Jeroen Janssen

1 Zie je Posthumus als het aflossen van een schuld aan je overleden scenarist, Pieter van Oudheusden?

Jeroen Janssen: Voor een deel wel. Ik had hem beloofd het boek af te maken. We hadden er samen al zo veel tijd en moeite in gestoken. Pieter heeft zelfs in zijn laatste levensjaar nog hard gewerkt om het verhaal af te krijgen. De meeste hoofdstukken waren al getekend en het hele scenario was klaar. Ik had nu wel wat moeite met mijn oudste pagina’s terug te zien. Ondertussen zou ik die helemaal anders aangepakt hebben, maar ik heb me daarbij neergelegd. Pieters overlijden heeft Posthumus natuurlijk beïnvloed. De dood was vanaf het begin al aanwezig door de structuur van het boek: Schubert die op zijn sterfbed terugdenkt aan belangrijke episodes in zijn leven. Door het overlijden van Pieter heeft dat aspect automatisch meer betekenis gekregen. De titel Posthumus is daar ook een voortvloeisel van.

2 Van wie kwam het idee om iets met Schubert te doen?

Janssen: Ik was er al mee bezig voordat ik met Pieter begon samen te werken. Toen ik jong was, maakte ik al houtsnedes gebaseerd op Schuberts muziek en ik koesterde ook een boekje over hem van toenmalig Knack-hoofdredacteur Frans Verleyen. Heel Schuberts leven inspireerde me: wandelen in de bergen, muziek maken, moeten vechten om je brood te verdienen. Tegelijk had hij veel goeie vrienden en is hij erg vroeg gestorven. Hij was kortom een boeiend personage. Ook Pieter had veel voeling met de historische figuur Schubert en met zijn muziek.

3 Wat spreekt je zo aan in de muziek van Schubert?

Janssen: Hij heeft enorm veel gemaakt. Eigenlijk schreef hij muziek over al wat zijn pad kruiste. Als hij een verhaal of een gedicht las en er iets bij voelde, ook al was het maar matige poëzie, componeerde hij iets. Uiteindelijk kom je in zijn werk vaak bij de grote thema’s uit: de liefde, de natuur, de dood. Ik vind niet alles mooi. Zijn opera’s vind ik vreselijk, maar ik hou dan ook niet van opera. Tot de hoogtepunten van zijn werk reken ik bijvoorbeeld de liederencycli Die schöne Müllerin en Winterreise, het strijkkwartet Der Tod und das Mädchen, de pianomuziek en het strijkkwintet in C groot. Als amateurviolist keek ik ernaar uit om het boek te presenteren met een concert met twee vriendinnen van het orkestje De Ledebirds, van wie er één Schubert in het Perzisch zou zingen. Maar door het coronavirus zal dat niet voor onmiddellijk zijn. Misschien komt het er nog wel eens van.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content