Kunst in der DDR, Neue Nationalgalerie, Potsdamer Straße 50 in Berlijn, tot 26/10. www.ddrkunst.de

Iedereen kent het sociaal realisme of de verbeten kritieken op het communistische regime. Maar er werd ook nog andere kunst gemaakt in de voormalige DDR.

Geen propagandakunst, geen rechttoe-rechtaan protestkunst, maar kunst die vooral kunst wilde zijn: dat is het uitgangspunt van Kunst in der DDR, een tentoonstelling die nu in Berlijn te zien is. Kunst uit het voormalige Oost-Duitsland bevrijd van de politieke stigmata – Was ze nu vóór of tegen het regime? – die ze totnogtoe altijd moest torsen. Kunst in der DDR hoedt zich voor politiek tromgeroffel: de tentoonstelling is opgevat als een essay en biedt een haast verdacht museale terugblik op de kunstscene van de voormalige DDR.

Het begint allemaal met Stunde Null, het platgebombardeerde Duitsland van 1945 waarin de kunst zichzelf herontdekte en de ontberingen van de oorlogsjaren van zich af probeerde te tekenen en te schilderen. Maar begin jaren vijftig kwam het dictaat van het sociaal realisme. Kunst die de massa meteen begreep, dat werd het ordewoord. Niettemin bleven heel wat kunstenaars hun eigen ding doen, en vooral dat maakt deze tentoonstelling interessant. Vanuit westerse ogen bekeken, is het weer even wennen aan kunst die soms noodgedwongen in achterkamertjes bleef hangen.

Kunst is communicatie, is een veelgehoorde slogan in het huidige kunstbedrijf, maar hier zie je veel ingetogen schilderijen, of een stel kunstenaars die schuchter teruggrijpen naar een impressionistische verftoets. Kunst om de kunst, zou het dan toch nog bestaan? Zelfs de meest ingetogen doeken ontsnappen echter niet aan de schaduw van het regime, en even verderop laten kunstenaars zoals Werner Tübke monumentaal werk op je los. Tübke schilderde complexe figuratieve prenten, met Jeroen Bosch in het achterhoofd en met thema’s die het regime graag wilde zien. Zijn schilderijen laten nog altijd een diepe indruk na.

De tentoonstelling maakte flink wat reacties los in Duitsland. Gerd Harry Lybke, een sleutelfiguur in de niet-officiële Leipziger kunstscene van de jaren tachtig en tegenwoordig een van de belangrijkste galeriehouders van Berlijn, uitte scherpe kritiek; volgens hem bestaat er niet zoiets als dé kunst uit de DDR. Kunst aus dem Kongo was volgens hem een betere titel geweest. En Lybke heeft een beetje gelijk: de invloeden tussen Oost en West zijn niet te tellen als je door de tentoonstelling wandelt, en popart bijvoorbeeld bestond ook in de DDR.

Met Kunst in der DDR hoopten de curatoren een model te hebben geschapen voor hoe er in de toekomst naar kunst kan worden gekeken, maar hun betoog toont een haast reactionair esthetische benadering van wat kunst zou kunnen zijn. Denken dat uiteindelijk alleen ‘de kwaliteit en het niveau van de kunst’ overblijven, los van elke ideologie, is ronduit naïef. Kunst verhoudt zich altijd tot een buitenwereld: zelfs de beslissing om zich af te wenden van wat daarbuiten gebeurt, is een houding tegenover die buitenwereld. Niettemin lijkt Kunst in der DDR nu al een noodzakelijke piste in de lange weg waarmee cultureel Oost-Duitsland met zichzelf in het reine komt. Kwestie van de dialectische gang van zaken zonder al te veel schrammen te doorlopen.

Door LARS KWAKKENBOS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content