‘OUD LINKS? IK. HAAT. ZE’

© Wouter Van Vaerenbergh

Met zijn eindejaarsconference Tirade banjert Stijn Meuris schuimbekkend door de politieke actualiteit van 2016. En met Vigilant levert hij daar gelijk een soundtrack bij. ‘Iemand noemde me achteraf het Vlaamse equivalent van Dieudonné en zijn quenelle. Ho maar wachesefkes.’

‘Ik vrees dat ik slechts twintig minuten materiaal heb’, excuseert Stijn Meuris zich op de eerste bescheiden try-out van Tirade, ergens op een barbecue in Muizen. ‘Hooguit een halfuurtje.’

En dan wordt het plots donker. ‘Zeg juffrouw, hoe lang heb ik precies gepraat? Twee uur? Bon.’

Dat ligt aan de man, maar net zo goed aan het jaar waarin hij heeft besloten zijn cv aan te dikken met ‘conferencier’. Materiaal genoeg. Materiaal te veel zelfs. En dus staat er geen maat op Meuris. Het is dat hij ons bij hem thuis in Kermt, het voorgeborchte van Hasselt, ontvangt met een kop vol snot die hem af en toe tot diepe ademteugen dwingt, of we hadden er nooit een speld tussen gekregen. Wie een gezonde Meuris in de AB gaat spotten, waar Tirade in première gaat, is bij deze gewaarschuwd.

Minstens drie seizoenen hoopt hij de maat van het land te nemen, ‘en dan zien we wel of er iets beweegt’. Tegen die tijd weet hij misschien ook wat Tirade precies ís. ‘Het is geen comedy, geen theater en zeker geen klassieke eindejaarsconference. Ik snap wel waarom het werkt, wat Geert Hoste en Michael Van Peel doen. Maar ik ben klaar met die ‘mop, mop, mop, bevrijdende lach, vuile mop, sjot naar politicus in de zaal die minzaam zit te grijnzen’. Doe dat dertig keer na elkaar en je hebt een geweldige avond, maar ik blijf op mijn honger. Het mag iets meer zijn. Vooral de overduidelijke knipoog is me er te veel aan, dat aanschurken tegen de macht. ‘Ik lach wel met jou, Maggie, maar eigenlijk zie ik je stiekem graag.’ Ik mis hier iemand als Theo Maassen, die ogenschijnlijk een verhaaltje vertelt, maar onderliggend de Nederlandse samenleving fileert. Of Freek de Jonge vóór hem: je kon zijn metaforen en clowneske uitvergrotingen niet altijd volgen, maar op het einde viel alles wel samen. Wij kennen dat niet. Al heeft Geert zijn genre door de jaren wel op meesterlijke wijze uitgekristalliseerd: hij moet maar ‘Maggie’ monkelen en de zaal gaat plat.’

Was het geen pijnlijke vaststelling dat je tijdens je try-outs de gulste bulderlach kreeg door net hetzelfde te doen?

STIJN MEURIS: Zelfs als metagrap werkt het, ja. Maar lachen met Maggie vond ik nogal dubbel.

Boem, paukenslag!

MEURIS: (onverstoorbaar) Via een bochtige constructie wil ik duidelijk maken dat zij de slechtste nog niet is, maar daarvoor moet ik er eerst nog harder in vliegen. Los erover gaan. Hans Teeuwen zou zich daar vijf minuten in vastbijten: ‘Ik ken een vrouw. Een vrouw. En die is dik. Héél dik. Maar echt zo dik dat je…’ Om dan tot liefde te komen. Maar ik durf het niet. Bovendien word ik er nu al zo vaak op aangesproken.

Nog geen kritiek gekregen op – zonder al te veel weg te geven – de plastische manier waarop je met Johan Van Overtveldt, minister van Financiën, omspringt op het podium?

MEURIS: Ik ben me er ten zeerste bewust van dat het redelijk ongebruikelijk is dat een ‘Vlaamse zanger’ plots met iets als Tirade komt, en als rode draad unspeakable things met een minister doet, ja. Daar zijn ook negatieve reacties op gekomen, en die hebben me aan het denken gezet: ben ik nu zo ver heen dat ik het zelf niet meer zie? Ik denk het eigenlijk niet. Hooguit voer ik de minister 90 minuten op in een, eh, ongemakkelijke lichaamshouding. (grijnst) In Nederland snapt iedereen dat iemand op een podium niet noodzakelijk de waarheid verkoopt, maar hier stapt men nadien op mij af: ‘Dit kun je niet maken. Je snapt toch dat je aanzet tot geweld en doodslag?’ Ach, wat Johan doet, vind ik even ongepast.

Het is onorthodox, maar het dreigingsniveau voor Van Overtveldt zal heus niet verhoogd worden na de première.

MEURIS: En toch noemde iemand me het Vlaamse equivalent van Dieudonné M’bala M’bala (antisemistische, negationistische Franse komiek, bekend van de quenelle, nvdr).Wachesheelefkes… Ten eerste, neen. Ten tweede, ik breng nergens een vermomde Hitlergroet. En ten derde, het is theater. Erik Van Looy mag in De premier de Amerikaanse president proberen te vermoorden, maar als ik op het podium wat onheimelijks uithaal met een volksvertegenwoordiger, denkt men meteen: shit, die Meuris gaat dat echt doen. Voor alle duidelijkheid: vrees niet, Johan, vrees niet.

Anderzijds, ik zie het, gezien de huidige politieke sfeer, gebeuren dat iemand zich dat binnenkort wél in het hoofd haalt. We focussen allemaal op moslimterrorisme, maar dat laat een heel terrein bloot aan de andere zijde waar niemand nu om maalt. Ergens in een kelder zijn er momenteel misschien ook vier zonder een tulband op hun hoofd aan het vergaderen. ‘En nu is het genoeg geweest!’ Een kwade linkse groupuscule zou me niet verbazen, alleen wil ik daar niet de instigator van zijn.

Waarom Van Overtveldt? Zit daar nog steeds wrok in omdat hij je enkele jaren geleden een gevaarlijk sujet en antidemocraat noemde toen je liet weten niet te gaan stemmen.

MEURIS: Nee. Ik ben gewoon nieuwsverslaafd, lees alle kranten en op den duur zie je dan patronen. Steeds minder mensen zien die. Ook journalisten niet. Ik hoop die patronen wat bloot te leggen. Want zelfs het gegeven dat ‘die van Financiën’ drie jaar geleden nog ‘die van Trends en Knack was’ en zijn mening plots 180 graden gedraaid is, lijkt amper nog nieuws. Ça passe.

Van Overtveldt heeft bovendien een pagina uit het boekje van Didier Reynders genomen. Reynders – mijn favoriete baarlijke duivel uit het pre-Johan-tijdperk – slaagt er op meesterlijke wijze in journalisten en critici het gevoel te geven dat zij verzuurde populisten zijn. ‘Zeg, gaan we daarover beginnen? Zucht. Ik vind het vreemd dat u dat opwerpt, maar allee dan…’ Op den duur zou je je zelfs gaan excuseren voor je moeilijke vragen. Van Overtveldt gaat diezelfde richting uit. ‘Waar moeien jullie je mee? Ik ben hier wel de minister.’ Voorlopig lijkt hij nog een licht menselijk kantje te hebben, maar je voelt hem zo afglijden.

We leven in een tijd waarin de tegenstem – zelfs al komt die zonder één spatje zurigheid – meteen afgedaan wordt als vervelend en plat populisme. Zelfs als Europa hem dwingt de miljoenen aan fiscale breaks voor multinationals terug te eisen haalt hij de schouders op en denkt hij: fuck you, ik begin er niet aan. Is het dan geen tijd dat hij stilaan opzout?

Ik viseer trouwens niet enkel onze politici, ik wil het ook graag omkeren. Want het is makkelijk lachen met ‘die rotzakken in Brussel’, maar wij hebben er wel op gestemd. En ja, je kunt me achteraf wel schouderklopjes komen geven – ‘Goed dat jij het zegt, Stijn!’ – maar daags nadien klamp ook jij je lokale schepen weer aan om iets te ritselen omtrent een illegaal geplaatst tuinhok. Ik vind dat raar.

Hoe we het in de geschiedenisboeken zullen terugvinden, valt nog te bezien, maar 2016 was op zijn minst een grand-crujaar voor conferenciers.

MEURIS: Materiaal voor tien shows, helaas. Ik kan me niet herinneren dat de schandalen en vreemde incidenten elkaar ooit zo snel hebben opgevolgd als nu. Van CETA over begrotingsgetaffel tot een klimaatminister (Marie Christine Marghem, MR, nvdr.) die 100 miljoen euro aan Engie-Electrabel geeft op de dag van de Parijse klimaattop. Of de vastgoedaffaire rond Joeri Dillen, die daarna nieuwssite Apache.be met schadeclaims wil doodknijpen en een advocaat (Omar Souidi, nvdr.) onder de arm neemt die zich zelfs kleedt als Krimson. Kwestie dat niemand eraan zou durven te twijfelen dat hij de verpersoonlijking van het kwaad is. We zijn telkens wat verontwaardigd in de marge, maar staan er verder vooral op te kijken, toch? We hebben de mond vol van wantoestanden bij buitenlandse regimes – en voorlopig moeten we nog de duimen leggen voor Erdogan – maar het gaat ook hier de verkeerde richting uit. De zaak-Apache was daar een zeer duidelijk voorbeeld van.

En net daarom vind ik het zo vreemd – nu ga ik heel erg mijn leeftijd klinken – dat er geen 26-jarigen opstaan. Waar zitten de net afgestudeerde hemelbestormers die gaan schuimbekken dan wel in paniek slaan en denken: ik moet hier iets mee doen! Een boek, een film, theater… Tijdens een try-out voor een Gents studentenpubliek merkte ik hooguit een pseudorevolutionair sfeertje. ‘Go and get ‘em… Meuris!’ Maar waarom moet ík ze weer pakken? Ik heb genoeg op mijn bord, en kan me met Tirade alleen maar in de shit werken. Niet erg, maar ik ben dubbel zo oud, het is verdomme jullie beurt.

Er broeit wat: zelfs Wannes Cappelle van Het Zesde Metaal, de veganistische minzaamheid zelve, contempleerde onlangs op deze pagina’s de revolutie.

MEURIS: Ik vind Wannes een zeer interessant figuur. Zou hij het kunnen zijn, ons breekijzer? De heiland van deze generatie? (lachje)

Je klonk ook je leeftijd toen je onlangs stelde dat de jongere generatie liever Pokémons vangt dan op de barricades te staan.

MEURIS: Een cliché, akkoord. Maar ik kom uit de tijd dat het Rode Gevaar aan de andere kant van het hek stond en we geloofden dat de communisten ons drinkwater vergiftigd hadden met fluor. Onzin, maar daarmee werden we beziggehouden. Vandaag is Pokémon onze fluor. Pokémon en De slimste mens, dat erin slaagt zes miljoen Vlamingen tien dagen in de ban te houden van het carrièreverloop van de negentienjarige Olga Leyers.

Het lijkt niemand echt te verbazen dat je met een vlammende eindejaarsconference komt. Je zegt wel te hopen dat daardoor ergens een lethargische twintiger wakker wordt, maar eigenlijk doe je het toch gewoon graag, dat al dan niet therapeutisch tegen schenen schoppen en zeggen waar het op staat?

MEURIS: (snel) O nee, integendeel. Ik ben geen onruststoker: ik slik vaak mijn gelijk in omwille van de lieve vrede. Gelijk hebben, is niet noodzakelijk tof. (denkt na) Nu begeef ik me op een terrein waar ik liever níét zit. Ik ben geen linkse guerrillero en ik heb nog nooit een kassei door de ruit van een grootbank gegooid. Maar net dat maakt mij meer een spreekbuis dan sommige anderen: ik bén mijn buren, alleen lees ik ook nog eens vier gazetten en maal ik wél ergens om.

Ik kan ook niet genoeg benadrukken dat de conference geen anti- N-VA-stuk van de zoveelste linkse artiest is geworden. Ik denk zelfs niet dat ik nog links ben, de politieke realiteit heeft me kleurloos gemaakt. Ik ben hooguit oud links. Helaas.

MEURIS: Een ballad, waar sommigen echt niet blij mee zullen zijn. De tekst viel me te binnen op een terras op de Dageraadplaats, omringd door zestigjarige vrouwen met kortgeknipt grijs haar. ‘Ze zitten kritisch bij mekaar / hun mening vormt niet langer een gevaar.’ Het is gedaan: we hebben de oorlog verloren. ‘Oud links / met hun sherry’s en hun longdrinks / de juiste krant bij de hand / voor de stand van het land. / Van hun eigen groene lanen / naar hun landgoed in Toscane.’ Ik. Haat. Ze.

Waarom?

MEURIS: Ik wil van hen niet meer horen hoe het moet. Hun fulmineren tegen de N-VA en Bart De Wever is net zo inhoudsloos en louter vormelijk als hun antistickertje op het raam van hun herenhuis. ‘Zo dragen we ook ons steentje bij aan het verantwoord verzet.’ Hou je kop: we lost the war. Er is geen grond meer, want er gebeurt niks wezenlijks meer. En af en toe verliest iemand nu eenmaal een oorlog, dat is oké, maar ik zie vandaag zelfs geen aanzet meer om uit de schuilkelder te komen. Olga Leyers boven kritische zin. En liever opinies in zichzelf herhalende formats die niks veranderen. ‘Ja maar, we hebben toch twee allochtonen, drie proffen en een mediadeskundige aan het woord gelaten.’

