‘Applaudisseert, mijn vrienden, de voorstelling is voorbij.’
Omdat je nooit een tweede kans krijgt om een laatste indruk te maken, en al helemaal niet op je sterfbed, overlopen we – ter lering en vermaak – wekelijks de laatste woorden van beroemde mensen. Deze week: componist Beethoven.
Juicht en jubelt, we hebben met zijn allen de Nobelprijs voor de Vrede gewonnen! Terecht natuurlijk, in andere tijden mondden financiële crisissen steevast uit in oorlogen en andere georganiseerde vormen van massamoord. Anderzijds kan niemand zich iets concreet voorstellen bij de spookachtige monoliet die ‘Europa’ heet. Op twee zaken na: de euro, en onze Europese hymne, waarvan u de eerste tonen ongetwijfeld mee kunt neuriën. Dat Ode an die Freude eigenlijk de koorfinale uit de Negende Symfonie van Ludwig van Beethoven (°1770) vormt, is helaas minder parate kennis.
Beethoven – een verre Belg, zijn ouders woonden even in Mechelen – gold al heel vroeg als een muzikaal wonderkind, en zijn drankzuchtige vader wilde daar naar analogie met Mozart harde munt uit slaan. Vaak sleurde hij de jongen ’s nachts uit bed zodat hij zijn drinkebroers kon vermaken met wat geniaal pianospel. Beethoven ontmoette zijn grote voorbeeld Mozart net niet en ging in de leer bij Haydn, hoewel beiden elkaar niet lagen. Al op zijn 26e doken de eerste symptomen van doofheid op: een aanhoudende fluittoon belemmerde zijn gehoor. Hij kon steeds minder naar muziek luisteren, laat staan spelen, en voerde gesprekken via schrift. Wanhopig overwoog hij even zelfmoord, maar hij bleef componeren: hij schreef stukken voor Goethe en Napoleon, hoewel hij de naam van de laatste weer van het titelblad schrapte toen die zichzelf tot keizer kroonde. Beethoven was al helemaal doof toen hij zijn Negende componeerde en na afloop van de première moest een muzikante hem naar het publiek omdraaien zodat hij het applaus kon zíén – een voorstelling die trouwens in rellen eindigde, zo dolenthousiast reageerden de Weners. Hoewel Beethoven aanzetten tot een Tiende maakte, haalde een longontsteking hem in. Op zijn sterfbed in 1827 kreeg hij de sacramenten en noemde, nadat de priester was vertrokken, het hele gedoe een komedie. Het zal hem plezieren dat zijn Negende ondertussen is uitgegroeid tot een klassieke oorwurm van jewelste, en tot supranational anthem van het bekroonde vredesproject dat Europa heet.
DOOR RODERIK SIX – ILLUSTRATIE LEEN VAN HULST
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier