alles heeft een bepaalde betekenis. Hij wéét waarom die gitaar precies in het midden van een liedje moet opduiken. Hij is vakman en kunstenaar tegelijk, en die combinatie zie je niet vaak. De meeste andere muziek kan ik rationeel begrijpen: dat is goed gedaan om die en die reden. Bij hem kan ik dat niet. Ik herinner me de presentatie van Dagen Van Gras, Dagen Van Stro – een klein concert was dat. Toen werd er zo verschrikkelijk gefocust gespeeld, dat ik me er na elk nummer op betrapte dat ik aldoor mijn adem had ingehouden. Zo intens allemaal. Dat is geweldig, dát hoort muziek te doen.’

‘Minder dan betekenis zit er vooral sféér in zijn teksten. Die heb ik dus geprobeerd te vatten. Dat zorgde ervoor dat mij als het ware een vorm werd gedicteerd. Ik wist vrijwel meteen waar ik heen wilde. Wat ik absoluut níét wilde, was dat mijn werk de verbeelding van de luisteraar voor de voeten zou lopen. Het geheel moest voor meerdere interpretaties open blijven. Het beeld diende het woord te versterken, niet te doorgronden. Ja, soms kon ik er best van balen als Erik weer eens kwam aanzetten met een tekst waarvan hij enkele regels had vervangen. Maar zo werk ik zelf ook, dus kon ik meteen zien: ja, dit zijn verbeteringen. Want Erik en ik bedienen ons dan wel van verschillende media, we werken beiden intuïtief. Tegelijk weten we heel goed waarmee we bezig zijn.’

‘Onlangs zaten we samen wat te drinken bij de uitgever, en toen zeiden we tegen elkaar: ‘Wat jammer dat het af is.’ Want het was zo’n fantastisch mooie tijd. Ik was zó gelukkig! Je ziet allemaal demo’s van een nummer binnenkomen, je ziet het groeien, want dan komt er weer een herziene versie van. En intussen was ik aan het tekenen. Dat voedde elkaar. Hij zei van het begin af: ‘Laat je niet tegenhouden, ga tot het uiterste.’ Nou, dat is precies wat ik nodig heb. Ik vind zijn nieuwe plaat echt een monument in de Nederlandstalige popmuziek. Nederlands is ook mijn werktaal, en ik ben er even dol op. Laatst hoorde ik het woord ‘verkeersinfarct’. Ga ik meteen Erik sms’en: ‘Moet je horen wat een mooi woord!’ ( Lacht) Dan zitten we echt te genieten. Ja, dit is een vriendschap die nog lang niet over is.’

DOOR KURT BLONDEEL

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content