Dank trouwens om het woord ‘vigilant’ – waakzaam – weer af te stoffen.

MEURIS: Dat is niet mijn verdienste, eerder die van N-VA. Plots sloop dat in hun algemeen vocabulaire en dankzij Hendrik Vuye, die ondertussen uit de partij is gezet, weet ik nu ook hoe dat komt.

De debatfiches die hij laakte, bedoel je, Waarop afgevaardigden ingelepeld krijgen wat ze moeten zeggen?

MEURIS: Precies. Zelfs mensen die je echt niet van enige literaire kennis of een grote woordenschat kunt verdenken, hadden plots de mond vol van ‘vigilant’. (lacht) Hoe pervers fout moet je als partij zijn om gerespecteerde academici spiekbriefjes op te solferen?

Mag ik opmerken dat je nu scherper lijkt dan tijdens de try-out die ik zag?

MEURIS: Vond je me te zalvend?

Tijgerbalsem is ook een zalf. Je leek hier en daar vooral tegen je eigen desillusies te vechten, terwijl het me nu duidelijker is: je bent kwaad.

MEURIS: Ik moet opletten dat ik op het podium niet erover ga. Ik heb het een paar keer geprobeerd, en dat werd lelijk. Ik mag niet anderhalf uur met het schuim op de lippen staan.

Zo ging ik aanvankelijk misschien wel te hard door op Steve Stevaert. Heel eerlijk, maar heel hard. Wat iedereen onthouden heeft, is dat Steve in het Kanaal is gesprongen, maar de crux van het verhaal is in wezen wat drie maanden later ging gebeuren. Voor het eerst keek hij tegen een proces aan waar het niet over ’technische zaken’ zoals centen of politiek ging, maar over aanranding. En dan druk ik me nog zacht uit. Dat was wat er door zijn kop speelde die ochtend, het idee dat hij noch zijn maffieuze entourage dat nog kon tegenhouden. Ik had medelijden met Steve, er cirkelden zo veel gevaarlijke kennissen en dood gewicht om hem heen.

Ik heb nochtans even gedacht dat Steve the one was, diegene die wel aan zijn beleid en visie zou vasthouden, en zich niet van de wijs zou laten brengen door foute figuren. Helaas. Bij John Crombez op Fraudebestrijding had ik hetzelfde gevoel. Iemand die recht in zijn schoenen stond en hopelijk nog steeds staat. Hij heeft helaas niet lang genoeg op fraudebestrijding mogen werken. Het contrast is alvast groot met Philippe ‘Wie?’ De Backer (Open VLD).

Zelden een zaal zo stil geweten als toen je zijn naam liet vallen. Je hoorde het publiek haast graven in zijn geheugen.

MEURIS: En dat was ook de bedoeling van de federale regering. (cynisch) Niet dat hij geen nuttig werk levert. Zijn eerste beleidsdaad was de dubbele controle bij kmo’s afschaffen, want bedrijven hebben het niet graag dat ze op zwartwerk betrapt worden, of op dode Polen in hun containers, zoals onlangs in Lanaken… Misschien heb je wel gelijk: ik ben scherper vandaag. (grijnst) En geloof me, de laatste bocht naar de première was heftig, zoals het hoort.

Waar ik via Stevaert eigenlijk toe wilde komen: politiek is bochtig en moeilijk, maar ik verwacht op zijn minst een kern van visie. Ga niet, zoals pakweg De Block, eerst alcohol in nachtwinkels en tankstations aan banden leggen om dat vijf minuten later weer in te trekken. Of het ballonnetje dat deze zomer opgelaten werd: ‘Zouden we de doodstraf niet herinvoeren voor terroristen?’ Om dat een week later, na een storm van protest, terug te nemen: ‘Het is maar een denkpiste, hè jongens.’ Ik accepteer geen ballonnetjes meer: neem je job ernstig, en kom met een onderbouwd plan, maar kwek niet langer soundbites bijeen waarvan je achterban het even warm in de broek krijgt.

Die doodstraftrouvaille kwam óók uit een Vlaams-nationalistische koker. Blijf je erbij dat Tirade geen anti-N-VA-pamflet wordt?

