Grrronda

Paul Baeten Gronda, auteur van Nemen wij dan samen afscheid van de liefde en Kentucky, mijn land, duikt elke week onder in de kelders van de populaire cultuur.

Een van de vele voordelen aan ’s middags naar de film gaan op een niet aan het weekend grenzende weekdag die ook niet woensdag is, is dat de prijzen voor reclametijd net voor de vertoning dan zo goedkoop zijn, dat naast minder sterk presterende interimkantoren met namen à la ‘Interim Groep Niko’ of ‘Jenny’s Jobs’, ook lokale schoenmakers en wat verbazend Kinepolis zelf reclame kunnen maken, en dat in een uniforme stijl die zich verhoudt tot normale reclame als – ik probeer me delicaat uit te drukken – het stort tot de Habitat in Woluwe Shopping.

Nog voordelen zijn dat er hooguit vier andere mensen in de zaal zitten, en je bij een slechte filmkeuze ’s avonds nog een andere film kunt bekijken. Of een herbekijken waarvan je al weet dat hij goed is, om de nasmaak van de tegenvallende namiddagfilm mee weg te spoelen. Op veilig spelen, zoals tennissers die bij hun tweede service voor een risicoloze standaardslag opteren om geen punt te verliezen.

De avond na de namiddag waarin ik in het zelfs door insecten met een laag zelfbeeld en woekerende mossoorten verlaten Kinepoliscomplex aan de Bondgenotenlaan in Leuven The Tree Of Life ging bekijken, hoefde ik geen doorspoelfilm te screenen. Maar wilt dat zeggen dat Terrence Malick een goede film afleverde?

Als je van dinosauriërs houdt, geen probleem hebt met een wereldbeeld waarbij god – ja, hij – centraal staat en een theatersymboliek uit de zestiger jaren met metaforische deuren en handenballet best veelzeggend vindt: absoluut.

Terrence Malick is zonder twijfel een belangrijke regisseur en een begenadigde verteller. Hij maakte Badlands, wat hem op zich al genoeg krediet oplevert om tot de nakende kille winter van 2187 toe te komen.

En The Tree Of Life heeft zeker kwaliteiten waarvan geen enkele, maar dan ook geen enkele Hollywoodformuleske kutfilm nog maar kan dromen. Het is een visueel spektakel met een beeldtaal die de ietwat getrainde kijker zelfs 138 minuten lang – wat er te veel zijn – meer dan genoeg snoep aanreikt om drie dagen later nog in een suikerkick te zitten.

Alleen zonde, doodzonde, dat het verhaal… niet echt een verhaal is. Malick schetst een gezin in het Amerikaanse suburbia van de jaren 50 en focust met name op de oudste zoon van het gezin, diens relatie met zijn vader en die met een van zijn broers.

Een eenvoudig, maar universeel gegeven, dat zo uit een roman van Richard Yates zou kunnen komen, en op zich zeker voldoende is om – zeker als je het talent van Malick hebt – een prachtige film mee te maken.

Maar dat was niet genoeg voor de Amerikaan, die besliste om de thema’s van nieuw leven, verlies van onschuld, destructie, tien kilo oedipuscomplex, dood, natuur versus cultivering en het overleven van de sterkste open te trekken tot een tijdloos kader, waarin het verhaal in de jaren 50 slechts een van de miljarden concrete invullingen is van een immer wederkerend verhaal.

Dat idee hebben, en het ook nog durven uit te voeren, is fantastisch en op z’n zachtst gezegd opwindend. Een te ambitieus idee bestaat niet, zeker niet in film. Kijk naar Kubrick.

En net daarom is het zo jammer dat het vertelde verhaal, net als sommige van de thematische uitwerkingen, onvolledig en gedateerd overkomt. Sommige personages lopen letterlijk en figuurlijk verloren, en als je adembenemende natuurbeelden – en die zitten erin – tien keer laat zien, dan worden het jammer genoeg gewoon beelden, zeker in 2011. In die zin laat de film zichzelf kennen, en vanaf dat moment zit je niet meer naar magie te kijken, maar naar de hersenspinsels van een geniale, maar toch wat stuurloze filmmaker. Allee, Terrence… dinosauriërs?

Met die kritiek in het achterhoofd blijft het niettemin onwaarschijnlijk dat een film als The Tree Of Life gewoon tussen de debiele piratenfilms en de flauwe variaties op platgekeken, zoutloze filmrecepten staat in uw dichtstbijzijnde cinemacomplex. Ga kijken. Hij is verre van perfect, zal soms zelfs enerveren, maar je hebt er tenminste nog dagenlang een gesprek aan. En hoe lang was dat ook alweer geleden?

Paul Baeten Gronda

‘Malicks ‘The Tree of Life’ hoefde ik eens niet weg te spoelen.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content