James Badge Dale speelt in The Pacific een hoofdrol als Robert Leckie, de soldaat wiens memoires mee aan de basis liggen van de reeks. ‘Ik was óp na de opnames.’

‘Er was een running joke op de set’, vertelde je collega Joe Mazzello in een interview. ‘Elke avond zeiden we

tegen elkaar: neen, we hebben ons vergist, want dít was

de zwaarste dag.’ Waren de opnames echt zo lastig?

James Badge Dale: Het was geen normale job, neen. De hitte was ondraaglijk, je werd constant lastiggevallen door insecten, tussen twee scènes kon je niet even naar je trailer om een sigaret te roken, maar moest je een gracht zoeken om in te zitten… Sommige dagen waren we ook constant nat: de zware regenval in die regio zorgde er zestig jaar geleden voor dat de uniformen van de soldaten begonnen te rotten en letterlijk afvielen, en daarom waren er mensen in dienst die ons constant moesten natspuiten. Ik herinner me dat we in de tweede week samen zaten en iemand zei: ‘Verdorie, wat is die stank toch?’ Tot we beseften dat wij het waren. (Lacht)

Kun je je nu voorstellen hoe het in werkelijkheid geweest moet zijn, of is dat overdreven?

Badge Dale: Ik durf niet te zeggen dat ik weet wat die mannen doorstaan hebben, dat zou van weinig respect getuigen. Maar als ik mijn fantasie gebruik, dan kan ik me toch een beetje voorstellen hoe het was. Het stof, de modder, de angst in de loopgraven, de zenuwen voor de veldslag, de kogels die constant om je oren vliegen… Het voelde heel realistisch aan. We hebben voor de vuurgevechten ook geen CGI gebruikt, hé: They really blew the shit out of us. Ik was óp na de opnames. Enkele weken nadien ging ik op 4 juli (de Amerikaanse nationale feestdag; nvdr.) met mijn vriendin in New York naar het vuurwerk kijken, en bij iedere knal voelde ik mijn lichaam opspannen.

Voor de opnames moesten jullie negen dagen lang een militair opleidingskamp volgen. ‘Om die watjes van acteurs in mariniers te veranderen’, zei Tom Hanks in een interview.

Badge Dale: Ik dacht dat we zouden leren hoe we met de wapens moesten omgaan en welk jargon de soldaten gebruikten. ’s Ochtends om elf uur opstaan, een cappuccino drinken, even gaan joggen, ik zag het helemaal zitten. (Lacht) Toen we aankwamen, kregen we van zo’n drilsergeant een rugzak van vijftig kilogram en moesten we door de jungle gaan lopen. En dan moesten we een gracht graven, diep genoeg om in te schuilen. Gaandeweg beseften we wat de bedoeling was: ons kapotmaken. De opnames begonnen vlak na dat kamp en ze wilden dat we ondervoed, uitgeput en razend kwaad aan de startlijn kwamen – zoals ook de soldaten toen in Azië geland zijn. Dat is gelukt: er is geroepen, gevloekt, geweend zelfs. (Lacht) Tegen het einde was ik zo ver heen dat ik het verschil tussen het kamp en de opnames nauwelijks nog merkte. Het was één grote waas.

Ik kan me voorstellen dat de opnames in Melbourne voor de derde aflevering, waarin de soldaten even op vakantie mogen, dan ook voor de acteurs zelf een verademing waren?

Badge Dale: Oh, ik denk niet dat je ooit zo’n gelukkige groep acteurs hebt gezien. Wij hadden op dat moment drie maanden in de jungle gezeten, helemaal afgesneden van de wereld. We stonken, waren doodmoe en uitgehongerd, en toen vlogen ze ons plotseling naar Melbourne en dropten ons bij een hoop bloedmooie Australische actrices. Ik denk dat ik die allemaal heb proberen te versieren, we waren een troep uitgelaten schoolkinderen. (Lacht)

Bij ‘The Pacific’ kun je niet om het budget heen. Besefte je op de set wat voor gigantische productie het was?

Badge Dale: Op de tweede opnamedag moest ik mijn eerste scène spelen, samen met een oude kameraad van mij uit New York. Vlak voor de regisseur ‘action’ riep, draaide hij zich naar mij en fluisterde in mijn oor: ‘200 million dollars, man, don’t fuck up!’ (Lacht) Maar je kon geen stap zetten zonder dat je geconfronteerd werd met de grootte van het project, zonder dat je iets zag waarvan je dacht: wat heeft dat gekost? Ze hebben zoveel indrukwekkende decors gemaakt: het ene moment liep je op een luchtmachtbasis, honderd meter verder zat je op het strand van Okinawa,… het was verbazingwekkend. Je wilt echt niet weten hoeveel geld er naar plastic palmbomen is gegaan. (Lacht)

Zorgde het feit dat je iemand speelde die echt heeft bestaan voor extra druk?

Badge Dale: Absoluut. Die tweehonderd miljoen dollar kun je uit je hoofd zetten, maar de gedachte dat de vrouw en dochter van Robert Leckie nog leven en de serie zullen zien niet. We waren allemaal – schrijvers, acteurs, producers – doordrongen van de verantwoordelijkheid om dit verhaal zo eerlijk mogelijk te vertellen. Ik denk dat we daar ook in geslaagd zijn.

Had je veel contact met Tom Hanks en Steven Spielberg, of bleven die als producenten op de achtergrond?

Badge Dale: Ik heb ze toch een paar keer gesproken, en dat zijn momenten die je als acteur koestert. Zeker in het geval van Spielberg krijg je echt het gevoel dat hij in verhalen denkt: aan alles wat hij zegt en de tips die hij geeft, merk je dat hij een meester-verteller is. Van Tom Hanks weet ik vooral nog dat hij eens naar het opleidingskamp is gekomen. Het was de eerste dag en we hadden net de opdracht gekregen om met een hoop tentjes een rechte lijn te vormen. Maar wij zijn acteurs, hé, we kunnen nauwelijks een rechte lijn tekenen, laat staan er één maken met tentjes. (Lacht) Na een kwartier moesten we dus gaan zitten en begon de sergeant te schreeuwen dat we waardeloos waren en dat we nooit iets zouden bereiken. Toen kwam er een zwarte Jeep het terrein opgereden die vlak voor ons stopte: Hanks stapte uit en begon aan een lange aanmoedigende toespraak over hoe belangrijk het verhaal van The Pacific was en dat we een eerbetoon brachten aan duizenden gesneuvelde soldaten en hun familie… Eerlijk gezegd: ik herinner me er nauwelijks nog iets van. Ik was alleen aan het denken aan hoe ik die rottent recht moest krijgen. (Lacht)

The Pacific.

Uit op 10/11 op dvd en Blu-ray (Warner Home Video).

Met de bon die u deze week bij Knack vindt, kunt u de box al vanaf 3/11 tegen een gunstprijs (dvd: euro34,95 – Blu-ray: euro39,95) gaan halen bij Standaard Boekhandel.

Door Stefaan Werbrouck

‘Ik herinner me dat we in de tweede week samen zaten en iemand zei: ‘Verdorie, wat is die stank?’ Tot we beseften dat wij het waren.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content