Please (’86): Het debuut dat de unieke cocktail van eurodisco en synthpop van Pet Shop Boys openbaart. Meteen een schot in de roos. Laagjesmuziek die bewust een campy jasje aangepast krijgt, maar tegelijk socio-economisch commentaar bevat (bijvoorbeeld in Opportunities). De doemprofetie is tongue in cheek.

Disco (’86): 12 inch-mixes en B-kantjes van de vier singles uit Please. Typische eighties-clubtracks van producers als Shep Bettibone en Arthur Baker. Het opmerkelijkst is de epische, acid house-achtige remix van Paninaro, een van de weinige momenten waarop de stem van muzikaal brein Chris Lowe is te horen.

Actually (’87): De geeuw van Neil Tennant op de hoes wijst op de verveling die, samen met geld, het grote thema is op deze plaat. De toon iets ernstiger, geeft de geprogrammeerde muziek op Actually een menselijk gelaat. In het duet What Have I Done To Deserve This? bezorgen ze sixties-icoon Dusty Springfield eerherstel.

Introspective (’88): Dance-album van zes tracks, waaronder de hit Left To My Own Devices. Ondanks de dansbaarheid een introspectieve EP, met verzuurde liefde als onderwerp. Always On My Mind (bekend van Elvis Presley) krijgt een monolithische Chicago house-bewerking, op Domino Dancing wordt geflirt met latin hiphop.

Behaviour (’90): De heren bekennen hun liefde voor musical. Breed gearrangeerde, bitterzoete plaat over decadentie. Opgenomen in München, met de hulp van Harold Faltermeyer. Johnny Marr, ex-Smiths, vervult een gastrol als gitarist.

Discography (’91): Compilatie die hun tienjarige bestaan viert. Uitstekende staalkaart van hun kunst: dansmuziek met hersenen, gesofistikeerd en sardonisch.

Very (’93): Opvallend vrolijker plaat na de melancholie van Behaviour. Al blijven de schetsen van de eenzaamheid achter het jetsetleven raak en wordt op Young Offender en Dreaming Of The Queen het aidsprobleem aangesneden. De dubbele bodems van de kitschpop eindelijk doorgrond, worden Pet Shop Boys voor het eerst beladen met lovende kritieken.

Disco 2 (’94): Vaak overbodige dance-mixes. Schieten er ietwat bovenuit: Absolutely Fabulous, de benefietsingle met acteurs uit de gelijknamige serie, een door The Beatmasters uitgekleed I Wouldn’t Normally Do This Kind Of Thing en een uitbundig Liberation, waarin Neil Tennant is vervangen door een diva. Duidelijk bedoeld als party-album.

Alternative (’95): Verzameling van 30 B-kantjes, in chronologische volgorde. Enkele vergeten parels zoals It Must Be Obvious, Bet She’s Not Your Girlfriend, Hey Headmaster en Too Many People, maar onvermijdelijk ook vullertjes.

Bilingual (’96): Hun meest volwassen plaat. De kijk op romantiek is hier optimistischer dan we van het duo gewend zijn. Een warme, zonnige trip, waarbij Tennant en Lowe de wereldmuziek (vooral latin) exploreren. Ze samplen zelfs jazzman Stan Getz in It Always Comes As A Surprise en beschouwen dit ambitieuze werk als een reactie tegen de toen regerende Britpopgolf.

Nightlife (’99): Productioneel bijgestaan door gerenommeerde namen als Craig Armstrong, Rollo (Faithless) en David Morales, zet het energieke Nightlife opnieuw het melodrama dik in de verf. Kylie Minogue zingt mee op In Denial.

P.V.D.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content