PROGRAMMA VAN 26 MAART TOT 1 april – IN ‘BODY & SOULMATES’ ZOEKT MARTINE PRENEN UIT WAT IN DE LIEFDE PRIMEERT: DE KOELE WETENSCHAP OF DE WARME WERKELIJKHEID. Knack-journalist DIRK DRAULANS IS EXPERT VAN DIENST (ELKE MA – 21.15 EéN)

1 Is ‘Body & Soulmates’ meer dan het zoveelste datingbureau- op-televisie?

Ik weet niet waar een doorsnee datingbureau zich zoal mee bezighoudt, maar het zou me erg verbazen als ze bijvoorbeeld de pupillometrietest uitvoerden om te zien in welke mate mensen bij elkaar passen. Het blijft natuurlijk een licht programma, en toch ben ik als wetenschapper uitermate benieuwd of die tests een voorspellende waarde hebben.

2 Is iemand die zich bewust laat koppelen op televisie wel een waardevol studieobject?

Onze kandidaten zijn zorgvuldig geselecteerd en leggen daarom echt wel wat gewicht in de schaal: het zijn niet alleen mannen en vrouwen die elke dag in de disco zitten of onder de zonnebank liggen. Dat geeft een zeker spanningseffect: ik betrapte me er na de eerste aflevering op dat ik spontaan uitzocht hoe de één op een ander zou kunnen reageren.

3 In het relatief korte tijdsbe- stek van een televisieserie is dierlijke aantrekkingskracht wellicht meer doorslaggevend dan zielsverwantschap.

Dat is niet helemaal zo: de kandidaten krijgen veel meer tijd om elkaar te leren kennen dan je ziet op televisie, en er wordt echt wel zwaar gesocialized. Maar ik maak mezelf niet wijs dat de wetenschap met honderd procent zekerheid kan voorspellen wie bij elkaar past.

4 In je boek ‘Een Grap van God’ las ik de zin: ‘Mensen, maar vooral mannen zijn varkens’. Komt dat ook naar voor in de koppeltest?

Die bewuste zin sloeg op het gedrag van para’s tijdens zware burgeroorlogen en wat bij ieder van ons komt bovendrijven als elke beschaving wegvalt. In ‘Body & Soulmates’ gaat het uiteraard veel beschaafder toe: hier zie je hoogstens het haantjesgedrag van mannen.

5 Oorlogsverslaggevers zouden veel moeite hebben om na hun terugkeer met de dagelijkse realiteit aan het thuisfront om te gaan. Is dat bij jou ook zo?

Ik las telkens een bufferperiode in om aan te passen. Alles waarmee mensen hier worstelen, vind je ineens zo vreselijk banaal, maar niemand heeft een boodschap aan jouw verhalen over de miserie die je hebt gezien en beleefd. De eerste keer dat ik uit Sarajevo kwam, vroeg de kruidenier om de hoek me ‘of er veel toeristen rondliepen in die tijd van het jaar’. Ik heb wijselijk gezwegen.

6 Je vertelde ooit dat je over een gen beschikt waardoor je kickt op de adrenalinestoot die vrijkomt als er gevaar dreigt. Je had zelfs eens seks in een belegerd hotel.

Het is natuurlijk handig dat ik alles puur op de genetica kan afschuiven ( lacht). Die adrenalinestoot heb ik wel steeds nodig – zelfs thuis is dat nooit weg. Ik leef zoveel mogelijk op het scherp van de snee. Vastheid is niet aan mij besteed, niet privé en niet op beroepsvlak.

7 Shockeer je graag mensen? Je rubriek in ‘De Laatste Show’ zet vaak kwaad bloed.

Als we een olifant of een tijger in de studio brengen, balanceren we ogenschijnlijk op het randje van het toelaatbare, maar het hoort steeds bij het concept van de show. We mikken niet op een shockeffect: de verhalen zijn ook altijd strikt gebonden aan de actualiteit. He- laas is het een trend geworden om me te beschuldigen van dierenmishandeling.

8 Is zulke kritiek koren op je molen?

Ik lig er helemaal niet wakker van, omdat het vaak emotionele oprispingen zijn van een piepkleine minderheid kijkers. Ze zien een hondje in een wasmachine en verge-ten dadelijk de kritiek die ik daar zelf op geef. Zelfs op straat wijzen ze me nu soms woest na: ‘Kijk, die dierenbeul.’ ( lacht)

9 Toch krijg je nog de meeste tegenwind van jagersclubs. Is het wel zo’n goed idee om in te gaan tegen iemand die jachtgeweren verzamelt?

Ik beschouw jagers niet als gevaarlijk. Dat ze zich voordoen als instanties die de natuur reguleren, Is flauwekul. Tot het eind van mijn dagen zal ik dat bestrijden. Als ik Sarajevo en Somalië heb aangekund, zal ik de jagers ook wel overleven zeker?

10 Huisdieren zouden het karakter bepalen van hun baasje. Wat moet je denken van iemand die een fret onderdak geeft?

Mijn huisfret Sprokkel heb ik niet zelf gekozen, ik heb hem gekregen. ( lacht) Het is ook een jager, net zoals zijn baasje. Maar als je hem laat kiezen tussen filet américain en rijstpap, kiest hij net als ik direct voor het laatste. Sprokkel is het enige beestje dat me rust kan brengen. l

DOOR GUNTER VAN ASSCHE

‘VASTHEID IS NIET AAN MIJ BESTEED, NIET PRIVé EN NIET OP BEROEPSVLAK.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content