MEURIS: Mijn kritiek geldt net zozeer voor de linkerkant, voor de liberalen en voor CD&… Nee, dat klopt niet. There’s no story there, en dat maakt CD&V net zo grappig. Ik was dolgelukkig – als beginnend conferencier – met de Harvardsaga van Pieter De Crem. Ik weet nog steeds niet wat daar nu het geestigst aan was: dat hij als staatssecretaris dacht dat hij even acht weken in een Amerikaanse aula kon gaan zitten bij de start van het politieke jaar, of dat hij mokkend teruggeroepen werd, zijn cursussen nog in het plastic en daags nadien als vervanger toch op Japanse missie moest, om daar heel plechtig iets níét te tekenen, want daar had hij het mandaat niet voor.

Ik heb me op voorhand afgevraagd of je Joke Schauvliege zou aanhalen op het podium. Het is bijna onvermijdelijk, maar met Schauvliege kom je ook snel op het terrein van Hoste. Haar nog maar vermelden is genoeg voor een gekletste dij of twee.

MEURIS: Joke valt niet te vergelijken met Maggie. Joke heeft vakgebied noch vakkennis – maak haar morgen minister van Postzegels en ze schiet nog tekort. Toen ze deze zomer een betonstop aankondigde – toen nog ‘vanaf 2050’ (ondertussen vanaf 2040, nvdr.) – heb ik even mijn baseballbat gezocht en Evergem in Google Maps ingetikt, maar je moet eigenlijk, heel oprecht, medelijden met haar hebben.

Joke is een kleine opflakkering van stemmen ter hoogte van Evergem die plots tot minister gebombardeerd is. Zeker in de begindagen van de hele Essers-discussie, toen Wouter Deprez niet wilde afgeven, zag ik haar afzien. Ik herinner me één interview in Terzake waar ik echt dacht: Wouter, stop ermee, die vrouw gaat zichzelf iets aandoen. Of op zijn minst tot bekentenissen overgaan: hoe Sam De Smedt, haar kabinetschef, eigenlijk de kwade genius is en zij weinig te zeggen heeft. Ze had dan wel ontslag moeten nemen, maar ze zou eindelijk vrij geweest zijn. Hoe sadomasochistisch kan een vrouw zijn?

Dat andere easy target zwijg je wel dood: minister van Cultuur Sven Gatz.

MEURIS: Gatz stond lang op de lijst, uiteraard. Zijn subsidieronde was beschamend, en Limburg is als geheel geschrapt. Weet je waarom ik hem spaar? Drie dagen later trok ik naar de hoorzitting in een bijzaaltje van het Vlaams Parlement: ik wilde eens zien hoe men hem het vuur aan de schenen zou leggen. Het werd een uitgedoofd rotje. Maar nadat de oppositie even obligaat ‘culturele drooglegging’ had mogen schreeuwen en Gatz zijn suffe powerpointpresentatie had gegeven, stond plots een N-VA’er recht van wie ik nog nooit had gehoord: Marius Meremans. ‘Collega’s, Sven, wat jullie net zegden, is ongetwijfeld waar. Maar u valt de verkeerde aan, u moet ons aanvallen. Als het aan N-VA had gelegen, had meneer Gatz niks uitgedeeld.’ En zo is het maar net. Hij mocht al blij zijn dat hij nog mocht meespelen. Je ruikt dat Gatz het goed meent, maar hij is aan handen en voeten geketend. Hij heeft zelfs niks te zeggen over een budgetje ter waarde van één schietstoel van de F-35’s die minister van Defensie Steven Vandeput volgend jaar gaat bestellen. Maar we leven in een werkelijkheid waar dat mijn buurman allemaal geen kloten kan schelen, die is al lang ingedommeld. Hoog tijd dat ik hem dus wakker brul.

TIRADE

Gaat op 22/12 officieel in première in de AB, Brussel. Voor alle andere speeldata: stijnmeuris.be

VIGILANT

Uit op 17/2 via NEWS.

door Kristof Dalle – foto’s Wouter Van Vaerenbergh

‘Tijdens een try-out voor Gentse studenten merkte ik hooguit een pseudorevolutionair sfeertje. ‘Go and get ‘em… Meuris!’ Maar waarom moet ík ze weer pakken? Het is verdomme jullie beurt.’

‘Toen Joke Schauvliege een betonstop aankondigde, heb ik even mijn baseballbat gezocht en Evergem in Google Maps ingetikt, maar je moet eigenlijk, heel oprecht, medelijden met haar hebben.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content