De veteraan doet weer mee. ‘Ridge Racer 6’ gebruikt de meest geavanceerde spelconsole om te laten zien dat de racegames van vroeger minstens even leuk waren.

Ridge Racer 6 ***

(XBOX 360)

Tijd kent geen genade, zelfs niet voor elektronische spelletjes. Tien jaar geleden luidde Ridge Racer een nieuw tijdperk in: de game dreef jongeren over de hele wereld naar de PlayStation-console. Sindsdien heeft het prijsbeest uit de Namco-stal veel van zijn allure verloren: Gran Turismo, Colin McRae Rally en andere toppers hebben laten zien dat het nóg beter en nóg mooier kan. Ridge Racer 6, de eerste voor de Xbox 360, beloofde dan ook niks goeds. Maar wat blijkt: de veteraan doet weer helemaal mee. Een verrassende comeback, aangezien nummer vijf uit de RR-reeks al bijna zes jaar oud is. Verbazend is echter vooral de manier waaróp Namco die terugkeer waarmaakt: door niét mee te gaan met de tijd. Ridge Racer houdt vast aan oude en achterhaalde concepten, maar slaagt er wel in om van die zonde een deugd te maken. De game heeft bijvoorbeeld geen schademeter. Wat maakt dat je tegen 200 km/u in een muur kan beuken zonder daar één schrammetje of bluts aan over te houden. Lullig, denk je dan, een gemiste kans om de gameplay meer werkelijkheidswaarde te geven. Namco redeneert echter: het hoeft niet écht te zijn, als het maar leuk is. En zowaar, het doet inderdaad deugd om lekker ouderwets te knallen. Zonder brokken, maar ook zonder bullshit. Je bent niet Michael Schumacher, je zit niet in een Ferrari, maar je rijdt wel alsof je leven ervan afhangt. Denk vooral niet dat Ridge Racer een hapklare brok is: je moet stevig kunnen sturen om als eerste de finish te bereiken. Doordat de moeilijkheidsgraad geleidelijk aan stijgt, moet je zelfs tot de laatste minuut knokken. Samengevat: Ridge Racer 6 is een simulator noch een arcadegame, maar iets tussenin. Iets wat we iedereen van harte aanbevelen. Namco neemt een loopje met de werkelijkheid en doet dat goed. Bij het aansnijden van een bocht moet je niet remmen en insturen, zoals het eigenlijk hoort, maar wel gas geven en glijden. Zelfs als de ondergrond van het circuit en de wagen zich daar niet toe lenen. Het slippen is even belangrijk als het sturen en wordt beloond met nitroboosts die je maximumsnelheid verhogen. Een discutabele speloptie, waarvan je vroeg of laat echter moét erkennen dat ze werkt. In de Global Time Attack-mode kan je ghost cars van andere spelers downloaden om te achterhalen waar je tekortschiet. Je tijden worden opgenomen in een onlinerangschikking die de wereldkampioen aanduidt. Als Namco nu nog de processorkracht van de Xbox 360 leert benutten, krijgen we straks ook betere graphics. Hopelijk moeten we niet wachten tot Ridge Racer 9 vooraleer Namco daar werk van maakt.

Bart Vandormael