Even leek het alsof Alessandro Baricco met een literaire baboesjka op de proppen was gekomen. Geen boek in en uit het boek helaas, maar daarom is zijn nieuwe roman niet minder lezenswaardig.
Amper een jaar na zijn vorige, lovend ontvangen roman Mr Gwyn komt de Italiaan Alessandro Baricco aanzetten met alweer een nieuw werk. Dat is niet toevallig. Beide romans zijn innig met elkaar verbonden, zij het niet zo onlosmakelijk als je zou hopen. Het nieuwe kleinood – het boekje haalt net de meet van honderd pagina’s niet – Driemaal bij dageraad is als het ware een nageboorte van Mr Gwyn. Daarin ontmoette de lezer de schijnbaar uitgebluste schrijver Jasper Gwyn, die openlijk, via een opiniestuk in The Guardian, de brui geeft aan zijn publieke schrijverschap. Zeer tot wanhoop van zijn literair agent overigens, die Jasper blijft lastigvallen met smeekbedes om zijn pen opnieuw ter hand te nemen. En ondanks zijn aanvankelijke opluchting – elke schrijver wil wel eens het woordjuk van zich afgooien – blijft de schrijflust kriebelen bij Jasper. Daarom bedenkt hij een tussenoplossing: Jasper zal voortaan portretten schrijven, unieke verhalen op het lijf van één persoon geschreven, naar model dus, en tegen betaling want de huurbaas wil ook choco op zijn boterhammen. Het concept wordt een kleine hype en Mr Gwyn lijkt een gelukkig schrijversbestaan tegemoet te gaan. Tot er vreemde boeken opduiken waarin de nochtans geheim gehouden portretteksten voorkomen en meneer Gwyn op mysterieuze wijze in rook opgaat. Driemaal bij dageraad is een van de fictieve boeken die in Mr Gwyn voorkomen. Fictief, tot Baricco zo gecharmeerd raakte door het idee dat hij besliste om Driemaal bij dageraad ook effectief uit te schrijven.
Een boek dat tevoorschijn komt uit een ander boek, op zich een interessant idee – eentje waar Borges en Calvino stiekem jaloers op zouden zijn – alleen heeft Baricco er bewust voor gekozen om de lezer niet met een packagedeal op te zadelen: je hoeft Mr Gwyn niet gelezen te hebben om Driemaal bij dageraad te begrijpen en dat is een beetje jammer. Twee aparte boeken die met elkaar interfereren, een verdubbelde leeservaring bieden, het zou een prachtig literair experiment voor breed publiek opgeleverd hebben.
Een gemiste kans, maar Driemaal bij dageraad is op zich best de moeite. Barrico neemt ons drie nachten mee naar een hotel waar hij telkens twee wildvreemden aan elkaar voorstelt en hen onwennige dialogen laat voeren. The comfort of strangers leidt tot biechtgesprekken: een verleidelijke vrouw ontfutselt een slapeloze man een bekentenis, een nachtwaker behoedt een tienermeisje voor liefdesonheil en een vrouwelijke rechercheur laat haar hart spreken en voert een jongen weg van de gruwel van zijn pas afgebrande huis. Natuurlijk zijn die verhalen niet losweg naast elkaar gezet; al snel ontdek je de kruisverbanden en merk je de onzichtbare draden in tijd en ruimte.
Zoals steeds moet je Baricco zijn belerende toon vergeven – Baricco lezen is een beetje als bij grootoom Kamiel op schoot naar verhaaltjes voor het slapengaan luisteren -, maar eenmaal meegezogen in zijn constructie ben je een aangenaam halfuurtje zoet met deze dunne roman. Alleen dus jammer dat je de hand van Jasper Gwyn niet achter de schermen aan de touwtjes voelt trekken.
DRIEMAAL BIJ DAGERAAD ***
Alessandro Baricco, De Bezige Bij (originele titel: tre volte all’alba), 95 blz., ? 15,90.
RODERIK SIX
CENTRALE ZIN U wilt me toch niet vertellen dat u dat nooit hebt overwogen? Om het allemaal achter u te laten en een heel nieuw begin te maken? Dat zou toch niet zo slecht zijn?
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier