Met zijn derde album, ‘All Maps Welcome’, staat singer-songwriter Tom McRae voor de poorten van de roem. Terwijl hij eigenlijk een etablissement met ‘evil women’ zocht. Een gesprek met een ziel op de dool.
Als ze me vragen om mezelf samen te vatten in vijf woorden, kies ik voor kwaad, kwaad, kwaad, kwaad… en moe. Een angry young man wordt met de jaren normaal bitter, maar ik wil een angry old man worden. Als je die kwaadheid verliest, ben je niet goed aan het opletten.’ Nee, singer-songwriter Tom McRae is geen vrolijke Frans. Op weg naar Londen hadden we ons voorgenomen om voor hem een snol te huren, hem eens flink door elkaar te schudden en ‘cheer up, you miserable bastard’ te roepen. Tot we hem in die sofa zagen zitten. Bruingebrand, zwierig kapsel, een caffè latte bij de hand, tandpastaglimlach. Krijg nou wat. Gelukkig bleek het maar om een beleefdheidsgrijns te gaan. Vijf minuten ver in het gesprek zat de Britse domineeszoon alweer met zijn hoofd in zijn handen.
McRae neemt zijn tijd. Spreekt voorzichtig. Zingt sleepvoetend. Doet minimaal twee jaar over een cd. Zijn titelloze debuut uit 2000 stond vol fragiele liedjes in een lo-fi jasje, en haalde de radio met songs als End of the World News en Bloodless. Drie jaar later ging Just Like Blood met zijn pluchen strijkersarrangementen en Xanax-dromen recht de eindejaarslijstjes in. En nu is er All Maps Welcome, een nieuwe verzameling songs over afzondering, vervreemding, verraad, obsessie en wraak, gestut door overstuurde gitaren die de vroege Chris Whitley oproepen, pizzicato cello’s, compacte blazersarrangementen en echokamers ter grootte van Versailles. McRae: ‘De dag dat vrolijkheid me evenzeer binnenstebuiten draait als mijn totale verbijstering over het leven dat ik nu leid, schrijf ik er met plezier een liedje over. Maar ik heb nooit geweten waar ik thuishoorde, hoe ik gelukkig kon worden, hoe ik (aarzelt) tevreden kon zijn. Intussen weet ik dat niemand dat weet. Ontevredenheid is de motor van de vooruitgang, zeggen ze toch?’ Zie je wel, kwam het toch nog allemaal goed.
Je nam je debuutplaat deels thuis, deels in een kleine studio op. Voor ‘All Maps Welcome’ heb je een studio gebouwd in een gigantisch landhuis. Hoe Led Zeppelin van je!
Tom McRae:(verlegen) Om eerlijk te zijn: het was in de paardenstallen. Maar het was inderdaad een magnifieke villa in Italiaanse stijl in Silver Lake, een wijk van Los Angeles. Ik kon geen studio’s meer zien, en wou een plek waar we allemaal samen konden wonen, eten en feesten, en ’s ochtends de trap aflopen en een song opnemen. Maar qua rock-‘n-rollgehalte moet ik je toch wat teleurstellen. De stank van de paarden overheerste alles.
Je hebt politiek gestudeerd, je website bulkt van de anti-Bushboodschappen, maar in je songs hou je je ver van politiek. En dat voor een singer-songwriter.
McRae: Er sluipt wel eens wat tussen, maar ik wil het er niet te dik opleggen. Times, they are no longer a-changing, ze zijn allang veranderd. Natuurlijk zijn er nog dingen om tegen te protesteren, maar als je erover schrijft zoals Dylan en Pete Seger dat deden, ga je gegarandeerd prekerig of vals klinken. All Maps Welcome is puur een liefdesaffaire.
Je bent geboren in een gat in Suffolk, verhuisde naar Londen en reist nu de wereld rond. Wat doet dat met een mens?
McRae: Als je zoals ik in een geïsoleerd boerendorp opgroeit, heb je maar één doel voor ogen: zo snel mogelijk weg geraken. Sinds mijn tienerjaren is dat zowat een obsessie. Ik wil in alle grote steden van de wereld gewoond hebben. Londen, New York, Parijs, Los Angeles, het maakt niet uit zolang ik maar de geneugten en gevaren kan meemaken die ze te bieden hebben. Ik ben helemaal in de ban van het exotische idee van misdaad en drugs en evil women. En je geniet er natuurlijk zoveel meer van als je ook de andere kant hebt gekend. (Pauzeert) Ik heb gemerkt dat, waar je ook bent, je maar aan de oppervlakte hoeft te krabben om de onpeilbare duisternis te zien. Ze is overal, van suburbia tot de hipste nachtclubs. Misschien is dat wel de les die ik heb geleerd: het leven is overal hetzelfde. Mensen hebben overal dezelfde obsessies: hun gezin, genegenheid, geld, carrière…
Neuken.
McRae:(snel) Dat spreekt voor zich. Dat stuwt toch alles vooruit? Goddank.
Wanneer had je door dat songs schrijven je beroep was geworden?
McRae: Het heeft me wat tijd gekost. Mijn ouders vonden dat ik eerst maar een diploma moest halen, voor het geval het niets zou worden met die muziek. Ik weet nog altijd niet of dit een leefbare carrière is, hoor. Ik leef niet bepaald op grote voet. Maar ik heb niet voor het muzikantenschap gekozen. Ik slaag er gewoon niet in om dit níét te doen.
Vraag is wat het alternatief dan zou zijn?
McRae: Hm, als ik geen regisseur van pornofilms zou worden – ik beschouw het nog altijd als plan B – voel ik wel iets voor seriemoordenaar. Je vliegt de wereld rond, ziet nog eens iets, en legt hier en daar wat mensen om. Moet ik toch eens nader bestuderen, nu ik het zo bekijk. (lacht)
In afwachting sta je wel te boek als de miserabelste ‘party pooper’ van de muziekbusiness. Krimp je nooit ineen als je op grote festivals als Rock Werchter je ziel blootlegt?
McRae: Tja, ik kan het publiek moeilijk vragen om in groepjes van twintig backstage te komen, hé. Natuurlijk is mijn muziek heel persoonlijk, maar voor mij is het de enige manier van songschrijven. Natuurlijk zijn er momenten dat ik me niet op mijn plaats voel. Het voorprogramma spelen voor Dido was, euh, interessant. Ze is lief en genereus, maar misschien lagen onze genres toch iets te ver uiteen. Het is ook een louterende ervaring om na een deathmetalgroep het podium op te stappen met je akoestische gitaar. Maar liever dát dan voor een wei vol folkliefhebbers te staan.
Sommige fans dissecteren zelotisch je teksten. Verrassen ze je soms met hun interpretaties?
McRae: Ze snappen er niets van en dat vind ik fantastisch. Ik ben al blij dat ze de tijd nemen om erover na te denken. Het ergste wat je als singer-songwriter kan overkomen, is dat je clever en intellectueel wordt. Binnen de kortste keren denkt iedereen dat je introvert en miserabel bent, en songs schrijft als Alanis Morissette. Zij gooit alles recht op het papier, er is geen marge tussen haar leven en haar muziek. Ik hou van ambiguïteit. Het is veel interessanter om niet precies te begrijpen wat iemand vertelt, en tegelijk te voelen dat je het helemaal vat.
T.S. Eliot noemde het ‘de essentie van het uitgestelde begrip’.
McRae: Niet slecht, lang niet slecht. Thom Yorke is er een meester in. Ik versta de helft van de woorden niet, maar ik begrijp perfect wat hij wil overbrengen. Het is alsof je naar een song in een vreemde taal luistert.
Een barman vroeg Dorothy Parker ooit: ‘What are you having?’ Waarop zij: ‘Not much fun’. En jij?
McRae: Een midlifecrisis, vrees ik. Dit is mijn derde plaat, ik hou van mijn vak, ik denk dat ik er goed in ben en ik wil meer succes. Dát zijn de dingen die ik weet. Maar daarbuiten ben ik in vrije val. Ik heb geen thuis meer; ik pendel tussen New York, LA en Londen en leef uit mijn koffers. Relaties en vriendschappen verschralen. Ik heb geen idee welke dag het vandaag is. En laatst heb ik nog eens mijn platen van Barry Manilow opgezet. Ik heb zelfs zijn live-elpees, kun je nagaan.
Bart Cornand
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier