‘IN MEXICO KIJKEN WEINIGEN NOG OP VAN BRANDENDE GENITALIËN’

Eind deze maand serveert het Mooov-festival u in verschillende Vlaamse steden weer een fijne keur aan wat de wereldcinema te bieden heeft, zoals tien onuitgegeven Mexicaanse topfilms, waaronder Heli van Amat Escalante, een afdaling in de hel van de drugsoorlogen, vorig jaar in Cannes door Spielberg bekroond met de prijs voor beste regie. ‘En ik die dacht dat ik een eerlijk liefdesdrama gemaakt had.’

De jongste jaren wordt er hier al eens een mediapolonaise op gang getrokken van zodra een Vlaamse film in den vreemde een prijs wint, zelfs al is het een volkomen obscure, maar in Mexico hadden ze het voorbije, anderhalve decennium pas echt reden om fiësta te vieren. Niet alleen blaften de straathonden van Amores perros in 2000 een schuimende golf toptalenten wakker, onder wie Alejandro González Iñárritu (Babel, Biutiful), Alfonso Cuarón (Y tu mamá también, Children of Men en Gravity), Guillermo del Toro (Hellboy en Pan’s Labyrinth) en Emmanuel Lubezki (vaste cameraman van Cuarón en Terrence Malick), die stuk voor stuk tot in de hoogste heuvels van Hollywood wisten door te dringen. Dankzij Carlos Reygadas (Japón, Stellet licht), Fernando Eimbcke (Temporado de patos, Lake Tahoe), Michael Rowe (Año bisiesto), Diego Quemada-Díez (La jaula de oro) en een roedel andere jonge, eigenzinnige filmmakers kleurden ook de arthouses en ’s werelds grootste filmfestivals regelmatig groen-wit-rood, y no, señoras y señores: voorlopig ziet het er niet naar uit dat die Mexican wave snel weer gaat liggen.

Wie daarvan bewijzen wil, moet straks afzakken naar Turnhout, Brugge, Genk, Roeselare of een van de andere Vlaamse steden waar Mooov de tenten opslaat. Op het menu staat namelijk onder meer een selectie van tien, niet eerder in België vertoonde films van Mexicaanse makelij die het voorbije jaar op allerlei buitenlandse A-festivals furore maakten. Uitschieter daarbij is zonder twijfel Heli, en niet alleen omdat regisseur Amat Escalante voor zijn thrillerdrama in Cannes vorig jaar de prijs voor de beste regie kreeg, uit handen van juryvoorzitter Steven Spielberg. Escalante’s controversiële uppercut – over een jong koppel dat tegen wil en dank in de loopgraven van de lokale drugsoorlogen belandt – kijkt allerminst weg van de gruwel die Mexico de jongste jaren teistert. Zo toont Escalante onder meer – gevoelige en andere kijkers zijn gewaarschuwd – hoe de geslachtsdelen van een gefolterde jongeman door bendeleden in de fik worden gezet.

‘Ik dacht een eerlijk liefdesdrama gemaakt te hebben over een jong, hardwerkend koppel dat een kindje krijgt en aan de drugsoorlogen wil ontsnappen’, grijnst Escalante, die met Sangre (2005) en Los bastardos (2008) eerder al twee bastaarden van sober sociaal realisme en grimmige genrecinema op het publiek losliet. ‘Maar sommigen doen alsof ik de gruwelijkste horrorfilm in jaren heb gemaakt. Ik kan het toch ook niet helpen dat dergelijke dingen in Mexico gebeuren.’

Maar je hoeft die gruwel toch niet per se te tonen?

AMAT ESCALANTE: Nee, maar dan sluit ik de ogen – én die van de kijker. In het Mexicaanse journaal krijg je wekelijks beelden te zien van afgehakte hoofden en gestroopte lijken die publiekelijk te kijk worden gehangen. De tv-stations bieden qua gruwel tegen elkaar op. Er zijn geen limieten meer. Mensen zijn murw geslagen door dat expliciete geweld. Mijn film is ingebed in die werkelijkheid. Misschien dat men in Europa nog gechoqueerd is door brandende genitalia, maar in Mexico kijken weinigen daar nog van op.

Dat is toch een choquerende vaststelling?

ESCALANTE: Absoluut. En dat wil ik net aankaarten. Vandaar dat je de personages in de film regelmatig naar dergelijke gruwelbeelden op tv ziet kijken. Onbewogen haast. Hitchcock zei ooit dat er niks huiveringwekkender is dan suggestief geweld, het geweld dat je niet toont. Wat zich in het hoofd van de kijker afspeelt, is doorgaans veel erger dan wat hij ziet. Dat spelletje wilde ik hier niet spelen. Ik woon in Mexico, dit is wat er op straat gebeurt en dit is waar ik me zorgen om maak.

Is Heli gebaseerd op concrete feiten?

ESCALANTE: Ja en nee. Ik wilde sowieso draaien in en rond Guanajuato, de provinciestad waar ik opgegroeid ben, en ik heb verschillende nieuwsartikels, reportages en politieverslagen verwerkt tot één fictief verhaal. Maar de meeste van die echt gebeurde zaken speelden zich af in heel andere regio’s van Mexico. Die folterscènes

heb ik ook niet volledig verzonnen. Sommige dingen vind je gewoon op YouTube.

Kom je zelf vaak in aanraking met geweld?

