Hartstocht blijft het leidmotief van Wong Kar Wai. Maar voor zijn Engelstalige debuut ‘My Blueberry Nights’ ruilde de maker van ‘In the Mood for Love’ en ‘2046’ Hongkong voor Amerika. In een New Yorkse diner brengt hij twee getormenteerde zielen samen – popsensatie Norah Jones en hartenbreker Jude Law – die pas na tumultueuze omzwervingen doorheen de VS zullen beseffen dat ze voor elkaar gemaakt zijn. ‘Dit land zit vol verborgen schatten.’

Was die nieuwe omgeving een grote aanpassing voor u?

Wong Kar Wai: Niet helemaal. New York had ik al meermaals bezocht en dat is in vele opzichten de westerse tweelingbroer van Hongkong. Ze hebben allebei een verticale structuur met een overdaad aan torengebouwen. Het in beeld brengen van zulke steden – zeker als je met het brede Cinemascope-formaat werkt – geeft altijd de nodige kopzorgen. Misschien dat ik daarom altijd voor quasi-claustrofobische inte-riors kies. Kijk naar de diner waar een groot deel van My Blueberry Nights zich afspeelt: die heb ik gefilmd als een aquarium waar de toekomstige geliefden in rondzwemmen.

Het verhaal speelt zich niet alleen in de Big Apple af. Norah Jones doorkruist de halve VS. Onverkend terrein voor u?

Wong Kar Wai: Tot voor kort wel, maar ik ben ter voorbereiding van deze film drie keer doorheen de Verenigde Staten gereisd. Trips waarop ik ontzettend veel heb bijgeleerd over het land en de American way of life. Voordien stonden de States voor mij gelijk met New York City, maar ik had me niet zwaarder kunnen vergissen. Elk landsdeel heeft zijn eigenheden en verborgen schatten. Zo filmden we in Nevada in een majestueus hotel dat in de jaren 50 en 60 zijn hoogdagen kende – o.a. Jimmy Stewart was er meermaals te gast. Nu ligt het er compleet verkommerd bij. Die vergane glorie: daar kan ik intens van genieten.

U lijkt meer dan ooit te verwijzen naar andere films.

Wong Kar Wai: Er zijn al onnoemelijk veel films gedraaid in de VS, en daardoor herinnerde elke locatie me aan een of andere scène. Toen we in Memphis draaiden, sprongen me onvermijdelijk Tennessee Williamsadaptaties als A Streetcar Named Desire en Cat on a Hot Tin Roof voor de geest. In Nevada deden de woestijnen en uitgestrekte autosnelwegen me dan weer de hele tijd denken aan Thelma & Louise.

U refereert ook meermaals aan uw eigen werk.

Wong Kar Wai: Ik beschouw al mijn films als hoofdstukken uit hetzelfde boek. Daarom verwijs ik steevast naar mijn voorgaand werk. Zo hoor je in My Blueberry Nights en 2046 dezelfde treingeluiden, en zijn bepaalde shots uit mijn nieuwste knipogen naar de fotografie van Chunking Express. Op die manier tracht ik mijn hele oeuvre aan elkaar te linken.

Ook opvallend: u werkt niet langer samen met cameraman Christopher Doyle.

Wong Kar Wai: Chris had gewoon geen tijd, dus moest ik wel op zoek naar een nieuwe cameraman. Maar ik had gelukkig Darius Khondji (die o.a. ‘Delicatessen’, ‘Se7en’ en ‘The Interpreter’ schoot; nvdr.) leren kennen bij het draaien van reclamefilmpjes. Tijdens zulke korte, stresserende shoots ondervind je meteen of het met iemand klikt of niet. Darius houdt van zeer directe communicatie, iets waar Chris en ik niet altijd in uitblonken.

Klopt het dat jullie zonder script filmden?

Wong Kar Wai: Min of meer. Ik wilde niet meer werken met een vastomlijnd scenario. Dat maakt acteurs alleen maar lui, aangezien ze al weten hoe het verhaal afloopt voor er nog maar één millimeter pellicule is gedraaid. Als je in het echte leven iemand ontmoet, verloopt dat ook stap voor stap. Niemand kan voorspellen hoe het zal aflopen. Dat onzekere, geïmproviseerde gevoel wilde ik in mijn film. Zo liet ik Norah en Jude helemaal aan hun lot over tijdens het draaien van de scène waarin ze buiten een sigaretje staan te roken. De spontane dialogen die uit die situatie voortvloeiden, zijn me goud waard.

Al een idee waar uw volgende film zich zal afspelen? Wordt het weer de VS of keert u terug naar Hongkong?

Wong Kar Wai: Daar heb ik nog niet over nagedacht. Voor mij komt de locatie op de derde plaats; de acteurs en het verhaal zijn veel belangrijker. Ditmaal was draaien in de VS een noodzaak omdat ik per se wou samenwerken met Norah en Jude, en andere klasbakken zoals Rachel Weisz, David Strathairn en Natalie Portman. De kans dat zij allemaal naar Hongkong waren gereisd om een film met mij te kunnen maken, lijkt me klein. Bovendien hadden ze dan allemaal Chinees moeten leren (lacht).

‘MY BLUEBERRY NIGHTS’: Vanaf 5/12 in de bioscoop.

Door Steven Tuffin

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content