De tussenstand

Als een van de vijf nieuwe stadsdichters van Antwerpen heeft Lies Van Gasse een ganzenveer voor op haar collega’s.

Je noemt jezelf een hybride dichter: je ‘graphic poems’ verzoenen woord met illustraties.

Lies Van Gasse: Ik denk wel dat mijn werk dankzij die visuele kant zal kunnen opvallen in de stad. Heel concreet is er in deze startfase nog niks, maar ik zou alvast graag werken omtrent natuur en stadsgroen, en er kinderen bij betrekken. Hopelijk kunnen we met de hele groep ook inspelen op de actualiteit, dat houdt zo’n stadsdichterschap levendig. Het jongetje dat op de treinsporen van Antwerpen Centraal verongelukt is, daar hadden we op kunnen reageren.

Je was zo vlijtig om ons op voorhand je recente favorietenlijstje te bezorgen, waarop voornamelijk boeken prijken.

Van Gasse: Ik vind dat er in de literatuur niet altijd vanuit alle zintuigen geschreven wordt. Smaak blijft bijvoorbeeld onderbelicht. In Varkensribben van Amarylis De Gryse neemt dat zintuig net wel een belangrijke plaats in, maar die roman is mij vooral bijgebleven vanwege de job van het hoofdpersonage: verzorgster in een rusthuis. Ik heb het boek gelezen tijdens de lockdown. Die link met woonzorgcentra en mensen die vergeten worden, was confronterend. Daarnaast vond ik De woestijn van de Tartaren van Dino Buzzati heel boeiend: een fabel over een jonge luitenant die gestationeerd wordt in een fort in de bergen, waar hij een fantastische militaire carrière tegemoet denkt te gaan. Uiteindelijk stelt dat garnizoen niet veel voor en wordt hij er gewoon oud. Voor mij gaat het om het besef dat je altijd, op elk punt, de keuze hebt om je eigen idealen te volgen.

De tussenstand

Het spettert geluk van Tomas Lieske is een poëziewerk, maar geen conventioneel.

Van Gasse: Ik heb het nogal voor dichters die het aandurven om hele bundels te schrijven in plaats van losse gedichten. Maar Lieske gaat nog verder, met een concept dat hij een drieluik lang heeft volgehouden. Alles draait om een stoet werkloze verschoppelingen die in de straten van Parijs leven. Het spettert geluk, het laatste deel, is een hele mooie, eigentijdse mengeling van proza, poëzie, brieven en iets wat aan gospel doet denken, waarbij de aanvoerder iets roept en het koor hem bijvalt. Aangezien de personages iets spreken wat het midden houdt tussen Frans en Afrikaans, heeft hij naar een taal gezocht die daar in het Nederlands een equivalent van kan zijn.

De tussenstand

Wat sprak je zo aan in Finch, die apocalyptische film waarin een stervende Tom Hanks een robot fabriceert die zijn hond moet beschermen?

Van Gasse: Het idee van artificiële intelligentie: hoe je zo’n ding van alles aanleert, hoe het gevoelens kan ontwikkelen en een eigen wil krijgen. Het uitgangspunt van Finch is ook ontroerend, hoe iemand zo veel moeite doet om een hond in leven te houden. Ik wilde tot slot nog iets vermelden wat ik zelf nog moet gaan bekijken: de expo Pinky Promise van Catharina Dhaen in Puurs. Ik hou van haar werk omdat de liefde voor de verf en het schilderen er heel erg uit spreekt. Prachtige kleuren ook altijd.

De tussenstand
De tussenstand
De tussenstand

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content