Een paar jaar geleden was hij dat nog, ‘die rare kwiet van Babe en Happy Feet‘, op zijn zeventigste zit hij de jury van Cannes voor en wordt hij aanbeden als grand auteur. De miraculeuze comeback van Mad Max-peetvader George Miller.

Toen George Miller enkele weken geleden werd aangekondigd als juryvoorzitter in Cannes, klonk dat niet onlogisch: vorig jaar werd zijn overweldigende actiefilm Mad Max: Fury Road er niet alleen – buiten competitie – vertoond, hij werd bovendien ontvangen met een staande ovatie en het soort wild enthousiasme dat in Cannes doorgaans gereserveerd is voor meer expliciet artistieke ‘Cinema met een grote C’. Heel wat journalisten opperden zelfs dat de film een reële kans had gemaakt op een prijs mocht hij wél in competitie hebben gezeten.

Geen wonder dan dat ze Miller dit jaar opnieuw vanuit Australië naar de Côte d’Azur overvliegen om de jury te leiden, toch?

Wel… Ja en nee. Meestal bestaat de Cannes-jury uit een mix van heilige koeien uit de wereld van de internationele artistieke cinema en grote Amerikaanse namen – waardoor bijvoorbeeld Steven Spielberg in 2013 de leiding mocht nemen van een ploeg met onder meer Naomi Kawase (de Japanse regisseur van kabbelende, meditatieve drama’s als Still the Water)en Cristian Mungiu (de Roemeense auteur-cineast van het kille abortusdrama 4 Months, 3 Weeks and 2 Days). Bien étonnés de se retrouver ensemble, noemt men dat, of positiever: de verscheidenheid van de filmwereld vertegenwoordigd in een negenkoppige jury. Van Amerikaans mainstreamentertainment tot pikzwarte, cerebrale Europese arthouse: het is een spagaat dat Cannes elk jaar maakt.

Het punt is alleen dat George Miller eigenlijk tot geen van beide werelden behoort. Hij is geen Europese of Aziatische auteur met een onberispelijk arthouse-cv, en evenmin een Hollywood-powerhouse, zelfs na het succes van Fury Road. Waar de meeste juryvoorzitters in het verleden bekende namen waren met een lange, vrij consistente carrière – denk naast Spielberg ook aan de gebroeders Coen, Jane Campion, Robert De Niro, Wong Kar-wai en Sean Penn – is Miller veel onberekenbaarder en vertoont zijn filmografie veel grotere gaten.

Sinds hij in 1979 debuteerde met de eerste Mad Max, heeft Miller slechts negen films geregisseerd (hoewel hij als scenarist en producent nog bij heel wat andere producties betrokken was). Daar zitten vier Mad Max-films tussen, één familiefilm over een pratend varkentje (de sequel Babe: Pig in the City; de eerste Babe had hij wel mee geschreven, maar niet geregisseerd), twee animatiefilms over dansense pinguïns (Happy Feet 1 en 2), een zwarte komedie (The Witches of Eastwick) en een ziekenhuisdrama (Lorenzo’s Oil). Probeer daar maar eens een lijn in te trekken.

Ondanks de successen die hij heeft gescoord, inclusief een Oscar voor Happy Feet, werd Millers carrière ook gedeeltelijk overschaduwd door de producties waar hij jarenlang mee worstelde, om ze daarna alsnog te moeten laten schieten. Zo werkte hij meer dan een jaar aan de verfilming van Carl Sagans sciencefictionroman Contact, tot hij moest opstappen na conflicten met de studio – hij werd vervangen door Robert Zemeckis. Ook een Justice League-film waarvan de preproductie zo goed als rond was, werd in 2008 op het laatste moment stilgelegd – uiteindelijk zal de gevreesde Zack Snyder volgend jaar die film uitbrengen, met Millers naam op de aftiteling als producent, hoewel hij er al lang niets meer mee te maken heeft.

En die vreemde vlerk wordt nu dus gevraagd om een winnaar te kiezen uit films van onder andere Pedro Almodóvar, de Dardennes, Ken Loach, Brillante Mendoza, Cristi Puiu en co.

Maar hoe uiteenlopend zijn filmografie ook is, toch wordt Miller in Frankrijk al lang beschouwd als een volwaardige ‘auteur’. In 2010, toen hij nog volop in zijn Happy Feet-periode zat, werd hij al opgenomen in de Ordre des Arts et des Lettres, wat suggereert dat kwantiteit en consistentie minder belangrijk zijn dan originaliteit en visie.

Want laat het duidelijk zijn: alle negen films die hij heeft geregisseerd, zijn onmiskenbaar George Miller-films, hoe verschillend ook. Thema’s als ecologie keren terug in de Mad Max-reeks én in de Happy Feet-films; The Witches of Eastwick en Mad Max: Fury Road delen een feministisch perspectief en zelfs Lorenzo’s Oil was een persoonlijk project, waarvoor Miller kon putten uit zijn eigen achtergrond als arts (hij heeft een diploma medicijnen op zak en werkte ooit nog als ambulancier). En dan hebben we het nog niet over zijn technische meesterschap, dat het duidelijkst geëtaleerd wordt in de Mad Max-films, maar ook in zijn andere projecten altijd aanwezig is.

Misschien is het nog best om voor Miller een aparte categorie te bedenken, die termen als ‘mainstream’ of ‘cinefiel’ overstijgt, en die ook niet gebonden is aan een bepaald genre. De verscheidenheid van de cinema, niet vertegenwoordigd in een negenkoppige jury deze keer, maar gewoon al in de voorzitter alleen.

Eigenlijk is het geen wonder dat Cannes Miller dit jaar terugvroeg om de jury te leiden.

DOOR SAM DE WILDE

Meestal bestaat de Cannes-jury uit een mix van heilige koeien uit de arthousecinema en grote Amerikaanse namen. George Miller behoort eigenlijk tot geen van beide categorieën.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content