Het Palestijns-Israëlische conflict zet de wereld al decennialang in brand, maar meer dan enkele vuurtjes leverde dat in de filmwereld nog niet op. Van ‘Exodus’ tot ‘Paradise Now’: tien aangebrande titels op een rij.

EXODUS (1960)

Van Otto Preminger, met Paul Newman, Eva Marie Saint, Ralph Richardson

Door Preminger-fans werd deze epische verfilming van Leon Uris’ bestseller ingehaald als een gedurfd meesterwerk over de oprichting van de staat Israël, met Paul Newman als de militair die de Joodse migranten als een moderne Mozes richting beloofde land gidst. Anno 2005 heeft Exodus echter veel van zijn scherpte verloren: morele vraagstukken worden opgeworpen maar nooit beantwoord, de personages krijgen stuk voor stuk een stereotiep jasje aangemeten en wie het bredere politieke plaatje bekijkt, ziet enkel pro-Joodse standpunten weerspiegeld. De genese van Israël gereduceerd tot Hollywoodentertainment.

CAST A GIANT SHADOW (1966)

Van Melville Shavelson, met Kirk Douglas, Senta Berger, Angie Dickinson

Efficiënt geregisseerde maar hopeloos geromantiseerde en dus historisch volkomen inaccurate biopic over kolonel Mickey Marcus (Douglas), een joodse Amerikaan die na de Tweede Wereldoorlog naar de nog op te richten staat Israël afzakt om er een leger op te richten en de strijd aan te binden tegen de Arabieren. Oppervlakkige en bij momenten zelfs licht onnozele Hollywoodhommage aan het zionisme, gefinancierd door patriot John Wayne die zichzelf een cameo gunt als Amerikaans generaal.

RAID ON ENTEBBE (1976)

Van Irvin Kerschner, met Peter Finch, Martin Balsam, Horst Buchholz

Operation Thunderbolt (van de Joodse filmbonzen Golan-Globus), Victory at Entebbe (een Joodse productie voor tv-zender ABC) én deze prestigieuze tv-film van NBC geregisseerd door Irvin Kerschner, vooral bekend van de superieure Star Wars-episode The Empire strikes back. Allen brengen ze dezelfde spectaculaire gebeurtenis tot leven, namelijk de succesvolle reddingsoperatie door Israëlische militairen op de luchthaven van de Oegandese stad Entebbe. Daar werden honderd Joodse passagiers gegijzeld nadat hun vliegtuig was gekaapt door een Palestijnse commando-eenheid. Opmerkelijke bijrollen zijn er voor Charles Bronson als de Israëlische generaal die de raid in goede banen leidt én Yaphet Koto als de megalomane Oegandese president Idi Amin.

BLACK SUNDAY (1977)

Van John Frankenheimer, met Robert Shaw, Bruce Dern, Marthe Keller

Aan rampenfilms beslist geen gebrek in de jaren zeventig, al kregen ze zelden een politiek cachet mee. Uitzondering is deze spannende maar licht karikaturale Frankenheimer-thriller over terroristen die een vernietigende aanslag willen plegen in een footballstadion te Miami. En dat met de hulp van een getraumatiseerde Vietnam-veteraan (Dern) en een gekaapte tv-cabine onder aan een zeppelin die tijdelijk boven het stadion hangt. Aan Robert Shaw, antiterreuragent en Midden-Oostenexpert (in de seventies linkte Hollywood die twee haast per definitie aaneen) om daar een stokje voor te steken.

HANNA K. (1983)

Van Costa-Gavras, met Jill Clayburgh, Jean Yanne, Gabriel Byrne

Hoewel dit grauwe drama nog zelden wordt vertoond, wist filmguerrillero Costa-Gavras (zie: Z, l’Aveu, Missing en andere politiek beladen prenten) er indertijd de nodige controverse mee te veroorzaken. Hanna K. is dan ook mogelijk de allereerste film waarin niet alleen de Palestijnse terroristen met de vinger worden gewezen, maar ook de Joodse haviken en dan vooral hun oog-om-oog-tand-om-tand-retoriek. Costa-Gavras hangt het Palestijns-Israëlische vraagstuk bewust op aan het persoonlijke drama van Hanna K. (Jill Clayburgh), een vrouw die zowel professioneel als emotioneel schippert tussen Arabieren en Joden.

THE AMBASSADOR (1984)

Van J Lee Thompson, met Robert Mitchum, Ellen Burstyn, Rock Hudson

Als zijn vrouw (Burstyn) wordt gespot in het gezelschap van een PLO-leider, komt de Amerikaanse ambassadeur in Israël (Mitchum) in nauwe schoentjes terecht. Toch besluit hij de bedreigingen naast zich neer te leggen en op eigen houtje vredesbesprekingen te organiseren tussen Joden en Palestijnen, een initiatief dat evenwel meteen op het veto stuit van Palestijnse hardliners. Karikaturale en vormeloos geregisseerde propagandathriller – geïnspireerd op de Elmore Leonard-roman 52 Pick Up, waarbij de handeling werd verplaatst van Detroit naar het Midden-Oosten – waarin de politieke patstelling tot een Hollywoodiaanse burleske wordt gereduceerd en alle onheil eenzijdig op de Palestijnen wordt afgeschoven. De grote Rock Hudson – hier in zijn allerlaatste rol als sidekick van de ambassadeur – verdiende een waardiger afscheid.

THE LITTLE DRUMMER GIRL (1984)

Van George Roy Hill, met Diane Keaton, Yargo Yoyagis, Klaus Kinski

Een Amerikaanse actrice (Diane Keaton) wordt tegen haar wil gerekruteerd door de Israëlische geheime dienst met als opdracht: een Palestijnse terrorist in de val lokken door zich voor te doen als het verleidelijke vriendinnetje van zijn vermoorde broer. Ambitieuze, ambivalente maar rijkelijk geflopte verfilming van de spionagethriller van John le Carré, door criticus Roger Ebert afgedaan als ‘emotieloos en onsamenhangend’. Een schrale troost: de kleurrijke bijrol voor geniale gek Klaus Kinski als het Mossad-mastermind achter deze psychologische en fysieke verleidingsmissie.

ONE DAY IN SEPTEMBER (1999)

Van Kevin McDonald

Polemische documentaire van Kevin McDonald (Touching the Void) over de gijzelingsactie van de Palestijnse Zwarte September-brigade tijdens de Olympische Spelen te München, in 2000 bekroond met een Oscar. McDonald haalt een imposante lijst getuigen voor de camera (waaronder ex-Mossad-opperhoofd Zvi Zamir en de Palestijnse terrorist Jamal Al-Gashey), vermengt archiefbeelden met blitse computermodulaties, kleeft een klad stomende rocksongs op de klankband en monteert het licht ontvlambare geheel tot een thrillerachtig document. Gedurfd en geëngageerd om zijn vinnige vertelstijl en zijn unieke revisie van de feiten, maar bovenal ook onthullend, zeker in de manier waarop de toenmalige Duitse autoriteiten worden ontmaskerd als een incompetent, opportunistisch en racistisch stelletje hansworsten.

PRIVATE (2004)

Van Saverio Costanzo, met Mohammed Bakri, Lior Miller, Hend Ayoub

Een Palestijnse familie moet tegen haar zin samenhokken met een Israëlisch peloton dat hun huis tot militaire commandopost heeft gebombardeerd. Humanistisch, naar ware feiten gemodelleerd, maar helaas weinig memorabel sociodrama, geregisseerd door de Italiaan Saverio Costanzo, maar vertolkt door een gedeelde Palestijnse en Joodse cast.

PARADISE NOW (2005)

Van Hany Abu-Assad, met Kais Nashef, Ali Suhman, Lubna Azabal

Onder het motto: zo hoort u het ook eens van een ander. De Palestijnse Nederlander Hany Abu-Assad tekent de laatste dag uit het leven van twee Palestijnse zelfmoordcommando’s die veeleer uit lethargie en wanhoop dan uit religieus of politiek fanatisme richting Israël trekken om er een ongezonde dosis springstof tot ontploffing te brengen. Ondanks de explosieve thematiek een opvallend serene en nuchtere sociothriller die zowel Joodse als Palestijnse fanatici een veeg uit de pan geeft. –

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content