Net toen geen mens zich nog aan een voorspelling daaromtrent waagde, dreef er lichte donder boven Keulen: na een reünietournee die zomaar even tien jaar heeft geduurd, schenken Pixies de wereld eindelijk een opvolger voor Trompe le Monde uit 1991. Op de koffie met Charles ‘Black Francis’ Thompson, Joey Santiago en David Lovering in Denver, Colorado, duizend mijl verwijderd van de dichtstbijzijnde oceaan. ‘Zie mij hier zitten: een visser op volle zee.’

What’s the food?‘, blaft de douanier, speciaal opgeleid voor staatsgevaarlijke situaties als deze, mij toe. Op het daartoe ontworpen aangifteformulier heb ik koorknaapachtig vermeld dat ik de United States of America wens te enteren met iets eetbaars in mijn reiskoffer. ‘Box of chocolates’, antwoord ik. Geen lidwoord. Amerikaanse gezagsdragers houden er niet van als je onnodig rond de pot draait. Daarom begin ik niet over degenen voor wie mijn verdachte waar is bestemd: het bizarre rockgroepje Pixies. Dat zou onvermijdelijk leiden tot verduidelijkingen waarbij ik opengesneden varkensoogballen, vulkanen op Mars, grijpgrage priesters, naar vuur gravende besjes, met bloed besmeurde cactussen en popsongs vol psychopatenzang en trashgitaren niet onvermeld zou kunnen laten. Een strip search waarbij de gladde handschoen niet wordt gespaard zou mijn deel kunnen zijn. Ik hou van Charles Thompson/Black Francis/Frank Black. Maar ik heb nooit als hem willen klinken.

Alsof 2004 pas gisteren was, zijn de Pixies onverdroten bezig aan het Noord-Amerikaanse luik van nog maar eens een wereldtournee. En alweer: met succes. Zuid-Amerika en Europa staan alvast te trappelen. Het verschil met tien jaar geleden: er is – hallelujah en kiss me cunt, kiss me cock nog aan toe – eindelijk nieuwe muziek naar buiten gesijpeld. Ietwat ongelukkig verkruimeld over twee titelloze, simpelweg genummerde ep’s weliswaar, met een derde op het moment dat we de band opzoeken onderweg. Ik mag dan nog aan niemand zeggen wat elke waarnemer nochtans aan zijn/haar eksterogen voelt: dat de hele bundel, twaalf songs in totaal, straks wordt aangesnoerd tot de eerste Pixieslangspeler in drieëntwintig jaar. Indie Cindy wordt de naam.

Ik hoop vanavond juichend te kunnen vaststellen dat sommige van die nieuwelingen live een even lang leven beschoren zijn als al het onverwoestbaars dat over de debuut-ep Come On Pilgrim (1987) is gedrapeerd, en over de langspelers Surfer Rosa (1988), Doolittle (1989), Bossanova (1990) en Trompe le Monde. Maar eerst mag ik vragen stellen aan zanger-gitarist Black Francis, gitarist Joey Santiago (beiden 49 of bijna) en drummer David Lovering (52). Bassiste van het eerste uur Kim Deal trok een klein jaar geleden de deur achter zich dicht. Waarna de anderen ze weer op een kier zetten. Hoe het precies allemaal zit, weten ze zelf niet. Pixies praten niet zo makkelijk onderling. Maar geconfronteerd met het rode lichtje van een dictafoon is er geen vuiltje aan de lucht. In het door de zon gekuste restaurant van een statig hotel downtown laat Black Francis voor een openhartige babbel zelfs zijn met ei gevulde ravioli niet staan. Hij grijnst de eerste van vele grijnzen, die zich door een markant wezenskenmerk onderscheiden: ze druipen stuk voor stuk van de voldoening. Hier zit een tevreden man.

‘Mach ich Engels spreken?’, zegt hij.

Een tevreden man van de wéreld.

Wat is nu het grote voordeel aan eerst drie ep’s uitbrengen, en dan pas de grote plaat waar iedereen al tien jaar over speculeert?

BLACK FRANCIS: In samenspraak met ons management vonden we dat de beste manier om terug te keren naar een normale bandsituatie. Want je kunt niet voor eeuwig met oud materiaal toeren.

Dan breng je toch al vroeger die plaat uit?

BLACK FRANCIS: Het is niet omdat je een plaat uitbrengt dat je er automatisch een hit mee scoort.

Nooit gedacht dat dat de bedoeling was.

BLACK FRANCIS: Dat is het ook niet. Maar! Je weet net zo goed als ik dat als je vandaag een plaat op de markt brengt, je die sneller dan ooit ziet wegdeemsteren. Met een reeks ep’s kun je de aandacht over een langere periode spreiden. Bovendien breid je stapsgewijs je liveset weer wat uit.

Een langspeelplaat is geen statement meer?

BLACK FRANCIS: Sommige fans hebben nog altijd een romantische, emotionele band met de lp. Voor hen is het simpel: wat is die bullshit met die ep’s, geef ons de fucking plaat. Alleen: die mensen zitten niet in de band. Ze hoeven zich niet te bekommeren om ons voortbestaan, onze job. De rekeningen moeten kloppen. In het rood gaan kan niet. You can only lose money so many times.

Wacht, nu volg ik niet. Al dat getoer heeft Pixies enkele tientallen miljoenen dollar opgebracht. Waar maak je je zorgen over?

BLACK FRANCIS:(kauwt bedachtzaam op een stukje ravioli) Oké, je hebt gelijk. Maar kijk, wij zijn working class. Jaren geleden hebben we al een belangrijke les geleerd. Reken nooit op het geld van de T-shirtverkoop wanneer je een tourbudget opstelt. (wuivend vingertje) Neeneenee. Want als niemand een T-shirt koopt, heb je een probleem. Op dezelfde manier ga je het geld dat je met optreden verdient niet gebruiken voor een onzekere investering als een lp. Wil je als band een stabiele financiële constructie? Dan houd je alles strikt gescheiden. Ik wil niet opscheppen, maar met Pixies hebben we altijd de tering naar de nering gezet. We spelen nu in grotere zalen dan ooit. Maar backstage staan we onszelf niets extravagants toe. Goed, ik heb iemand die zich over mijn gitaren ontfermt. We hebben een stagemanager. We hebben roadies. Wat we níét hebben, zijn oosterse tapijten in de kleedkamer, buikdanseressen en iemand die onze hemden strijkt. Alles is heel basic. Omdat we zelf zo zijn.

Werkijver definieert de Pixies. Al van toen jullie er eind jaren tachtig in Boston aan begonnen.

BLACK FRANCIS: Ja. Omdat we nooit meer terug naar onze jobs wilden. Aanvankelijk werkten we overdag en repeteerden we ’s nachts. Joey en ik waren allebei winkelmanagers, op amper enkele treinhaltes van elkaar. Ik heb in een bar gewerkt. In een hotel. Dat soort dingen. David werkte bij een elektronicabedrijf. En Kim was secretaresse van een dokter.

Soms ging ze recht van het werk het podium op.

BLACK FRANCIS: Haha, ja. In haar mantelpakje en opgedofte haar. (glimlacht) Soms krijg ik nog eens een oude foto van haar onder ogen. Niet te geloven hoe ze er toen uitzag. Niet te geloven hoe we er toen allemáál uitzagen. Toen ik werken in loondienst definitief opgaf, was dat de bevestiging dat ik een echte muzikant was geworden. Een zuivere artiest. Tot op vandaag ben ik bereid behoorlijk wat offers te brengen om die status te behouden. Verdien ik morgen een pak minder? Dan verkassen we naar een kleiner huis. De kinderen moeten maar naar een publieke school. En die gezinswagen gaat weg? We nemen de bus wel. Ik wist het als kind al: niets is beter dan je eigen baas te zijn. Zowel mijn vader als mijn stiefvader was zelfstandig. Soms op het rampzalige af. Maar als ze faalden, hadden ze het enkel aan zichzelf te wijten. Met mijn broers was het net zo.

De ep’s zijn vorig jaar opgenomen in een studio in Wales. Opnieuw met producer Gil Norton, die ook Doolittle, Bossanova en Trompe le Monde heeft gedaan.

BLACK FRANCIS: Een rasechte BBC-popproducer. Zonder hem zouden we een pak slordiger en dissonanter klinken. Zijn missie is om met elke song op Tom Petty te mikken. Which is fine. We hebben allemaal een boon voor Tom Petty. Here Comes Your Man? Een Tom Petty-song.

Mag ik zeggen dat de nieuwe nummers minder gekke Pixiesbochten bevatten dan de oude?

