Over twee weken houdt Mark Uytterhoeven ‘De Laatste Show’ definitief voor bekeken. Wij blikken alvast terug met enkele mensen die iedere week bij hem op de sofa mochten. ‘Ik vond mezelf altijd een heftig mannetje, tot ik hem leerde kennen.’ Door Gunter Van Assche

‘In de armen van God’ Rob Vanoudenhoven De Job Van Rob (februari 2002 – december 2002)

‘Ik heb heel veel plezier beleefd aan De Job van Rob, ook al heeft de rubriek me mijn rug gekost: Bruce Moerman, de populairste flik in Gent, heeft me in een van de afleveringen alle hoeken van de judozaal laten zien en ik voel dat nog elke dag. Mark Uytterhoeven bekijken is wél altijd een onverdeeld plezier geweest: je kunt er gewoon niet bij hoe die steeds met nieuwe vondsten komt aandraven. Als je het zo bekijkt, is het dus een zegen dat de show wordt overgenomen: ik ga de Marco wel missen, maar ik ben er zeker van dat hij alweer op iets nieuws aan het broeden is, en ik kijk er al naar uit.’

‘Ik heb hem voor het eerst ontmoet zo’n twintig jaar geleden, bij het allereerste gala van Kom Op Tegen Kanker: ik stond daar aan de deur en heb zijn bandje gecontroleerd. Maar ik ben er gerust op dat hij zich dat niet meer herinnert (lacht). Hij heeft mij ontdekt op een improvisatieavond, en daarna hebben we samen Alles Kan Beter gemaakt. Hij heeft me toen echt in zijn armen gesloten. Het klinkt misschien vreemd, aangezien iedereen hem beschouwt als God, maar ik heb me nog nooit op mijn ongemak gevoeld bij hem.’

‘Op dit moment voel ik me zoals Mark zich elke keer moet voelen tussen twee programma’s door: ik sta op het punt om een nieuwe show op VTM te lanceren, en de druk op mijn schouders is onvoorstelbaar. De eerste uitzending voelt nu al een beetje aan als een tocht naar de slachtbank.’

‘Zijn gewillige speelbal’ martin heylen Goed Geprobeerd (januari 2006 – maart 2006)

‘Mark is een van de meest overrompelende figuren die ik ooit heb gekend. Ik heb hem voor het eerst ontmoet in 1984 op de BRT. Hij werkte toen nog op de sportredactie, ik schreef voor De Morgen. Ik herinner me nog goed dat hij mij en de fotograaf toen introduceerde op de redactie met de gevleugelde woorden: ‘Dit is Martin Heylen, en de mens die naast hem staat, is zijn homovriendje.’ Het was de eerste keer dat hij me met mijn mond vol tanden liet staan, maar niet de laatste keer (lacht). Dat is Mark ten voeten uit: hij maakt spitse opmerkingen tegen een duizelingwekkende snelheid, waar je niet van terug hebt. Hij kan je met een paar welgemikte woorden volledig sprakeloos laten staan. Wat hem echter zo grappig maakt, is dat je je nooit beledigd voelt door hem. Integendeel: ik ga met veel plezier mee in zijn verbaal spervuur.’

‘Ik vond mezelf altijd een heftig mannetje, tot ik Mark leerde kennen. Ik heb hem echt al letterlijk door de gangen zien stormen, constant aan het praten en grappen aan het maken. Dat is typisch: hij morst met zijn talent, voor en achter de schermen strooit hij met de humoristische pareltjes. Ik kan alleen maar zeggen dat het steeds een genoegen is geweest om Marks gewillige speelbal te zijn, zowel op als naast het scherm.’

‘Sneller dan zijn schaduw’ herman de croo Eyskens en De Croo (september 2002 – februari 2003)

De Laatste Show is kwiek als kwikzilver. Hoewel ik daar eerlijk moet aan toevoegen dat ik alleen keek als ik er zelf in voorkwam (lacht). Ik ben een van de weinigen die Mark Uytterhoeven af en toe het zwijgen konden opleggen. Dat is echt wel een prestatie, want wat Mark verbaal doet, is ‘shooting from the hip’ hè. Zoals de cowboys – hij vuurt sneller boutades af dan zijn schaduw.’

‘Mark is een bijzonder sympathieke, innemende gast, die De Laatste Show moeiteloos draagt . Ik ging elke keer met plezier terug naar de studio. Voor mij was dat trouwens ook een hele ervaring. Ik heb me in een tijgerkooi gewaagd, bezocht een boeddhistische tempel, een crèche… ik beken dat ik mij daar als serieus geachte Kamervoorzitter bijzonder geamuseerd heb. Geert Bourgeois vond in die tijd dat ik mijn functie in het belachelijke trok, maar toen hij zelf op de radio kwam met een chanteuse (Laura Lynn bedoelt hij; nvdr) werd dat opgekrikt tot een serieuze boodschap. Totentrekkerij is dat.’

‘Of De Laatste Show niet te luchtig was voor mij? Je moet het niet afwegen tegen de zondagsmis, hé? In zijn genre is Uytterhoevens programma ijzersterk. Hij heeft goed begrepen dat je de dingen beter presenteert met een kwinkslag dan met een traan. De meeste van mijn waarheden verkoop ik ook als een cervelaat tussen twee broodjes humor.’

‘Een monnik in de sofa’ Michiel hendryckx De Ziener (januari 2003 – december 2003)

‘Uytterhoeven is een Einzelgänger: hij komt bijvoorbeeld pas vlak voor de uitzending uit zijn kleedkamer. Daarvoor ziet niemand hem. Als je op de redactie van Woestijnvis komt, zit hij ook meestal stilletjes in zijn sofa aan de deur, een pijpje te roken met een dekentje over zijn benen. Net een monnik: echt waar, de eerste keer dacht ik zelfs dat hij een grap met mij aan het uithalen was.’

‘Het was een hele eer om hem te leren kennen, want hij is een harde werker en een perfectionist. Net daar liep het wat fout tussen ons, geloof ik. Wat ik deed, was niet helemaal naar zijn zin: hij vond mijn rubriek veel te serieus voor de lichte teneur van het programma. Ik was voor hem ook een erfenis van het Bruno Wyndaele-tijdperk. Mark is helemaal anders dan Bruno: die is veel meer een journalist dan hij. We zijn wel op de meest onvergetelijke manier uit elkaar gegaan: herinner je je nog de fameuze alcoholuitzending op het einde van het jaar, waarin iedereen zich een stuk in zijn voeten had gedronken? Die aflevering heeft zelfs het Duitse journaal gehaald (lacht).’

‘Wat mij wel verbaasde bij Mark, is dat hij zijn grappen bijna stuk voor stuk van de autocue afleest – ook al brengt hij ze altijd met een grote naturel. Tja, dat ik niéts van de autocue aflas, zal er natuurlijk ook wel aan te horen zijn geweest (lacht).’

‘De rat van Mark’ dirk draulans Applaus voor de natuur (oktober 2003 – maart 2006)

‘Mark en ik hebben elkaar pas écht gevonden in de tweede jaargang van Applaus voor de Natuur. Ik ben vereerd en trots om te kunnen zeggen dat ik het drie jaar heb volgehouden: dat is blijkbaar niet zoveel mensen gegeven. Wat me het meest beviel aan Mark is dat hij ook naast het scherm een ware dierenvriend is. Iedereen kent intussen wel het verhaal van het ekstertje Tsjip dat hij in Zuid-Frankrijk het leven heeft gered, maar daarnaast heeft hij ook een ratje geadopteerd, waarvan hij praktisch onafscheidelijk is – tot grote ergernis van alle anderen op de redactie én zijn eigen vrouw (lacht).

‘Een van de grappigste herinneringen heb ik aan de aflevering waarin we een gier de studio binnenloodsten. Dat roofdier ging stilletjes op de rand van de zetel zitten, maar sloeg onverwachts zijn vleugels breed uit – waarschijnlijk omdat hij de spots met de zon verwarde. Toen moesten we Mark er toch even attent op maken dat er een roofvogel met een harde bek op luttele centimeters van zijn hoofd zat. En ik herinner me natuurlijk ook de puppy Dubai die onder het oog van Mark en de camera een fraai keuteltje dropte op de sofa, net op de plaats waar Ellen Petri helemaal opgedirkt moest gaan zitten. Dat was niet te schatten.’

‘Aftellen naar het einde’ rik torfs Ora et Labora (januari 2005 – maart 2005)

‘Net in de periode dat ik mijn debuut maakte op het scherm kwam ik op als rector, en mijn tegenstanders gebruikten die rubriek tegen me: ‘Die kerel is niet ernstig’, zeiden ze. Daar hou ik dus wel een dubbel gevoel aan over. Ora et Labora zélf was dan weer een plezier: met Mark kunnen samenwerken, is altijd bijzonder leuk geweest. Je leerde al vlug dat je maar best zonder tekst op de sofa bij hem ging zitten. Hijzelf is altijd perfect voorbereid – het draaiboek ligt trouwens op zijn schoot – maar aan de andere kant heeft hij om de haverklap een nieuwe ingeving, en net daardoor draagt De Laatste Show zijn signatuur. Marks beste eigenschap is de mengeling van verbale perfectie en snelheid: ik kan me niemand anders voor de geest halen die dat zo kan.’

‘Wat me ook ontzettend opviel aan Mark, is dat hij als geen ander kon ‘aftellen’. Tijdens het vorige seizoen zat hij telkens, als een coureur voor de eindstreep, de dagen tot het seizoenseinde af te tellen: hij wist precies wanneer het programma zou stoppen. Ik kan niet zeggen of hij De Laatste Show beu is of niet, maar hij keek toen toch al erg uit naar het einde. Ik begrijp die reflex ook wel: zo’n programma slorpt tonnen energie op. Hij bleef ook zelden of nooit hangen na de opnames. Dat was een rol die ik dan weer met glans vervulde (lacht).’

‘Als een onnozele bakvis’ annemie struyf Meisjes van veertig (januari 2004 – april 2004)

‘In het begin had ik schrik om in dat mannenclubje van Woestijnvis verstrikt te raken. Méér nog: ik was eigenlijk vooral bang van Mark. Hij heeft zulke spitse humor, waar je niet gemakkelijk tegenop kan. Nu durf ik al gewoon eens met hem te zwanzen, maar in het begin voelde ik mij echt een onnozele bakvis die bij De Grote Mark Uytterhoeven mocht aanzitten. De magie van het scherm vind ik over het algemeen gemakkelijk te doorprikken, maar bij hem bleef ik me een tijd lang klein en geïntimideerd voelen.’

‘Eén aflevering die mij is bijgebleven, was die waarin Guy Mortier helium moest inhaleren om een smurfenstemmetje te krijgen. Dat lukte maar niet, en iedereen kreeg de slappe lach. Ook bij Mark stonden de tranen in de ogen, maar bij het begin van iedere nieuwe take maakte hij schijnbaar moeiteloos een klik: je zag hem zijn gezicht van de ene seconde op de andere in een beheerste plooi trekken. Dat heeft me nog het meest verbaasd.’

‘De sfeer was dan wel uiterst gemoedelijk door hem, hij bleef desondanks erg ad rem. Hij wist ook beter dan een ander wat er op dat moment in de montagekamer gebeurde. Ik probeer nu zelf televisie te maken, met De Moeder Van Mijn Dochter, en mijn bewondering voor hem groeit met de dag.’

‘Een groot kind’ kamagurka Geen Commentaar (oktober 2004 – maart 2006)

‘Ik heb een vaste rubriek gekregen nadat ik samen met Jules Deelder te gast was geweest. Die bewuste show is nogal memorabel omdat alles zo chaotisch verliep, dankzij ons (lacht). Toen ik de uitzending zag, was ik écht onder de indruk: wij hadden ons best gedaan om de boel in het honderd te laten lopen, en zij hadden er goede televisie van gemaakt.’

‘Mark en ik hebben elkaar gevonden in De Laatste Show: niet alleen zijn we alletwee enorm met voetbal bezig – dat schepte direct een band – hij is ook zo’n groot kind als ik. Verstandig, dat wel, maar vooral een beetje gek. Op de redactie houdt hij bijvoorbeeld een ratje bij, dat hij in zijn vestzakje laat zitten en dat beestje mag af en toe eens mee-eten van zijn banaan. Dan schreeuwt (eindredactrice) Inge Sierens het kot bijeen: ‘Doe dat toch niet, ge gaat ziektes krijgen!’ Echt hilarisch om hem dan te zien. ‘

‘Het grootste nadeel van De Laatste Show is dat het al heel lang meedraait en in een strak keurslijf zit. Ik kan perfect begrijpen dat Mark nu afstand wil nemen, want voor je het weet draai je op routine. Omdat hij stopt, kap ik er ook mee. De laatste twee jaar hebben we ons geamuseerd, maar ik wil niet uitgemolken raken. Zo’n rubriek is behoorlijk intensief werk. Dat doet er me aan denken: naast een groot kind is Mark ook een on-waar-schijn-lijk harde werker!’

‘Magiër met lange cape’ pascale platel Madame Platel (oktober 2003 – maart 2004)

‘Ik ben heel onverwachts in De Laatste Show gerold. Een maand voor de eerste opnames, belde Woestijnvis me op: ik had voor Link op Canvas een tentoonstelling besproken en ze bleken geïnteresseerd. Ik heb Mark altijd gezien als ‘een magiër’, een illusionist. Zijn kleedkamer was op het eind van de studiogang en als hij daar na vele uren buitenkwam, schreed hij ritueel door de gang, alsof hij een denkbeeldige lange cape droeg (lacht).’

‘Mark is een van de knapste woordkunstenaars die ik ken: hij is zoveel meer dan een presentator. Als je naast iemand zit die zo getalenteerd is, brengt die meestal ook het beste in jou naar boven. In die periode voelde ik me erg onzeker, maar als ik bedenk wat ik daar allemaal gedúrfd heb: ik heb in die studio echt de onnozelste dingen gedaan (lacht).’

‘De aflevering met Herman Brusselmans zal ik altijd onthouden. Ik kwam toen vertellen over de verdekselde muis – een knaagdier dat was veranderd in een dekseltje. Ik zag Brusselmans’ gezicht vertrekken en hoorde hem letterlijk denken: ‘Gij zijt een wacko’. Maar Mark liet me mijn gang gaan: hij kan bijzonder hard zijn, maar is ook enorm gevoelig. Heel intrigerend eigenlijk. Ik mocht zoveel ploeteren als ik wilde, hij zou me nooit kopje-onder geduwd hebben.’

‘Huilen van het lachen’ guy Mortier Gefressenes Funden (oktober 2004 – maart 2006)

‘Als ik denk aan mijn eerste ontmoeting met Mark, moet ik teruggaan tot de Eerste Wereldoorlog, toen we samen in een proefuitzending zaten voor De Taalstrijd op de radio. Het klikte meteen: binnen de tien minuten zaten we allebei te huilen van het lachen. De dynamiek tussen ons in Alles Kan Beter of De Laatste Show is ook in De Taalstrijd ontstaan: we móesten daar improviseren. Na zo’n aflevering was je wel uitgeput, maar ik voelde toch ook dat de één de ander tot een nieuwe hoogte kon optillen.’

‘Wat ik altijd het meest aan hem heb gewaardeerd, is dat hij zijn aanwezigheid nooit nodeloos opdringt. Eigenlijk is hij een bijzonder rustig mens: hij hoeft de show niet te stelen. Maar als hij eenmaal begint, is het vollen bak natuurlijk. In tegenstelling tot wat Michiel Hendryckx zegt, is Mark bij mij nooit als een Einzelgänger overgekomen. Ik kan dat ook moeilijk verzoenen met het feit dat hij in Frankrijk al helemaal opgenomen is in het dorpsleven: toon mij de eerste eenzaat die als Vlaming voorzitter van de plaatselijke wielerclub kan worden.’

‘Ik zal natuurlijk hierna ook naar Frieda Van Wijck kijken, en ik denk dat ze dat uitstekend zal doen. Aan de andere kant zal iedereen nu pas beseffen wat een onwaarschijnlijke luxe we de laatste jaren hebben gehad. Iemand van Uytterhoevens niveau vier keer per week bezig zien op het scherm, dat zullen we echt niet vaak meer meemaken.’

Gunter Van Assche

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content