De tussenstand

© GF MAUREEN DE WIT

In het unaniem bestoefte tekstloze theaterstuk The Sheep Song van FC Bergman speelt Jonas Vermeulen de rol van het tegendraadse schaap.

Het beest in kwestie rukt zich los van de kudde met de ambitie mens te worden. Hoe bereid je je op zo’n vertolking voor?

Jonas Vermeulen: Met blessurepreventie! Anderhalf uur op een loopband spelen, in een schapenkostuum en met schapenpoten, dat is vooral een heel fysieke uitdaging.

De appel valt niet ver van de boom: je vader Geert kroop bij De Nieuwe Snaar wel eens in een draaiende betonmolen.

Vermeulen: (lacht) Dat was extremer. In elk geval doen de recensies me wel deugd na al die maanden wachten. Stel je voor dat je dan de grond in wordt geboord! Want zolang je zo’n stuk niet voor een publiek hebt gespeeld, weet je niet echt wat je in handen hebt. Zeker niet bij The Sheep Song, dat geen narratief heeft.

Zullen we je lijstje met recente culturele genoegens aansnijden?

Vermeulen: Ik vond de tv-serie Succession op HBO supergoed. Hoe verder je erin vordert en hoe beter je de fantastische personages leert kennen, hoe meer het op een moderne versie van Shakespeare of Griekse tragedies gaat lijken. Ik was toen bij HetPaleis aan het repeteren voor Simon De Vos’ bewerking van Oresteia en ik herkende die mechanismes wel. Ik kick daarop. (lacht) Dat het zo goed geschreven is dat het zich in een canon van een lange theatertraditie plaatst. Nu wilde ik eigenlijk ook iets aanraden wat nog moet komen.

De tussenstand

Zo?

Vermeulen: Mijn vriendin Anastassya Savitsky is danseres en heeft met Stellar Boem een voorstelling voor Theater FroeFroe gemaakt. Het is fantastisch mooi geworden, iets wat ik in kindertheater nog niet vaak of zelfs níét heb gezien. Stel het je voor als een soort ruimteodyssee met vier dansers, heel associatief opgebouwd met inspiratie uit beeldende kunst, zonder woorden. Ze heeft mensen kunnen engageren die nog bij Lisbeth Gruwez en Sidi Lardi Cherkaoui hebben gedanst, dus qua hedendaagse dans ligt het niveau echt wel hoog. Première op het Zonnebloemfestival in Hasselt eind augustus!

Dat staat dan ook weer gedrukt.

Vermeulen: Wat nog? O ja, ik begeleid voor het eerst twee masterstudenten kleinkunst aan het conservatorium. Een van hen, Gijs, verwerkt in zijn masterproef eigen Nederlandstalige hiphop. Onlangs heeft hij een eerste single uitgebracht, Ton Waes. Ik heb het voorrecht gehad om zijn binnenkort te verschijnen ep al te horen, en dat zal een bom zijn, denk ik. Tot slot heb ik me vorig jaar kostelijk geamuseerd met een essay van Carlo Cipolla, een heel klein boekje dat De wetten van menselijke stupiditeit heet. Zo beschrijft hij dat er in alle lagen van de bevolking domme mensen zijn, en hoe je die herkent. (lacht) Hij haalt er grafieken en diagrammen bij, maar het biedt wel een amusante kijk op ons als mens. Er kwamen vorig jaar veel reacties op de corona-uitbraak en de opkomst van Black Lives Matter waarbij je dacht: wat durven mensen toch te zeggen? Cipolla hoefde geen voorbeelden te geven, ze werden je elke dag in het nieuws aangereikt. (lacht)

De tussenstand
De tussenstand
De tussenstand
De tussenstand

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content