Nooit meer ten oorlog (10)
Op Wapenstilstand toveren Karl Vannieuwkerke, Goedele Wachters en Arnout Hauben de Grote Markt in Ieper om tot een heuse televisiestudio. Tijdens een acht uur durende marathonuitzending blikken ze terug op de Groote Oorlog en de wapenstilstand die precies honderd jaar geleden een toekomst van vrede moest inluiden. Aan de hand van interviews, reportages en muzikale hommages sluit Eén zo de herdenkingen van de afgelopen vijf jaar af.
‘Zie het niet enkel als een herdenking van de herdenking’, licht Arnout Hauben toe. In zijn reeks Ten oorlog wandelde de tv-maker in 2013 samen met zijn kompanen Jonas Van Thielen en Mikhael Cops de frontlinie van WO I af, op zoek naar grote verhalen van de kleine man. In 2015 nam hij op die manier ook WO II onder de loep. De insteek van Nooit meer ten oorlog overstijgt dat format, zegt Hauben. ‘Het is een programma dat nog meer in het nu probeert te staan.’
Intussen weiger je jezelf een expert te noemen.
Arnout Hauben: Als je per se een term wilt, gebruik dan ervaringsdeskundige. (lacht) Nee, ik heb de afgelopen vijf jaar min of meer hetzelfde traject afgelegd als vele Vlamingen. Ik heb de geschiedenis herontdekt en me volledig laten onderdompelen, waardoor die verhalen niet louter boeken uit de bibliotheek blijven.
Was de Vlaming zijn eigen geschiedenis dan vergeten?
Hauben: WO I was wat op de achtergrond geraakt. Dankzij de vele reportages en boeken die nu verschenen zijn, hebben we de Eerste Wereldoorlog opnieuw ingesloten in onze eigen geschiedenis. Anderzijds is het onderwerp in 2018 nog steeds niet afgesloten. Het biedt ons mogelijkheden om na te denken over de tijd waarin we nu leven en over wat ons nog te wachten staat.
Hoe gaan jullie dat in de uitzending proberen over te brengen?
Hauben: Dankzij gasten zoals Rudi Vranckx of Kamagurka, die op hun manier naar die oorlog kijken, voel je dat een terugblik op WO I meer kan zijn dan de archiefbeelden die we kennen van op Canvas om middernacht. Qua thematiek kun je het bijvoorbeeld ook gebruiken om naar de actualiteit te kijken.
Nooit meer ten oorlog klinkt in dat opzicht wel eerder utopisch.
Hauben: Die leuze klopt vandaag even hard als ze honderd jaar geleden klopte. Het is een ambitie die je moet hebben, een manier om naar de wereld kijken. Uiteraard is het een utopie, en uiteraard zal er oorlog bestaan zolang er mensen zijn. Maar je zult me toch niet zeggen dat we zodanig afgevlakt zijn dat ‘nooit meer ten oorlog’ een holle term is geworden? Het is meer een streven dan een gedachte.
Zondag 11/11, 12.00, Eén
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier