‘EN TOEN LEERDE IK EEN MEISJE KENNEN’

‘Doorgaan, durven, zonder omkijken’, zo omschrijft Sohn de toon van zijn tweede plaat, Rennen. De producer en zanger met de fluwelen falset is een nieuw mens.

‘Het liefst van al heb ik dat de mensen zich een klein beetje ongemakkelijk voelen wanneer ze buitenkomen’, aldus Sohn over zijn liveshows, twee jaar geleden in dit blad. De Britse producer wond geen doekjes om de introspectie en melancholie die zijn muziek triggert. Met zijn bleke, scherpe trekken verborgen achter een oversized zwarte hoody noemde hij Happy van Pharrell Williams toen ‘een van de meest escapistische songs die er zijn’. Twee jaar later schuiven we aan bij een veranderde man. De hoody heeft plaatsgemaakt voor een Spaanse rijhoed (type Zorro), een gezonde blos kleurt zijn vollere wangen, en in plaats van het zwarte uniform van weleer draagt Christopher Taylor een lichtblauw hemd met stijlvolle snit. Bovendien is Taylor, die zijn appartement in Wenen heeft ingeruild voor een stek in Los Angeles, de kersverse papa van een zes weken oude zoon, Elliott.

De verandering van lucht doet je goed, zo te zien. Ik had je bijna niet herkend zonder muts en hoody.

SOHN: Ik ben niet helemaal dezelfde meer, dat is een feit. En de hele tijd een muts of hoody dragen, is niet te doen met die temperaturen in Los Angeles. Mensen zouden denken dat ik een terrorist ben.

Je nieuwe plaat heet Rennen. Rennen van of rennen naar?

SOHN: Een beetje van beide. Sommige songs gaan over wegrennen, weg van het leven. Zoals een vriend van me die op een dag zijn ouders doodleuk vertelde dat hij besloten had zelfmoord te plegen. Gewoon, heel kalm: ‘I don’t fancy doing this anymore.’ Andere songs gaan dan weer over vluchten voor de onzekere, gevaarlijke tijden die we beleven én nog tegemoet gaan.

Je woont nu in Los Angeles. Grappig, want je vertelde me vorige keer dat je Londen was ontvlucht omdat het zo’n – en ik citeer – ‘uitgestrekte en onpersoonlijke stad’ is.

SOHN: En nu woon ik in de uitgestrektste, meest onpersoonlijke stad ter wereld (lacht). Ach, het is een cliché, ik weet het. Toen ik na twee jaar touren opnieuw mijn valiezen neerzette in Wenen voelde het niet meer als thuis. Ik had geen relatie meer, en in mijn nieuwe appartement had ik in vier maanden tijd ocharm vier nachten geslapen. Ik kon in Wenen herbeginnen, of elders. Het is LA geworden, een stad die ik ietwat kende omdat ik er al had gewerkt. Een vriend van me heeft er een huis in de heuvels, het leek me een goed idee om daar de volgende plaat op te nemen. En toen leerde ik een meisje kennen, en… Welja, en toen leerde ik dus een meisje kennen. (lacht)

Het begin en einde van elk mooi verhaal.

SOHN: Zo is dat. Maak daar maar je kop van!

Een nieuwe thuis, een nieuwe geliefde en een zoon. Hoe is het nog met de melancholie gesteld?

SOHN: Ik ben mijn definitie ervan aan het bijstellen. Zeker nu met de baby want elke nieuwe, blije gebeurtenis maak je voor het eerst en het laatst in je leven mee. Snap je?

Nee.

SOHN: Simpel: elke keer als hij een eerste stap zal zetten of een eerste woordje zal brabbelen, zal meteen ook de enige keer zijn dat hij dat voor het eerst doet. (schiet in de lach)

Gesproken als een ware melancholicus.

SOHN: Ik sta tegenwoordig meer open voor hoe iets voelt op het moment zelf. Zonder terug te deinzen voor de emoties. Ik ben een gelukkiger mens, ja. Denk ik.

Toch staan er nog behoorlijk confronterende teksten op de nieuwe plaat. ‘She don’t need my muscle, ‘cause her liquor is strong’, zing je in Hard Liquor. Uit het leven gegrepen?

SOHN: Grappig genoeg wel, en het is niet eens negatief bedoeld! Die song is oorspronkelijk voor en met iemand anders geschreven. Sam Dew, heet hij, toffe gast. (Dew is een singer- songwriter die ook al met Rihanna, Jessie Ware en Lianne La Havas werkte, nvdr.) Ik zat toen in een turbulente relatie – heel verwarrend maar ook verrijkend. Voor mezelf had ik nooit zo’n openhartige song durven te schrijven, maar toen hij na meer dan een jaar nog steeds in een schuif lag, heb ik hem toch zelf opgenomen. Hard Liquor heeft uiteindelijk zelfs mee de toon van de hele plaat bepaald. Doorgaan, durven, zonder omkijken.

Songschrijvers die hun diensten ook als huurling aanbieden doen daar meestal meewarig over in interviews. Is dat pure discretie, of spelen er ook contractuele clausules mee?

SOHN: Het is een vreemd wereldje, zeker in LA. Wanneer je er als vers bloed aankomt, word je overstelpt door aanbiedingen. Heel verleidelijk, zeker als er grote namen mee gemoeid zijn. Mijn generatie is deels opgegroeid met mainstreammuziek, we willen allemaal graag eens een grote, goede hit schrijven, onze eigen Nothing Compares 2 U of zoiets. Maar voor een grote hit heb je tegenwoordig een grote popster nodig.

Genre Rihanna. Had jij geen vinger in de pap van een van haar songs?

Sohn: Onrechtstreeks, ja. (Leg RiRi’s Desperado gerust naast Waiting Game van Banks, geschreven en geproducet door Sohn, nvdr). Die songschrijfsessies zijn meestal bullshit: vier blanke veertigers in een kamertje die een ‘sexy’ song voor Rihanna trachten te schrijven, je wilt het niet meemaken.

Maar jij hebt het meegemaakt?

SOHN: Jammer genoeg wel (lacht).Ik ben ermee gekapt, intussen. Liever wil ik werken met artiesten als Nils Frahm, Empress Of of Future Islands, mensen die ík apprecieer. Ik ben geen entrepreneur genoeg voor die popmuziektoestanden, ik wil enkel nog dingen doen waar ik zélf trots op ben.

RENNEN

Uit vanaf 13/1 via 4AD.

door Jonas Boel

‘Vier blanke veertigers in een kamertje die een “sexy” song voor Rihanna proberen te schrijven, je wilt het niet meemaken.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content