BLACK FRANCIS:(leunt peinzend achterover) Neen. Sommige songs, zoals Indie Cindy zelf, zijn behoorlijk complex. In feite moest Gil mij beteugelen of het was bijna progrock geworden. Wel geef ik toe dat we tegenwoordig wat van onze grillige energie missen. Ik kan niet zomaar, zoals vroeger, iedereen bij elkaar fluiten om het repetitiehok in te stormen. Ik ben de onbetwiste leider niet meer. (grijnst) Joey en David wonen in Los Angeles, ik in Amherst, Massachusetts. Ja, naast U-Mass, onze oude universiteit. Al de nieuwe nummers zijn dus op papier uitgewerkt. Dat kan perfect. Al verlies je er wel wat mee. Bindmiddel. Kleine dingen.

Met welke nieuwe song ben je zelf het gelukkigst?

BLACK FRANCIS:(denkt wel heel lang na)Snakes. Omdat het zo moeilijk was dat arrangement goed te krijgen. Met die Pink Floyd-achtige gitaarintro en -outro. Het is een buitenbeentje, het enige nummer dat niet op voorhand is geschreven. Gewoon iets wat gebeurde. Het bewees dat we weer een echte band kunnen zijn, die jamt, repeteert, samen muziek maakt in dezelfde ruimte. Resultaten boekt, weet je wel. Dat was opwindend.

Het is nooit zo goed geweest om een Pixie te zijn?

BLACK FRANCIS:It’s great. We hebben allemaal onze persoonlijke drama’s meegemaakt. Nu heeft elk van ons een gelukkig gezin. Oké, we zijn vaak niet thuis. Ik heb het soms lastig wanneer mijn vrouw vertelt dat ze de dad energy mist in het huishouden. We hebben vijf kinderen: de oudste twee uit haar vorige relatie, de jongste drie van ons samen. Vooral de jongens worden opstandiger als ik er niet ben. En de meisjes emotioneler. (lacht)

Jij bent de rots in de branding thuis?

BLACK FRANCIS:Well, I’m the papa, you know what I mean? Zonder vader is de balans zoek. Anderzijds: (spreidt zijn armen) dit is het goede leven. Zie mij hier zitten: een visser op volle zee. Ik laad mijn ruim vol en dan kan ik weer op huis aan. (lacht)

***

Ladies and gentlemen, it’s… Joey Santiago! Geboren op de Filipijnen. Een van Black Francis’ oudste vrienden. En als gitarist een onbezongen klasbak. Geen beter moment om die verrekte Belgian chocolates boven te halen. Een nogal doorzichtig presentje, was mijn vrees, maar niet voor een stel Amerikanen. Als schooljongens beginnen beide heren de inhoud van het doosje te kieken met hun smartphones. Tussen Charles Thompson/Black Francis en Santiago heerst een tamelijk hechte band. Ze leerden elkaar kennen toen ze aan de University of Massachusetts studeerden. Santiago koos economie, Thompson antropologie. Dat ging nergens heen. Maar ze hadden allebei wel een gitaar. De eerste song die ze samen speelden, was In the Midnight Hour van Wilson Pickett. Gaandeweg begonnen ze Thompsons songs onder handen te nemen. Op diens draaitafel lagen platen van Iggy Pop, Violent Femmes, XTC, Talking Heads, Ramones, Hüsker Dü en The Cars. Black Francis: ‘Is She Weird? Een Cars-song!’ Na een semester was Thompson het beu, en trok hij met een uitwisselingsprogramma naar San Juan, Puerto Rico. Dat ging nergens heen, maar hij zat tenminste in Puerto Rico. Hij lag er op het strand, leerde Spaans en schaafde zijn poolbiljarttechniek bij. Na zes maanden drong zich een beslissing op: de boot nemen naar Nieuw-Zeeland om er de komeet van Halley te zien overvliegen, of naar Boston terugkeren en een rockgroep beginnen. Charles Thompson schreef Joey Santiago een brief.

Daarin schreef je: onze tijd is gekomen, we moeten nú onze dromen najagen, we dóén dit. Waar dromen jullie tegenwoordig van?

BLACK FRANCIS:Oh my god. Ik heb een hele lijst. Schilderen! In dikke klonters! Verder: naar Frankrijk verhuizen. Mijn oudste kinderen zijn niet meer te houden. Ze willen naar Zwitserland op kostschool, naar Italië. Daarnaast werk ik ook aan twee filmscenario’s, het ene al wat verder gevorderd dan het andere. Het is te zeggen: er zijn al twee andere mensen bij betrokken. Fransen, haha. Ziedaar mijn geheime plan. Mijn vrouw zou graag in een warme streek wonen. Maar ik ga niet naar fucking Florida verhuizen. Neen, dan Avignon. Of Montpellier! Perpignan!

JOEY SANTIAGO: Het enige waar ik echt goed in ben, is muziek. Na de split van de Pixies ben ik soundtracks gaan schrijven voor film en televisie. Ik wil beter worden in componeren. Ik moet wel dringend mijn IMDb-profiel opkrikken – Internet Movie Database, ken je dat? I’m all about credits. Als je naam niet af en toe op een aftiteling passeert, besta je niet in Hollywood. En daarnaast wil ik mijn kinderen grootbrengen, natuurlijk.

Zijn de rollen in de groep veranderd nu Kim Deal er niet meer bij is?

BLACK FRANCIS: Er is in elk geval íéts veranderd. Maar als ik het allemaal moet geloven, lijkt het alsof wij drieën hem ook zijn gesmeerd. No Kim Deal no deal, dat gezwets. ‘Dat is het dan, de magie is weg, het is gedaan.’ Maar zo mogen we vooral zelf niet beginnen te denken. Het is nu aan ons om die nieuwe dynamiek te verkennen. In Wales hebben we opgenomen met de Engelsman Simon Archer. Voor onze Europese tournee vorig jaar namen we een bassiste aan (Kim Shattuck van The Muffs, nvdr.). Een proefperiode that just didn’t work out. Nu hebben we Paz Lenchantin (vroeger in A Perfect Circle en Zwan, nvdr.), over wie we allemaal nogal te spreken zijn. De deluxeversie van de plaat zal een bonusnummer bevatten dat we met Paz hebben opgenomen. Het zou best tot iets vruchtbaars kunnen leiden. We hopen allemaal dat ze blijft. Maar misschien vindt ze op een dag dat ze genoeg geld heeft verdiend en gaat ze weer surfen.

SANTIAGO: Er doen allerhande theorieën de ronde over waarom Kim Deal vertrokken is. En ze zijn allemaal correct. Ze was de band zat, ze was ons zat, ze wilde zich concentreren op haar eigen project.

Waren jullie háár zat?

SANTIAGO: Niet echt. Ze was altijd the wild card. Een wervelwind. Ze is wie ze is. Mij heeft dat nooit gestoord.

BLACK FRANCIS:(steekt een praline in zijn mond)

***

Vijf uur later. Duisternis onttrekt de Rocky Mountains, die je in centraal Denver achter elke straathoek even lui als imposant ziet liggen, aan het oog. Iets oostelijker, in de voormalige ijspiste die nu het Fillmore Auditorium heet, wurmt zich de maximaal toegelaten dikke drieduizend man naar binnen. Twintigers en dertigers vooral, lui dus die de Pixies pas na de split kunnen hebben ontdekt. Het echt jonge grut, Amerika’s toekomst, zat deze middag al de stoep te blokkeren voor het verderop gelegen Ogden Theatre, waar Dweezil Zappa zich vanavond bewijst. Geen tijd om naar een verklaring te zoeken: over drie kwartier moet Pixies op, en ik mag nog eens in de kleedkamer piepen.

Drummer én illusionist David Lovering (zie kader) beent er heen en weer met zijn dikke fanfaredrumstokken. Niet van de zenuwen. ‘Daar heb ik nooit last van. Alleen net voor mijn eerste goochelshow kon je mijn T-shirt uitwringen.’ In een van de sofa’s zit Santiago rustig de vingers los te spelen. Voor hem staat een espresso. ‘Geen bier of alcohol voor mij vóór het optreden. Ik wil scherp staan.’

Black Francis en bassiste-zangeres Paz Lenchantin zijn niet te zien, maar wel te horen. In een belendend vertrek staan ze hun stemoefeningen te plegen, aan de hand van een audiocassettemethode die Meat Loaf naar verluidt ook gebruikt. Stel u er een gezellig samenzijn van hare krisjna’s op een bowlingbaan bij voor, waarbij af en toe een bal met de blote tenen kennismaakt. Het is potsierlijk. Maar Lovering en Santiago vertrekken geen spier. De drummer sms’t nog even met het thuisfront (‘we zijn nu twee maanden weg, ze missen me echt’), de gitarist krijgt een bericht van zijn negenjarige zoon die net terug is van de karateles.

