THE BEST WAS YET TO COME – Als u dacht dat de eerste twee platen van Novastar al de moeite waren: de derde is nog beter. Almost Bangor ****
singer-songwriter
EMIJoost Zweegers mag dan vier tergend lange jaren uit roulatie zijn geweest, zijn kwikzilveren stem en dito popmelodieën hoeven we allang niet meer aan u voor te stellen. Net zomin als Mars Needs Woman, de vooruitgeschoven single en tevens openingstrack van Almost Bangor, de derde plaat van Novastar.
Eerlijk: wij kunnen ons niet inbeelden dat iemand die Almost Bangor gaat voorbeluisteren in de Fnac al niet halverwege de eerste strofe van Mars Needs Woman spoorslags richting kassa stuift, vervolgens een stuk of wat stoplichten negeert en een overstekend moesje omvermaait om – eenmaal thuis aangekomen – in de zetel neer te ploffen en de plaat op volle sterkte door de speakers te jagen. Ja, dát soort openingstrack is Mars Needs Woman. Wie hem nog níét drie keer daags over de FM-band heeft horen glijden, raden we ten stelligste aan om ‘m nú te gaan beluisteren op ’s mans Myspacepagina en u vervolgens – een stuk of wat stoplichten negerend en een overstekend moesje omvermaaiend – naar uw dichtstbijzijnde platenboer te reppen.
Bent u daar nog? Goed zo, want het beste nieuws moet nog komen: niet één song op Almost Bangor moet voor Mars Needs Woman onderdoen. Oké, ze hebben misschien niet het hitpotentieel van een Wrong of Never Back Down – deze keer geen majestueus openscheurende refreinen of de gezwollen falset van Joost Zweegers die steevast de hoogste regionen van de toonladder opzoekt – maar ze sorteren wél een maximaal effect met minimale middelen. Less is andermaal more. Hadden ze daar op Hertoginnedal maar aan gedacht!
Almost Bangor is een overwegend akoestische plaat waarop we Joost-de-troubadour te horen krijgen. Making Waves en Miles zijn daar de meest in het oor springende voorbeelden van: het eerste klimt hemelwaarts op een vliegend tapijt van strijkers, het tweede heeft aan een vleugje piano genoeg om uw hart tot een weke spons te herleiden. Tunnelvision, over Zweegers’ moeizame revalidatie na zijn pijnlijke val in Vorst, is óók zo’n machtige ballade – inclusief een adembenemende bridge: ‘All my life I saw the stars black as night.’
Slechts twee keer wordt het tempo enigszins opgedreven. In het van een kristalhelder refrein voorziene Because en in Weller Weakness, dat zich – what’s in a name – van opvallend welleriaanse gitaren bedient. En tot slot merken we nog graag even op dat Zweegers op Almost Bangor weer vaak zijn liefde voor The Beatles belijdt. Wings On Me had op All Things Must Pass van George Harrison kunnen staan, Bangor knipoogt onverholen naar John Lennon en in All Day Long kan u desgewenst echo’s uit Blackbird of Mother Nature’s Sun van The Beatles opvangen.
En nu vierklauwens richting dichtstbijzijnde platenhandelaar. Maar kijk misschien toch maar uit voor die stoplichten en dat overstekende moesje. We zouden niet willen dat Fernand Koekelberg hier volgende week op onze stoep verschijnt.
Vincent Byloo
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier