ZEVEN WEKEN MAAKT CREATIEF VLAANDEREN DE BALANS OP VAN HUN EN ANDERMANS EERSTE HELFT VAN 2016. DEZE WEEK: DE OOSTENDSE GROLLENMAKER GUNTER LAMOOT.

Hoe heb jij de eerste helft van 2016 beleefd?

GUNTER LAMOOT: Een beetje afwachtend nog. Met de vriend met wie ik het satirische programma Superstaar heb gemaakt, ben ik bezig aan een paar projecten voor tv. Maar zoals dat gaat in tv-land duurt het heel lang voor ze je uitsluitsel geven. Ik mis deadlines, die maken dat je veel sneller iets concreets gedaan krijgt.

Tijd genoeg gehad dus om je een bult te lezen, luisteren en kijken.

LAMOOT: Och, het werk gaat door, hoor. Maar ik doe wel moeite. Vooral voor boeken moet je tijd maken of anders hang je toch maar weer voor de tv.

Namen! Titels!

LAMOOT: Ik lees vooral graag biografieën. Onlangs nog die van Mack Sennett, de filmregisseur die de Keystone Studios heeft opgericht, die onder meer Charlie Chaplin en Roscoe Arbuckle hun eerste kansen heeft gegeven. De beste biografieën schetsen ook een tijdsbeeld, en die begindagen van de film waren, zeker wat humor betreft, heel rock-‘n-roll. Die gasten moesten het allemaal zelf uitvinden, hè. Zoals punk. Nu ben ik bezig in het verhaal van Rod Serling, een Amerikaanse scenarist, bekend van de originele reeks van The Twilight Zone: beetje sciencefictionachtig, altijd met een verrassende wending. Voor mij nog altijd een van de mooiste dingen die ooit voor tv gemaakt zijn.

Kijk je doelgericht terwijl je voor de tv hangt?

LAMOOT: Ja, zeker nu ik Netflix heb, kijk ik veel gestructureerder. Ik verspil mijn tijd niet meer aan crap. Guilty pleasures heb ik in feite niet. Alleen bij Komen eten zou ik nog eens blijven plakken, als er weer eens een paar idioten meedoen. (lacht)

Volg je de hedendaagse muziek of laat je het je allemaal maar aanwaaien?

LAMOOT: Ik loop een beetje achter nu. Die nieuwe van Bent Van Looy moet ik nog eens aanschaffen, en Radiohead schijnt ook weer heel goed te zijn. Iggy Pop heb ik gekocht: ça va, een liedje of drie vind ik wel de moeite. Vooral naar The Last Shadow Puppets heb ik veel geluisterd. Ik was al fan van die eerste plaat: John Barry en Burt Bacharach 2.0, bij wijze van spreken.

Is het voor een humorist een jobvereiste om voortdurend ogen en oren open te houden?

LAMOOT: Goh, in mijn humor ben ik niet echt met actuele dingen bezig, of het zou op een abstracte manier moeten zijn. Ik weet eigenlijk zelf niet hoe mijn grappen ontstaan, en ik hoef dat ook niet te weten. Als je de kikker opensnijdt, dan gaat hij dood, zoals ze zeggen.

Ben je tijdens de voorbije zes maanden in de bioscoop geraakt?

LAMOOT: Eén keer, voor Belgica van Felix van Groeningen. Heel sfeervol, en goed geacteerd. Herkenbaar als een dagboek ook, wat de tweede helft van mijn jaren negentig betreft. (lacht) Ik snap wel dat die film niet zo’n kassucces is geworden als men had vooropgesteld. Maar ja, het gaat natuurlijk over iets anders dan over een koppel waarvan het kindje overlijdt, zoals zijn vorige. Het grote publiek wil toch altijd een beetje drama en een beetje kanker, hè. Of toch als het goed in beeld is gebracht. (lacht)

KURT BLONDEEL

‘Het grote publiek wil altijd een beetje kanker’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content