Van de twintig Vlaamse auteurs in de overzichtstentoonstelling heeft een kwart aan dit blad meegewerkt. Die vijf leiden u in avant-première rond in hun eigen mini-expo, zoals te zien in Angoulême en vanaf 13 februari ook in Leuven.

Pieter De Poortere

WIE? °1976, tekent Boerke voor dit blad en maakte verschillende covers, waaronder de huidige. Publiceerde vier albums van Boerke en drie andere strips en was in 2008 Turnhouts stadstekenaar. Vorige maand verscheen onder de naam Dickie voor het eerst een Frans Boerke-album .

STANDJE ‘Mijn eerste idee voor het vierde Boerke-album – alleen grappen over seks – ging niet door. Daarom koos ik nu Hoerke als centraal personage. Achter een levensgrote Hoerke in papier-maché is de ruimte als een peepshow ingevuld, met strips achter de schuifjes en Boerke achter een nepraam. De prostitutielink vind ik heel logisch. Als Boerke seks heeft, is het betaalde seks. Hoerke is zijn vrouwelijke evenbeeld – even zielig. Ik wil haar belangrijker laten worden, want ze biedt veel creatieve mogelijkheden. Ik kan haar gruwelijk laten uitbuiten en misbruiken. De Hoerke-context biedt ook het voordeel dat iedereen meteen begrijpt dat mijn werk voor volwassenen bedoeld is. Met een boerderijdecor zouden mensen misschien denken dat mijn werk kindvriendelijk is.’

Serge Baeken

WIE? °1967, tekende illustraties en een cover voor dit blad. Won in 2006 de debuutprijs van de Stad Turnhout met The No Stories. Publiceerde nog een schetsboek en twee heel andere stripalbums én is Turnhouts stadstekenaar voor 2009.

STANDJE ‘Mijn mini-expo is verpakt als een gevandaliseerd bushokje met grote affiches. Ik wilde graag grote beelden, en nu kan ik mijn tekeningen met vulgaire graffiti laten contrasteren. Zo’n hokje heeft iets stedelijks, wat naar The No Stories verwijst. De andere beelden komen uit mijn gepubliceerde verhalen. Hopelijk geven ze de bezoeker een idee van mijn erg uiteenlopende grafische werk.’

Nix

WIE? °1969, was ooit cartoonist voor dit blad en coördineerde de Stripstrijd. Bekend van de absurde tweelingzusjes Kinky & Cosy, die animatiegewijs het tv-programma Volt afsluiten en al vier albums bij elkaar grapten in het Nederlands en het Frans. Kreeg al twee albumnominaties op het festival van Angoulême en won elders diverse prijzen.

STANDJE ‘Ik gebruik geen originele pagina’s. Strippagina’s horen in een boek, niet aan een muur. Mijn concept is gebaseerd op mijn laatste Franstalige boek, een bundeling van alle Kinky & Cosy-stroken en honderd nieuwe bladzijden met onder meer poppetjes om in elkaar te steken. Ik mocht helemaal mijn zin doen, en heb rond mijn personages een universum gebouwd. De foto’s van mij zijn puur grimeerwerk, géén Photoshop. Het duurde een hele dag en mijn haar is er zelfs voor afgeschoren – anders zag het er niet echt genoeg uit. Omdat Kinky & Cosy fans van alle leeftijden hebben, heb ik de in het mozaïek verstopte kijkgaten zowel op kinder- als volwassenenhoogte geplaatst. Daarachter staan monitors met filmpjes en strips. Ik houd ervan dat de bezoekers iets moeten doen. Als ze niet zoeken, vinden ze de kijkgaten niet.’

Reinhart

WIE? °1971, won de Publieksprijs van onze Stripstrijd en publiceerde al twee albums: Just 1: Het vlindernet en Hunker Bunker 1: Het roze gevaar.

STANDJE ‘De kleur roze stond vast. Het hoort bij de bunker van de familie Hunker en geeft het geheel iets van een kinderkamer. De kadertjes aan de muur herinneren aan houten speelgoed. Mijn stand is met opzet heel tweedimensionaal, omdat mijn strip plat is, zonder perspectief. De Franse titel ‘ L’abri en rose‘ vind ik geslaagd – de verwijzing naar ‘ la vie en rose‘ is mooi meegenomen. Bovendien is hij nog niet geclaimd, als er ooit een Franse vertaling komt, weet ik al onder welke naam. Het roze geeft ook aan dat ik geen te artistiekerige stand wilde. In de kaders kunnen de bezoekers een aantal vertaalde stroken lezen – zonder mijn woordgrappen weliswaar, want die zijn onmogelijk te vertalen.’

Simon Spruyt

WIE? °1978, won onze Stripstrijd en tekent dus ons wekelijkse feuilleton over cultuuricoon SGF. Publiceerde al telkens twee albums van De Furox en De Bamburgers.

STANDJE ‘Ik toon een replica van een SGF battlecruiser. Onderaan zie je de Chinese productieteams in actie, terwijl enkele SGF terror marines hen van op de mezzanine aansporen. Ook de vruchten van hun werk zijn zichtbaar: bladzijden van SGF en De Furox – voor De Bamburgers had ik helaas geen plaats meer. Op de brug heb je een raam met een duizelingwekkend uitzicht op een andere SGF battlecruiser en op een eenvoudig controlepaneel met maar twee knoppen. De grootste dient om de wereldheerschappij te veroveren en de kleinste om daarna cocktails te bestellen. Die knoppen werken echt, maar in de praktijk zul je vooral geluidseffecten horen. Ik houd van decors en maquettes bouwen. Als kind was ik verwoed met modelbouw bezig en dat kan dus tot zulke valse 3D-poppenkast ontsporen.’

(G.M.)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content