Wij komen al in gewetensnood als we zeepjes ontvreemden, maar een beetje rocker checkt niet uit voor het halve gebouw is gesloopt. De tien strafste hotelanekdotes uit de rockgeschiedenis! Door Wouter Van Driessche

1 Bomexpert

Een kwarteeuw na zijn dood blijft Keith Moon van The Who de meest beruchte hotelsloper aller tijden. Met zijn Cherry-bommetjes liet hij deuren, televisietoestellen en toiletten de lucht in vliegen, en in het New Yorkse Gorham Hotel blies hij in 1967 zelfs de kamer van de hotelmanager op. De legendarische drummer kreeg na het incident de bijnaam ‘Moon The Loon’ (‘Moon de Waanzinnige’).

2 Ketchup en benen

Ook als ‘Moon The Loon’ door zijn voorraad Cherry-bommetjes heen zat, slaagde hij er steeds in om het hotelpersoneel de stuipen op het lijf te jagen. Een favoriete practical joke was om zijn bad vol te storten met tomatenketchup, en er een paar plastieken benen in te zetten. Andere keren demonteerde hij het meubilair, spoot hij brandblusapparaten leeg of liet hij niespoeder, stinkbommen en plastieken insecten in zijn kamer achter.

3 Feest tot je kotst

Joe Walsh, gitarist van The Eagles, had de kwalijke gewoonte om in elke hotelkamer zijn motto in het meubilair te krassen: ‘Party til ya puke’ – Feest tot je kotst. Voor Kerstmis kreeg Walsh van zijn manager Irving Azoff ooit een kettingzaag cadeau. Hij zeulde het gereedschap overal met zich mee, voor het geval er iets grondig en snel vernield moest worden.

4 ‘Een duwtje’ van de vrachtwagen

Tijdens hun eerste tournee door Groot-Brittannië overnachtten The Faces in een vervallen hotel in Blackpool, waar geen enkele lamp werkte en alle telefoons stuk waren. Om wraak te nemen voor de slechte service, gaf een van de roadies een pilaar ‘een duwtje’ met zijn vrachtwagen. Helaas viel de pilaar om, en ging de ingang van het hotel mee tegen de vlakte.

5 De schildersezel

Jaren voor Keith Moon het hotelslopen tot kunst verhief, trok Johnny Cash al een spoor van vernieling door de Verenigde Staten. In de vroege jaren zestig eerde de ‘Man In Black’ zijn bijnaam door hotelkamers zwart te schilderen – ramen, meubilair en badkuip inbegrepen. Een keer zaagde hij alle poten vanonder het meubilair, en liet hij een ezel achter in zijn kamer. Hoe hij het dier ongezien binnen had kunnen smokkelen, raakte nooit opgehelderd.

6 Paint It Green

Dennis Wilson had iets met drank, cocaïne en seriemoordenaars – Charles Manson woonde een tijdlang bij hem in – maar ook op hotel liet de drummer van de Beach Boys zich graag van zijn beste kant zien. Tijdens de eerste grote tournee door de Verenigde Staten zorgde hij voor een rel in een hotelbar. Hij bestelde een cola terwijl zijn jongeheer – die hij eerder in zijn kamer groen had geschilderd – uit zijn broek bengelde.

7 Room service

Tijdens de Draw The Line-tour van Aerosmith maakte Joe Perry voor meer dan tachtigduizend euro (!) room service-kosten. De legendarische gitarist was een groot liefhebber van voedselgevechten, en gooide bij voorkeur met oesters, champagne, kreeften en kaviaar. In Perry’s bagage staken ook steeds verlengsnoeren. Als hij televisies uit zijn hotelraam keilde, liet hij ze spelen: zo ontploften ze als ze in het zwembad terechtkwamen.

8 Schiet niet op de schakelaar

Elvis Presley had niet minder dan 37 revolvers, en koelde daarmee zijn woede op dingen die hem irriteerden: auto’s die niet wilden starten, opnameapparatuur die het liet afweten, slechte televisieprogramma’s. Volgens de overlevering schoot de King op een dag ook op de lichtschakelaar van een hotel in Las Vegas. De kogel miste doel, doorboorde een muur, en miste op een haar na zijn vriendin Linda Thompson.

9 Mosterd en bananen

Marilyn Manson haalde enkele jaren geleden de New York Post door zijn suite in het Poughkeepsie Sheraton Hotel in te smeren met mosterd en bananen, de wastafels uit te breken en het vaste tapijt in brand te steken. ‘Het interieur leek nergens naar’, luidde het commentaar achteraf. ‘Ik heb de kamer gewoon een restyling gegeven.’

10 Souveniertje

Toch gaat de prijs voor de ziekste practical joke naar Mike Patton van Faith No More, die in elke hotelkamer een souveniertje achterliet voor de volgende gast. Net voor het uitchecken schroefde de zanger de dop van de haardroger om een drol op de ventilator te leggen en het ding weer dicht te draaien. Het gevolg laat zich raden. We wensen u nog een fijne vakantie!

Door Peter Van Dyck en Eddy Hendrix