ESCALANTE: Dat niet, al publiceren de twee kranten uit mijn provincie wel de meest gruwelijke foto’s op hun voorpagina’s met de stupiedste en meest schokkende koppen boven. De populaire, nationale kranten zijn nog extremer. Mexico heeft van oudsher een dodencultus die veel explicieter is dan die in Europa of de Verenigde Staten. We hebben minder de neiging om de dood te verbergen of weg te moffelen. Mexicanen zijn morbider. Maar het is niet zo dat je er op elk moment of op elke plek moet vrezen voor je leven. Toeristen kunnen naar Mexico reizen en zullen niks van de bendeoorlogen merken. Dat neemt niet weg dat er in 2011 alleen al 2000 mensen zijn vermoord. Het gaat daarbij om onderlinge afrekeningen tussen rivaliserende kartels, die laten zien tot wat ze in staat zijn door lijken als trofeeën op straat op te hangen. Gewoon om hun rivalen en de politie af te schrikken. Maar nogmaals: Heli is geen documentaire over de Mexicaanse drugsoorlogen. Het is een liefdesfilm over een jong, gemiddeld Mexicaans koppel wier liefde op de proef wordt gesteld door de grimmige context waarin ze leven.

Hoe komt het dat de drugsoorlogen zo hevig zijn opgeflakkerd de jongste jaren?

ESCALANTE: Om dezelfde reden als alle oorlogen ter wereld: armoede. De kloof tussen arm en rijk is gigantisch in Mexico, nog veel groter dan in de States, waar ik negen jaar heb gewoond. De rijkste man ter wereld is een Mexicaan – de telecommogol Carlos Slim Helú. Verder heb je een elite van ondernemers en een middenklasse. En daaronder heb je miljoenen mensen die onder de armoedegrens leven, in sloppenwijken, of op straat. Echt Afrikaanse toestanden zijn het. Het kan niet anders dan dat daar conflict, criminaliteit en geweld uit voortvloeit.

In je vorige films, Sangre en Los bastardos, speelde de kloof tussen arm en rijk ook al een hoofdrol. Bewust?

ESCALANTE: Ik film in Mexico en ik observeer de wereld waarin ik leef, maar ik ben geen marxist die met politieke pamfletten de wereld wil veranderen. Verre van zelfs. Ik heb mijn ideeën over wat rechtvaardig is en wat niet en die probeer ik in mijn films te verwerken. That’s it. Ik ben zelf het product van verschillende klassen, culturen en ideologieën. Mijn vader is een Mexicaan, mijn moeder is Amerikaanse met Russische roots, ik ben geboren in Spanje, groeide deels op in de States en nu woon ik al vijftien jaar in Mexico. Mijn vader is kunstschilder en verdient weinig tot niks. Mijn moeder is laborante en verdient ook niet zo veel. Als filmmaker verdien ik nog het meest binnen mijn familie, dus weet je dat ik niet snel met Carlos Slim zal kunnen concurreren. (lacht)

Je komt dus deels uit een artistiek milieu. Wilde je altijd al filmmaker worden?

ESCALANTE: ik was vijftien toen ik Stanley Kubricks A Clockwork Orange zag en ik heb die film toen gedurende een maand elke dag bekeken. Dit is dus wat er gebeurt als je als tiener naar zo’n gewelddadige film kijkt: je wordt zelf regisseur en je maakt films die nog choquerender zijn. Had ik maar naar Disneyfilms gekeken, zoals mijn klasmakkers. (lacht) Voor alle duidelijkheid: ik wil niet dat vijftienjarigen naar Heli kijken. Ik wil dat jonge mensen gespaard blijven van gruwelbeelden. Dat is net wat ik met mijn film wil tonen, maar dat hebben sommigen blijkbaar niet door.

Maar je wilt deels toch ook provoceren, bijvoorbeeld door te tonen hoe een hondje de nek wordt omgewrongen.

ESCALANTE: Ik wil kijkers – volwassenen wel te verstaan – confronteren met hun kijkgewoontes. Je ziet mensen gefolterd en geliquideerd worden, maar wat vinden sommigen achteraf het meest choquant? Dat arme, lieve hondje, godbetert. (grijnst) Vandaar dat ik het geluid van zijn nek die breekt bewust luider heb gemixt. Dat is sarcastisch en provocerend, inderdaad, maar ik kon het niet laten. Ik wil kijkers confronteren met hun hypocrisie, met hun vervormde waardenschaal. In elke actiefilm uit Hollywood worden tientallen mensen afgeknald, maar het geweld heeft nauwelijks impact en ondertussen zit iedereen vrolijk popcorn te vreten. In mijn film worden twee mensen gedood, en twee hondjes, maar ik wil de kijker dat geweld wel weer doen voelen. Geweld is niet entertainend of sexy. Het is walgelijk en deprimerend. Kubrick dacht daar hetzelfde over, en David Cronenberg of Michael Haneke denken daar blijkbaar ook zo over. Niet toevallig zijn dat net mijn favoriete filmmakers.

HELI Te zien tijdens Mooov (zie hierboven) en in de reeks One Shot Cinema op 7, 14, 21 en 28 mei in KaskCinema, Gent, kaskcinema.be

DOOR DAVE MESTDACH

Amat Escalante ‘JE ZIET IN HELI MENSEN GEFOLTERD EN GELIQUIDEERD WORDEN, MAAR WAT VINDEN SOMMIGEN HET MEEST CHOQUANT? DAT ARME, LIEVE HONDJE, GODBETERT. DUS HEB IK HET GELUID VAN ZIJN NEK DIE BREEKT WAT LUIDER GEMIXT.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content