En dan sta ik, bijna exact elf jaar na een show van Zwan in het Parijse zaaltje La Cigale, voor de tweede keer oog in oog met de verrukkelijke Paz Lenchantin. Qua brede goedlachsheid kan zelfs Kim Deal – op dat vlak lange tijd geroemd – een punt zuigen aan deze ranke Californische met Argentijnse, Franse en Armeense wortels. Ik herinner me nog dat ik haar bij Billy Corgans supergroep Zwan (waar nota bene de van Slint afkomstige David Pajo in meespeelde) het geheime wapen vond. Voor ik haar dat kan zeggen, is Lovering me voor. ‘Met Paz spelen is de hemel. Omdat ze zo’n virtuoos is, daagt ze mij constant uit. Ik denk niet dat ik ooit beter heb gedrumd dan tegenwoordig.’

Dat ziet er dus goed uit. Wat niet van Black Francis kan worden gezegd. De bril van deze namiddag is verdwenen. Onder zijn ogen heeft hij zwarte vegen getrokken. ‘Met een wijnkurk waar ik een aansteker onder heb gehouden. Heb ik geleerd van Jaz Coleman van Killing Joke.’ Het effect is dat van een overjaarse drag queen die op zijn pruik zit te wachten.

***

Het concert! Het viertal speelt verschroeiend. Zoals altijd: zonder setlist. Alleen de eerste twee nummers, Bone Machine en Wave of Mutilation, liggen vast. Daarna bepaalt Black Francis wat komt. Hij begint een song, of roept een titel. De anderen volgen werktuigelijk. Ook Lenchantin, die puik speelt en vooral zingt – dank u, Meat Loaf. Een keer of twee gaat een intro de mist in, maar dat vormt in de eerste plaats reden tot vreugde: het bewijst dat hier een groep van vlees en bloed staat, geen te pletter gedrilde rockbrigade. U-Mass is een oerschreeuw. Met het gitaarwerk van Santiago in Caribou kan men natuursteen in plakjes snijden. In het uur en drie kwartier passeert twee derde van Indie Cindy de revue. De hoogtepunten van de plaat zijn ook die van het optreden: het manische Blue Eyed Hexe, het klauwende What Goes Boom (dat op Trompe le Monde had kunnen staan) en het serene Magdalena 318 (meer iets voor Bossanova). Maar met Bagboy, Andro Queen en Silver Snail blijft het moeilijk vriendschap sluiten. O ja: en geen woord tegen het publiek. Wie daar tegen Black Eyeliner Francis ooit een opmerking over maakt, kan ongeveer dit antwoord verwachten: ‘Je hebt zeker nog nooit Lou Reed of Swans gezien? Show kan me gestolen worden. Het is esthetiek die telt.’

Wie spreekt hem tegen?

Na de voor de hand liggende afsluiter Vamos – Santiago heeft de bekende gitaarfreak-out in dat nummer tot waar theater omgevormd – is het weer vamos naar de kleedkamer. Daar heerst beheerste uitgelatenheid. Santiago staat luchtgitaar te spelen op Black Sabbath. Lenchantin schiet in haar jas om buiten te gaan roken. Lovering loopt er verdwaasd bij – spierpijn. En Black Francis keuvelt gemoedelijk met vrienden. Minder familiair volk – kennissen en hún kennissen – stroomt binnen. Men laat een pizza met de afmeting van een huifkarwiel aanrukken. De met bier gevulde ijskast krijgt geen rust. Santiago doet alsof hij uitglijdt over een bananenschil – blijkbaar de running gag van de tournee. De buikdanseressen komen inderdaad niet.

Een uur na de laatste noot staat iedereen in het achterafstraatje bij de tourbus. Hierna trekt het gevolg naar de bergen rond het skioord Aspen, daarna wacht Salt Lake City. En in juli: Werchter.

Het afscheid is hartelijk. Goeie vangst nog, zeg ik tegen Black Francis.

Grijns.

INDIE CITY Op 28/4 uit bij Pixiesmusic/PIAS.

DOOR KURT BLONDEEL – FOTO’S CHARLIE DE KEERSMAECKER

Black Francis ‘VOOR SOMMIGE FANS IS HET SIMPEL: WAT IS DIE BULLSHIT MET DIE EP’S, GEEF ONS DE FUCKING PLAAT. ALLEEN: ZIJ HOEVEN ZICH NIET TE BEKOMMEREN OM ONZE JOB. YOU CAN ONLY LOSE MONEY SO MANY TIMES.’

Joey Santiago ER DOEN ALLERHANDE THEORIEËN DE RONDE OVER WAAROM KIM DEAL VERTROKKEN IS. WIJ WAREN HAAR NIET ZAT. NIET ECHT. ZE WAS ALTIJD THE WILD CARD. EEN WERVELWIND. MIJ HEEFT DAT NOOIT GESTOORD.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content