O.K. copiER – Midlake bewijst dat de back catalogue van Radiohead ook met stíjl kan worden leeggeplunderd. Hail to the thief!
Milkmaid Grand Army EP Bella Union rock
Geen groep die het voorbije decennium zo vaak is geïmiteerd en nageaapt als Radiohead. We zouden ze niet graag te eten geven, de duizenden wannabes, would-bes, has-beens en never-have-beens die zich op de recepten van Thom Yorke hebben gestort in de hoop spoedig toe te treden tot de Rock & Roll Hall of Fame, maar ergens ter hoogte van het lokale stempelkantoor zijn gestrand.
Zelfs de enkelingen die zich met hun platte epigonie wél tot aan de tepels in de poen hebben gespeeld, zijn er nooit in geslaagd meer dan één trucje onder de knie te krijgen. Of ze kopiëren klakkeloos de getormenteerde zangstijl van Thom Yorke, zoals Matt Bellamy van Muse en Koen Buyse van Zornik. Of ze bekwamen zich in het eindeloos herschrijven van ballades à la Fake Plastic Trees – en nee, Chris Martin, we kijken niet toevallig uw kant uit.
Tim Smith, zanger en eerstaanwezend songleverancier van Midlake, had ook in dat weinig begerenswaardige lijstje kunnen terechtkomen. Hij heeft na de release van OK Computer naar eigen zeggen een jaar lang elke dag naar Radiohead geluisterd, terwijl zijn stem van nature bij die van Thom Yorke aanleunt. Nochtans viel er van die invloeden op debuutalbum Bamnan And Silvercork en doorbraakplaat The Trials Of Van Occupanther nauwelijks iets te horen, want daarop grossierde Midlake in weemoedige americana met clevere hoorn- en strijkarrangementen.
Niet zo op hun allereerste EP, Milkmaid Grand Army, een zeven tracks tellend plaatje dat zes jaar geleden op amper duizend exemplaren is verschenen, maar nu opnieuw wordt uitgebracht op aandringen van de almaar groter wordende fanbase van Midlake. Ondanks zijn rudimentaire, door gitaren en allerhande keyboards gedomineerde sound verraadt Milkmaid Grand Army de roots van het Texaanse kwintet, en die liggen in de psychedelische periode van Radiohead, ergens rond de laatste eeuwwende.
Milkmaid Grand Army klinkt behoorlijk lo-fi en lijkt zich bij momenten zelfs onder water af te spelen, maar de songs zijn – om ons eens aan taalcontaminatie te bezondigen – uit het juiste hout van de bovenste plank gesneden. Zo drijft opener She Removes Her Spinal Hair op hetzelfde drumpatroon als Airbag van, jawel, Radiohead en bloeit het gaandeweg op caleidoscopische wijze open tot het in een welluidend samenspel van keyboards uitmondt. In Paper Gown, dat eerder op een limited edition van The Trials Of Van Occupanther verscheen, ligt de stem van Tim Smith begraven onder een bezwerend orgeltje dat uit de studio van Grandaddy lijkt weggeplukt.
Ook Simple doet zijn voordeel met zo’n hypnotiserend keyboardmotiefje, terwijl Roller Skate anderhalve minuut lang het territorium van Eels afspeurt alvorens weer bij iets van – roffel! – Radiohead uit te komen. Volgen nog de akoestische ballad Golden Hour, het instrumentale I Lost My Bodyweight In The Forest, waarin een dronken piano rondzwalpt, en het drammerige Excited But Not Enough, dat afkomstig lijkt uit een desert session van Queens Of The Stone Age met – komt-ie! – Radiohead.
Eentje voor de fans van Mercury Rev, The Flaming Lips, Grandaddy en u-weet-intussen-wel-wie.
Downloadtip
* Paper Gown
* Excited But Not Enough
Vincent Byloo
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier