GAMERGATE
JOOST VANDECASTEELE, auteur van onder meer Massa en Vel, stilt met een maandelijkse column zijn innerlijke nerd.
Het valt niet te ontkennen. Van alle geslachten op deze wereld zit het mannelijke ongetwijfeld in de top drie van meest irritante. In groep kunnen we niet weerstaan aan de druk om de seksistische eikel uit te hangen en gebruiken we het excuus dat ons agressief versieren deel uitmaakt van onze natuurlijke staat als man. Waarbij we er dus van uitgaan dat de natuurlijke staat van een vrouw erin bestaat dat te moeten ondergaan en te glimlachen als je voor de duizendste keer dezelfde oerklanken hoort.
En in ons eentje kunnen we niet weerstaan aan de geneugten van de anonimiteit om langs onze vingertoppen gal en zuur te excreten op computertoetsen. Met de ruimte onder YouTube-video’s en onlineartikels als laboratoria voor nieuwe spellingsvormen van woorden en als kweekvijvers van haat voor niet-gerelateerde onderwerpen. Zo kunt u onder de soms briljante filmpjes van Last Week Tonight with John Oliver wel eens een reactie lezen als ‘Vuile flekkers’. Enkel God weet waarom.
Dus stel u maar eens de vloedgolf aan gortige beledigingen en onzinnige woede voor als die twee factoren gecombineerd worden en een wereldwijd vertakte grote groep van mannen zich online en anoniem op één (1) vrouw stort. Dat is een beetje de oorsprong van #Gamergate, een schandaal dat onlangs uitgroeide tot een invraagstelling van de omkoopbaarheid van spelrecensenten.
LEVEL 1: REVENGE OF THE EX
Het begint met Zoe Quinn, een jonge vrouw en spelontwikkelaar die twee maanden geleden haar kleinschalige game Depression Quest heeft uitgebracht. Een spel als Actual Sunlight behandelt hetzelfde onderwerp – depressie – veel geraffineerder en doordringender, maar Quinn heeft het ‘geluk’ dat haar game uitkomt op de dag dat Robin Williams zelfmoord pleegt. Met als gevolg dat haar game exponentieel veel aandacht krijgt in vergelijking met andere indiegames. Meteen ook de eerste broeihaard van jaloezie.
De tweede verschijnt in de persoon van haar ex. Wanneer die ter ore komt dat Zoe Quinn hem heeft bedrogen, verwart hij het internet met zijn Troetelberendagboek en creëert hij een blog die hij vult met ontelbare verwijten, plus de stelling dat ze haar lijf heeft verruild voor positieve recensies (Wat misschien die ene goeie recensie verklaart voor Maarten Kortvooraans kookboek Soep voor in de broek). Het was die beschuldiging over haar relatie met een schrijver van Kotaku (een bekende gamingsite) die ervoor zorgde dat Zoe Quinn in het midden van een scheldcirkel werd geworpen.
LEVEL 2: ATTACK OF THE NERDS
Hoe graag en hoe hard ik zelf ook games promoot en verdedig als een volwaardig medium om verhalen te vertellen, de gebreken en de beperkingen ervan zijn mij zeker niet vreemd: hoe overdonderend de vliegende stad Columbia in BioShock Infinite ook is, het blijft een plek waar je moet richten en schieten; en hoeveel fun het ook is om dagen zonder douche te spenderen in GTA V, het blijft vreemd dat de drie hoofdrolspelers alle drie mannen zijn. Even vreemd als het argument dat de creatie van vrouwelijke personages meer werkuren vereist, zoals een creative director bij Assassin’s Creed III ooit beweerde. In dat spel loopt overigens elk personage met een kap over de kop en in een tuniek als een witte jurk rond.
Nu games bijna verlost zijn van hun etiket van trainingsmodules voor schoolvechtpartijen – door de ondertussen immense populariteit van schattige spellen op uw iPhone – is er nu een nieuw hardnekkig cliché: gamers zijn vrouwenhaters in permanente verkrachtingsmodus. En toegegeven, de haatmails die Zoe Quinn toegestuurd kreeg, getuigen van een niveau dat een team van duizend archeologen pas na duizend jaar graven zou ontdekken. Haatmail kent overigens geen kampen: terwijl alle aandacht ging naar de vreselijke verklaringen aan het adres van Zoe Quinn en vrouwen als Anita Sarkeesian (die stereotypes in games belicht) of transgenders als Anna Anthropy (bekend van het spel Lesbian Spider Queens of Mars), werden zij die de kwestie gebruikten om belangenconflicten en relaties tussen ontwikkelaars en recensenten aan te kaarten evenzeer beschuldigd, in hun geval: van vrouwenhaat.
LEVEL 3: RETURN OF THE DINGES
De hashtag #Gamergate is op dit moment een allegaartje van seksistische onzin, gewelddadige dreigementen (ook na te lezen op de verzamelsite Fat, Ugly or Slutty), samenzweringstheorieën over hoe Zoe Quinn zelf de anti-Zoeblog zou hebben geschreven en oprechte bezorgdheid over hoe spelbedrijven gratis games en backstagepassen geven aan dankbare gamers, in ruil voor goede reviews.
De game-industrie doet zelf weinig om het probleem van misogynie – en racisme – op te lossen en maakt er zich gemakkelijk af, met de dooddoener ‘boys will be boys’ – niet toevallig hetzelfde excuus dat een Egyptische nieuwslezeres ooit gebruikte om de verkrachtingen op het Tahrirplein te verantwoorden. De reden waarom de industrie zich distantieert van haar hardcoregamers, die voor hun passie pesterijen op school hebben moeten verdragen, is simpel: na het succes van de Nintendo Wii en van Angry Birds en consorten is iedereen nu aan het gamen. Maar deze nieuwe consumenten willen zich geen gamer noemen, net wegens die stempel van sociaal gestoorde loser. Dus om al die Candy Crush-verslaafden te behagen keert de industrie haar trouwste fans de rug toe. En in de schaduw van die rug roepen nog te veel volwassen mannen met als profielfoto Garfield in de koptelefoons van vrouwelijke gamers: ‘Suk me dik or I kil ye, fat bitsh.’
JOOST VANDECASTEELE
STEL U DE VLOEDGOLF AAN GORTIGE BELEDIGINGEN EN ONZINNIGE WOEDE VOOR ALS EEN WERELDWIJD VERTAKTE GROTE GROEP VAN MANNEN ZICH ONLINE EN ANONIEM OP ÉÉN (1) VROUW STORT. DAT IS EEN BEETJE DE OORSPRONG VAN GAMERGATE.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier