‘Ik gaf hem de raad er zo aantrekkelijk mogelijk uit te zien’

Sex Pistols-gitarist Steve Jones leverde met zijn autobiografie Lonely Boy het bronmateriaal voor Pistol. En hij is behoorlijk trots op de reeks. Een compliment voor de 66-jarige rocker was overigens gauw gevonden.

Het is het lot van elke rebelse groep om op een dag bij de classic rock te worden ingedeeld, maar de Sex Pistols ontsnappen aan dat label: jullie klinken na 45 jaar nog even agressief, fris en antipathiek als toen. Hoe komt dat?

Steve Jones: Dat heeft volgens mij veel met het gitaarwerk te maken. (lacht) En de bas! Wist je dat ik ook negentig procent van de baspartijen op onze lp Never Mind the Bollocks, Here’s the Sex Pistols heb ingespeeld?

Dat is bekend. Hoe was je relatie met Sid Vicious, die Glen Matlock opvolgde en voor de buitenwereld jullie officiële bassist werd?

Jones: Uitstekend. Sid was een goeie gast, maar een waardeloze muzikant. Zoals je in de reeks kunt zien, lijfde Malcolm hem in voor zijn looks, niet voor zijn muzikale kwaliteiten. En zelf wilde hij gewoon in de groep zitten – of hij speelde of niet, maakte hem niet zoveel uit. Een unieke figuur, Sid. Spijtig dat hij er niet meer is.

Zanger Johnny Rotten was een stuk belangrijker voor de groep. Snap je waarom hij zo tegen de reeks gekant is?

Jones: (schouderophalend) John zal altijd John blijven. De reden waarom hij nu dwarsligt, is meteen ook de reden waarom we nog altijd een legendarische groep zijn, snap je? Zonder zijn présence en die unieke sneer van hem was het misschien nooit wat geworden. Ik kan dus moeilijk kwaad op hem zijn, maar ik weet wel: mocht hij ooit de kans krijgen om zijn autobiografie door de enige echte Danny Boyle te laten verfilmen, zou geen haar op mijn hoofd eraan denken om dat tegen te houden. Voor onze drummer Paul Cook (die met Jones verhinderde dat Pistol door Rotten de muziek van de groep niet mocht gebruiken, nvdr.) geldt trouwens hetzelfde.

Passeert ook de revue in Pistol: het moment waarop jij talkshowhost Bill Grundy live op televisie uitmaakt voor vies oud mannetje – onder andere. Je hebt in het verleden weleens je spijt over die uitlatingen uitgedrukt.

Jones: Ja, maar enkel omdat de groep daarna alleen nog met dat schandaal en de politiek werd geassocieerd, terwijl het mij altijd om de muziek ging. Grundy verdiende die verwijten voor de volle honderd procent. Hij zat te geilen op de meisjes die met ons mee waren.

Je hebt bij Pistol niet alleen een credit als schrijver, maar ook als executive producer. Was je verder nog bij de reeks betrokken?

Jones: Niet intensief. Al is Toby Wallace, de jongen die mij speelt, wel in LA bij mij op bezoek geweest. Die jongen is pas twintig jaar na onze split geboren. (lacht) Leuke knul. Ik heb hem wat dingetjes op de gitaar getoond, zodat het een beetje echt zou lijken op het scherm. Verder heb ik hem de raad gegeven dat hij alleen een geloofwaardige Steve Jones kon neerzetten als hij er zo aantrekkelijk mogelijk uitzag.

En kwam hij in de buurt?

Jones: Op nog geen duizend kilometer! (lacht)

Steve Jones

Geboren in 1955 in Londen. Groeit op met zijn moeder en stiefvader, die hem als kind eenmaal seksueel misbruikt.

Veertien keer veroordeeld voordat de Pistols hem redden van een bloeiende carrière in de criminaliteit.

Acteert ook af en toe en is te gast op platen van onder anderen Bob Dylan en Iggy Pop.

Kickt in 1990 af van drank en drugs. Leert pas daarna echt lezen en schrijven. Zijn autobiografie Lonely Boy: Tales from a Sex Pistol (2017) dient als basis voor Pistol.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content