Et la femme créa le docu

9999 Ellen Vermeulen

De Vlaamse speelfilms bleven dit jaar onder de verwachtingen. Voor goeie cinema moest je vooral bij vrouwelijke documentairemakers zijn. Alleen dat laatste mag een trend worden.

The Loft kwam niet in de buurt van Loft. W. – Witse de film flopte. Halfweg, Plan Bart en Flying Home waren geen hoogvliegers. Niemand haalde de selectie van Cannes. Voor de Vlaamse film was 2014 een mager jaar, maar geen hopeloos. Regisseur Michaël R. Roskam, cinematograaf Nicolas Karakatsanis en monteur Nico Leunen kregen voet aan de grond in Amerika en debutant Bas Devos verrukte de cinefielen met Violet. En dan waren er nog Griet Teck, Sofie Benoot, Ellen Vermeulen en Teodora Ana Mihai. Zij gooiden hoge ogen met inhoudelijk én cinematografisch sterke documentaires over respectievelijk leven en ouder worden met dementie (Feel My Love), menselijke aanwezigheid in de Amerikaanse woestijn (Desert Haze), geesteszieke misdadigers die tot het jaar 9999 opgesloten worden (9999) en Roemeense kinderen die er alleen voor staan omdat hun moeder in het buitenland werkt (Waiting for August).

Vanwaar die weelde? ‘Dat is eenvoudig te verklaren’, lacht Pierre Drouot, intendant van het Vlaams Audiovisueel Fonds. ‘Onze documentairemakers zijn zo goed. De sector heeft aan maturiteit gewonnen. Zoals een voetbalcoach zorgen we voor een goede spirit. Wij moedigen hen aan om geen projecten in te dienen die ‘er wellicht door raken’, maar projecten die zowel regisseur als producent passioneren. Als ze willen vernieuwen, dan moeten ze vernieuwen. Het VAF volgt. Onze taak is risico’s te nemen.’

Maar hoe zien de regisseurs dat zelf? ‘Het beleid werpt zijn vruchten af. De andere filmmakers die je noemt, vertrekken ook vanuit een eigen kijk op het onderwerp die ruimte laat voor de kijker, terwijl de films onderling heel divers zijn’, zegt Griet Teck. Talent en volharding zijn niettemin cruciaal. ‘De grootste motor tot slagen is toch wel het doorzettingsvermogen. Toen ik aan Feel My Love begon, wist ik dat het een intense ervaring zou worden. Ik heb me er uiteindelijk drie jaar lang in vastgebeten. Het was bij momenten heel confronterend: omdat je in Huis Perrekes, de huizen voor personen met dementie waar ik mijn docu filmde, met je eigen sterfelijkheid wordt geconfronteerd, maar ook omdat ik naast de regie de camera, de montage en het geluid deed. Ik heb het al grappend vaak over een roeping.’

Teodora Ana Mihai dicht de documentairemakers een ‘idealistische kant’ toe. ‘Je probeert een sociaal fenomeen te beschrijven dat relevant is voor de maatschappij en wenst dat de kijker daar mee over nadenkt.’ Zaterdag weet de Belgisch-Roemeense regisseur of ze met Waiting for August de Europese Filmprijs voor beste documentaire wint. ‘We hebben al tien prijzen gewonnen, en dat is fantastisch. Telkens weer ben ik zenuwachtig en vereerd. Ik ben vooral blij dat een lokaal verhaal universeel aanslaat. Men staart zich niet blind op de Roemeense thematiek, maar geniet van een intieme film over de kindertijd, de adolescentie, de dynamiek tussen broers en zussen en de band tussen kind en ouder.’

Aanvankelijk dacht Mihai aan een fictiefilm. ‘Maar dat zou niet geklopt hebben. Bepaalde verhalen vertel je beter in een documentaire. In mijn geboorteland zijn veel gezinnen ouderloos omdat de ouders in het buitenland werken. De meest empathische manier om daarover te vertellen, is een portret. Acht maanden heb ik gezocht naar de geschikte familie. Het straffe is dat de film op sommige festivals doorgaat voor ‘a highly improvised piece of fiction’. Mij kan het etiket niet schelen. Ik hou van film. Ik wil de grens tussen fictie en documentaire blijven bewandelen. Jean-Luc Godard zei dat goeie fictie naar documentaire neigt en omgekeerd.’

Bioscoopdocumentaires zijn niet langer gedoemd tot een obscuur bestaan. Griet Teck is blij met de grote belangstelling. ‘Ik heb drie jaar in stilte aan Feel My Love gewerkt, zonder al te grote verwachtingen. Het onderwerp is niet bepaald sexy. Ik koos bewust niet voor een afgelijnd verhaal, maar voor een aaneenschakeling van momenten in het hier en nu. Het is een aangename verrassing dat een héél ruim publiek, jong en oud, de film bijzonder apprecieert.’ Feel My Love was een publiekslieveling tijdens het filmfestival van Rotterdam en op Docville en haalde deze herfst, net als Waiting for August, de Vlaamse bioscopen. ‘Dat had ik nooit verwacht. Er is meer aandacht voor het genre. Het is volwassen geworden. Het pretendeert niet meer een objectieve weergave van de werkelijkheid te zijn maar een eigenzinnige, niet-opdringerige manier van kijken naar de realiteit. Ik hou van films die je het gevoel geven dat je een bevoorrechte getuige bent.’

Het fenomeen is niet Vlaams. Voor de bioscoop (en de festivals) bedoelde documentaires als Sacro GRA, The Missing Picture, The Act of Killing of 20,000 Days On Earth met Nick Cave krijgen wereldwijd veel bijval. Mihai: ‘Het valt op hoeveel straffe documentaires er op de festivals te zien zijn. Mensen vereenzelvigden documentaires vroeger met tv-reportages, maar dat is aan het keren.’

Rest nog de vraag of het toeval is dat vrouwen het genre naar een hoog niveau tillen. ‘Ik heb daar geen antwoord op. Maar de kwestie leeft wel. Het toonaangevende IDFA-festival had dit jaar veel aandacht voor de female gaze‘, zegt Teodora Ana Mihai. Griet Teck heeft evenmin een pasklaar antwoord, maar doet wel een suggestie. ‘De noodzaak om heel dichtbij je onderwerp te komen, het vermogen tot empathie, het spel met het aannemen van de juiste afstand en het vermogen om jezelf daarbij in vraag te stellen. Zijn vrouwen daar iets sterker in? Misschien wel, ik ben niet goed geplaatst om daar een uitspraak over te doen. Er zijn ook mannelijke filmmakers met een dergelijke gevoeligheid. Nicolas Philibert bijvoorbeeld. Maar het valt wel op dat er veel vrouwen op een interessante manier actief zijn in het genre. Ik heb het gevoel dat er minder competitiviteit is dan bij fictie, die meer door mannen wordt gedomineerd. Onder mijn vrouwelijke collega’s is er een oprechte interesse in elkaars werk of om inzichten te delen.’

DOOR NIELS RUËLL

Griet Teck: ‘VOOR EEN DOCU MOET JE HEEL DICHT BIJ JE ONDERWERP KOMEN. ZIJN VROUWEN DAAR STERKER IN?’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content