Elke dinsdag, 21.10 – Canvas (herhaling op vrijdag)

Als een kok met Jamie Oliver vergeleken wordt, voel ik meteen enige scepsis opkomen. De vergelijking zegt immers meestal weinig over de kookkunsten van de man in kwestie, maar betekent veeleer dat hij vlot gebekt is en thuis de juiste pot gel in zijn badkamer heeft staan. In het geval van Jeroen Meus is de verwijzing naar Oliver echter niet zo gratuit, want die bezit – naast een radde tong en een hippe haartooi – ook die eigenschappen die de programma’s van de Britse chef zo sterk maken: een onuitblusbare passie voor lekker eten, en een diep respect voor de ingrediënten waarmee dat eten gemaakt is. Dat bewees Meus al in zijn rubriekje voor De Laatste Show, waar hij over een aardappel of een ui kon komen vertellen als waren het verloren gewaande schilderijen van Pieter Brueghel die bij toeval opgedoken waren. En dat bewijst hij opnieuw in Plat Préféré, zijn culinaire programma voor Canvas.

Plat Préféré omschrijven als een ‘culinair programma’ is wel een beetje oneerbiedig, want de eerste aflevering had veel meer te bieden dan wat geroer in potten. Elke week maakt Meus het favoriete gerecht klaar van een (dode) beroemdheid, op een plaats die heel veel betekend heeft voor de man of vrouw in kwestie. In de eerste aflevering trok hij naar Gipsy House, de villa in Great Missenden waar Roald Dahl (1916-1990) jarenlang woonde en zijn bekendste werken schreef. Doel was er een oer-Britse ‘Sunday Roast’ met Yorkshire pudding te koken, de schotel die Dahl zelf elke zondag aan zijn gasten voorzette. Nadat Dahls weduwe Felicity, die nog in Gipsy House leeft, hem rondgeleid had en ze samen ‘frobscottle’ hadden gebrouwd – een drankje dat in het boek GVR opduikt – ging Meus op zoek naar de juiste ingrediënten. Voor zijn stuk rundvlees trok hij bijvoorbeeld naar de vaste leverancier van Heston Blumenthal en Gordon Ramsay, de groenten haalde hij dan weer uit de moestuin van Gipsy House zelf – Dahl was immers niet alleen een fantasierijk schrijver, maar ook een gepassioneerd tuinier (al speelde hij blijkbaar wel vals tijdens de jaarlijkse uienwedstrijd van het dorp).

De tocht naar Great Missenden was echter niet alleen om culinaire redenen een soort bedevaart voor Meus. Als zoon van een lerares Engels is hij opgegroeid met de boeken van Dahl, wat het bezoek een extra dimensie gaf. Het mooiste moment van Plat Préféré had dan ook weinig met koken te maken. Omdat Meus zo bij Felicity in de smaak viel, kreeg hij van haar de toestemming om het tuinhuisje van Gipsy House te bezoeken, waar Dahl zich dagelijks urenlang terugtrok om te schrijven. Na de dood van de auteur heeft bijna niemand er nog een voet gezet en alles ligt er nog zoals het was toen hij stierf – tot de sigarettenpeukjes in de asbak toe. Veel fantasie had je dus niet nodig om de man achter zijn bureau te zien zitten. ‘Het stom kokske staat hier toch maar’, was het enige wat Jeroen Meus kon uitbrengen terwijl de tranen hem in de ogen sprongen.

Wel, als alle afleveringen van Plat Préféré even sterk zijn als de eerste, dan heeft dat stom kokske ook een duivels sterk programma gemaakt.

Door Stefaan Werbrouck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content