MARTIN HEYLEN ZUIGT zich in de wielen van de Tour de France, tijdens de talkshow ‘Vive le Tour’ (vanaf vrijdag 2/7, elke dag – 21.15 Sporza). DOOR GUNTER VAN ASSCHE
1 Is ‘Vive le Tour’ niet zo’n beetje ‘De Laatste Show’ op verplaatsing?
Als je bedoelt dat er ook gasten en een presentator zijn: inderdaad. Maar de verschillen met De Laatste Show zijn belangrijker dan die twee gelijkenissen. Het wordt in de eerste plaats geen zetelprogramma, en het aantal gasten varieert: als we iemand langs de weg zien lopen die interessant is, komt die evengoed in het programma. Ik meet me bovendien niet met iemand als Mark Uytterhoeven die al 24 programma’s achter zijn naam heeft staan.
2 Wie worden je gasten?
3 Je was vroeger zelf sportjournalist, maar het veldwerk laat je nu aan iemand anders over.
We hebben een specialist, Paul d’Hoore, die elke keer vertelt wat er gebeurd is. Het wordt wel geen louter journalistiek verslag van de dag. Achter op een moto zal Paul elke dag zijn voelhoorns uitsteken en luisteren naar alle officiële en officieuze bronnen. Paul is trouwens zelf een gedreven wielerjournalist en wielrenner.
4 Ook toen je nog voor de krant over sport schreef, was je al meer geïnteresseerd in de achtergrondverhalen. Zal dat op tv ook zo zijn?
Voor mij gaat het er niet om of Iban Mayo 16 seconden sneller eindigt in de tijdrit. Het draait ons om het avontuur, de nomadentocht waarbij je drie weken niet in je eigen bed kan liggen en elke avond een spannende apotheose beleeft met de live-uitzending. En God weet wat er ons allemaal kan overkomen.
5 Vergis ik me of is de Tour vanuit de zetel volgen echt leuker dan aan de kant van de weg gaan staan?
Wel, als je langs de weg staat, zie je de renners gemiddeld gedurende 17 seconden passeren. Het traject is dan ook meer één lange picknick of barbecue. De Tour is voor veel toeschouwers een alibi om samen van het rustige leven te genieten, en te discussiëren over de koers natuurlijk: in Vlaanderen alleen al zijn er twee miljoen koerskenners. Die sfeer van de Tour de France willen we ook oproepen in Vive le Tour.
6 Ga je op zoek naar de tragedies van de Tour?
Ik zoék nooit naar emotionele ontreddering, maar het zou mooi zijn als de warmte van mijn gesprekken in Man Bijt Hond ook in Vive le Tour zou zitten. Het spektakel moet voelbaar zijn en de chemie merkbaar. Dat zijn natuurlijk goede voornemens – misschien vergaloppeer ik me wel volkomen.
7 Van vinger aan de bel naar presentator in de Tour. Geen makkie, lijkt me.
Je bent te laat om me te ontmoedigen. Bovendien is dit een van de moeilijkste vormen van talkshow: we gaan rechtstreeks op antenne, dus ieder woord ligt vast. Bovendien filmen we op locatie: op iedere halte van de Tour zijn wij te vinden. En dan zijn er nog onverwachte factoren als fikse windvlagen die het geluid storen, vliegtuigen en helikopters, onweerswolken of motregen. En dan heb ik het nog niet eens over de moeilijkheidsgraad van het vak gastheer.
8 Was het na zes jaar lang aanbellen bij de mensen voor ‘Man Bijt Hond’ ook tijd voor iets nieuws?
De laatste keer hebben we zo’n 12.000 km afgelegd, van Seattle naar Miami, en daarna heb je wel wat tijd nodig om je weer op te laden. Ik weet ook nog niet of we volgend jaar opnieuw op pad zullen gaan. De charme van dat programma was dat er ontwapenend eerlijke gesprekken gevoerd werden. Ik weet nu eigenlijk nog steeds niet hoe het komt dat mensen me zo snel in vertrouwen nemen.
9 ‘In De Gloria’ bevatte een persiflage op je aanbelrubriek. Voelde je je persoonlijk aangesproken?
Net omdat het een persiflage was van wat wij deden in Man Bijt Hond, vond ik die filmpjes van In De Gloria zo onwaarschijnlijk sterk. Jan Eelen, de maker, is overigens een goeie vriend en hij heeft mijn rubriek niet willen hekelen. Ik heb ook nooit mijn voet tussen de deur gezet om ergens binnen te vallen: meestal deden we dat bijna schoorvoetend.
10 De kijkcijfers van ‘Man Bijt Hond’ in het voorbije seizoen waren op maandag altijd een stuk hoger, en daar zou jouw rubriek voor iets tussen hebben gezeten. Put je daar zelfvertrouwen uit?
De cijfers zijn leuk, maar ik denk toch niet dat ik daaruit veel mag afleiden voor Vive le Tour. Behalve dat mensen blijkbaar niet afgestoten worden door mijn stem. Mijn gezicht, dat is misschien weer een ander paar mouwen. l
Gunter Van Assche
‘Ik heb zelf nog nooit op een koersfiets gezeten, maar ik ben wel vol van de wielrennerij. Dat gevoel willen we overbrengen.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier