Sneeuw, hond, voet

Eerste zin De eerste tekenen van de herfst drijven Adelmo Farandola ertoe naar het dorp af te dalen om voorraden in te slaan.

Het is een glibberige afdaling van zijn berghut naar het dal en straks moet hij terug omhoog, beladen als een pakezel. Adelmo Farandola kan niet anders: zijn voorraadschuur is leeg en de winter staat voor de deur – niemand wil ingesneeuwd raken zonder eten. Maar blijkbaar takelt het geheugen van de oude Farandola af: in de buurtsuper beweren ze dat hij vorige week ook al stapels eten heeft ingekocht. Of lachen ze de zonderling uit? Paranoia is de kluizenaar niet vreemd: waarom hangt de joviale jachtopziener zo vaak rond bij zijn hut? Die ene gestroopte gemsbok kan toch niet de reden zijn? En waar komt die pratende hond vandaan?

Aan absurde raadsels geen gebrek in deze winternovelle van Claudio Morandini. De sinistere opzet – obligaat lijk in de sneeuw incluis – werkt voor een paar pagina’s maar de vondst van een kletsende hond werkt al snel op de zenuwen. Morandini suggereert veel – een oude familievete, een roofmoord – maar lost de verwachtingen niet in en laat je te veel in het ongewisse. Zeker het open einde irriteert omdat je het gevoel krijgt dat Morandini zelf geen oplossing zag voor zijn mysteries. Jammer, temeer omdat zijn nors hoofdpersonage een betere aftocht verdiende.

Sneeuw, hond, voet **

Claudio Morandini, Koppernik (oorspronkelijke titel: Neve, cane, piede), 128 blz., ? 19,50.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content