The Peacemaker verplaatste de nucleaire dreiging van de wapenwedloop der supermachten naar de terreur van gestolen Russische kernbommen die bij terroristen terechtkomen. Bad Company steelt dat gegeven, terwijl The Sum of All Fears Amerika echt zijn ground zero gunt. Visionaire cinema heet zoiets. Hieronder tien films uit de Koude Oorlog waarin de wereld echt op de rand van de afgrond stond.

1 ‘Kiss Me Deadly’ (Robert Aldrich, 1955)

‘The Great Whatsit’ in deze hallucinante, nog steeds verbazend moderne film noir naar Mickey Spillanes roman is een koffer met radioactief materiaal. Kernbomparanoia en noir-obsessie/aliënatie bleken een dodelijke cocktail, getuige daarvan het apocalyptisch einde.

2 ‘The Day the Earth Caught Fire’ (Val Guest, 1961)

Twee simultane atoomtesten van supermachten USA en USSR brengen de aarde uit haar baan en schroeiend dicht bij de zon. Het resultaat is onder meer een uitdrogende Thames en Londen in dubbeldikke erwtensoep, met pseudo-documentair, onthutst oog verbeeld.

3 ‘Dr. Strangelove’ (Stanley Kubrick, 1964)

Zonder twijfel de meest briljante satire van het nucleair tijdperk, een snijdende ontbloting van militaire waanzin. Een door lichaamsvochten geobsedeerde generaal laat B-52’s opstijgen om Moskou te nuken, waarna het gevecht in The War Room kan starten en de Sovjets hun Doomsday Device bovenhalen.

4 ‘Fail Safe’ (Sidney Lumet, 1964)

Amerikaanse vliegtuigen krijgen door een elektronisch defect de opdracht een kernaanval uit te voeren op Moskou. Bloedserieuze, in kille schok eindigende film die tegelijk met Dr. Strangelove werd gedraaid. Kubrick dreigde met een aanklacht wegens plagiaat, tot de release van Lumets film werd uitgesteld, met catastrofale gevolgen aan de kassa.

5 ‘The War Game’ (Peter Watkins, 1965)

Fictioneel, frappant docudrama over de impact van een nucleaire explosie in ruraal Engeland, waar niemand is voorbereid op psychische en sociale verwoesting. Gemaakt in opdracht van de BBC, die echter de uitzending annuleerde wegens ’te vreselijk’, waarna de film de oscar voor beste docu won en toch een bioscooprelease kreeg.

6 ‘Twilight’s Last Gleaming’ (Robert Aldrich, 1977)

Vrij naar Walter Wagers boek Viper 3, een scherpe thriller over een uit de gevangenis ontsnapte luchtmachtgeneraal die een kernraketsilo inneemt. De geheime beleidsvorming die de film verbeeldt, werd gemodelleerd naar Henry Kissingers boek uit 1957, Nuclear Weapons and Foreign Policy.

7 ‘The Day After’ (Nicholas Meyer, 1983)

Historisch belangrijke televisiefilm, niet zozeer om zijn kwaliteiten als wel om zijn timing en wereldwijde bioscooprelease. Nadat doorsnee-Amerika voorbeeldig wordt geportretteerd, krijgt Kansas City de volle nucleaire laag.

8 ‘Testament’ (Lynne Littman, 1983)

Geen paddenstoel, geen expliciete horror in dit naar de strot grijpend relaas van een Amerikaans plattelandsdorp dat ten prooi valt aan fall-out en langzaam desintegreert. Schitterende vertolkingen, in een sluipende regie van Taylor Hackfords echtgenote.

9 ‘Threads’ (Mick Jackson, 1984)

De BBC herhaalde zijn stunt van twintig jaar terug ( The War Game) met deze fictionele documentaire over een atoomontploffing in Sheffield. Gedateerd, maar destijds baanbrekend gruwelijk en intelligent in zijn aandacht voor de langetermijngevolgen van een radioactieve holocaust.

10 ‘War Games’ (John Badham, 1983)

En dan was er tijdens de ‘laatste’ stuiptrekking van de Koude Oorlog nog dit onderhoudend, veeleer zwakzinnig drama over een tiener die de centrale NORAD-oorlogscomputer hackt en de Derde Wereldoorlog (of was het Thermonuclear Holocaust?) wil spelen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content