PB GRONDA, auteur van Nemen wij dan samen afscheid van de liefde, Kentucky, mijn land en Onder vrienden, duikt elke week in de populaire cultuur.

Gesteld dat je betaald werd om als buitenstaander onze westerse soort te observeren en in te schatten, dan zou je waarschijnlijk denken dat in deze tijden van gehaastheid en geplaagde aandachtspannes de twee meest populaire literaire genres het korte verhaal en het gedicht waren. Compact per definitie, vaak escapistisch van aard, in enkele scrolls te lezen op het scherm van je smartphone. Kortom: ideaal voor elke rondrazende gek in de groot-, klein-, of centrumstedelijke context.

Maar kijk: dingen die gebundeld moeten worden om een min of meer deftig boek te vormen, verkopen niet. En worden bijgevolg niet gelezen. Of is het omgekeerd? Van gedichten begrijp ik dat nog, want die zijn natuurlijk compleet gay. Hoewel de puurste taal in de poëzie terug te vinden is, moet je door zo veel stront dat je er beter gewoon niet aan begint als je niet vreselijk gemotiveerd bent. Net zoals met theater, hedendaagse vioolconcerto’s en alle televisie van juni tot en met augustus.

Maar dat korte verhalen het niet goed doen, dat is ronduit vreemd. En jammer. Het begint al bij de bron, want telkens als ik mijn redacteur mail dat ik een bundel van korte verhalen zou willen publiceren, dan krijg ik een antwoord dat in heel mooi geformuleerde, grachtengordeliaanse taal zegt: Nou, fok off, jongen, ga jij maar even lekker een romannetje van 500 pagina’s pennen.

Mensen trekken blijkbaar liever het strand op met zo’n dikke knuist van een roman. Lekker beduimelde paperback, zand tussen de pagi-na’s, een goed verhaal, het is natuurlijk heerlijk. De nieuwe John Irving komt ook niet toevallig nu uit, in de plaats van in het najaar. Romans die je helemaal wegvoeren, we lezen ze blijkbaar graag op plekken waar we op zich al heen trokken om onze eigen realiteit te vergeten. Het is toch fijn een mens te zijn.

Maar wie denkt dat korte verhalen niet meer zijn dan oefeningetjes van schrijvers die nog niet aan het echte werk durven te beginnen, die raad ik Everything ravaged, everything burned van Wells Tower aan. Alle anderen ook. Het is een boek uit 2009 dat sinds een jaar of wat ook in het Nederlands beschikbaar is. Maar enkel voor mensen die voor 1973 geboren werden en echt geen woord van Towers van dreiging, oer- emoties, afgelegen meertjes en versnipperde personages bulkende Amerikaans verstaan.

Wells Tower is een van de weinige nog levende schrijvers die ik zonder haperingen aan iedereen aanbeveel. Weet hierbij dat andere, min of meer uit dezelfde generatie stammende vakbroers aanraden echt heel erg moeilijk is voor een schrijver. Zoals Ilja Leonard Pfeijffer in zijn laatste boek Hoe word ik een beroemd schrijver op – bij deze knarsetandend toegegeven – erg geestige manier aangeeft: ofwel vind je boeken van andere schrijvers slecht, en dan wil je er je tijd niet aan verdoen, ofwel vind je ze net wel goed, en dan haat je ze zo mogelijk nog meer. Dat is de waarheid.

Maar niet in het geval van Everything ra-vaged, everything burned. Daarmee wil ik nog het liefst van al tot het einde der zomerdagen aan een afgelegen meertje liggen.

Tot aan de overkant, als jullie het halen.

PB GRONDA

Romans die je helemaal wegvoeren, we lezen ze graag op plekken waar we op zich al heen trokken om de realiteit te vergeten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content