Toen uitlekte dat Joe Eszterhas, de excentrieke schandaalscenarist van ‘Flashdance’ en ‘Basic Instinct’, van op zijn ziekbed zijn memoires aan het neerpennen was, stoven sterren, advocaten en paparazzi meteen preventief de Hollywood Hills in. Een slimme zet, zo blijkt nu het boek uit is. Door Dave Mestdach

EXTRA OP WWW.FOCUSKNACK.BE

‘HIJ WAS AL DE VIJAND VAN POLITIEK

CORRECT AMERIKA NOG VOOR DE TERM WAS UITGEVONDEN.’

EEN UITGEBREID PORTRET VAN JOE ESZTERHAS, UIT ONS ARCHIEF.

JOE ESZTERHAS, HOLLYWOOD ANIMAL, KNOPF, 752 BLZ., a19 (ZIE OOK BOEKENRUBRIEK).

n Hollywood Animal, zijn zopas in Amerika gepubliceerde memoires, spuwt Joe Eszterhas meer dan 730 pagina’s lang venijn. De geschifte scenarioschrijver rekent af met zijn Hongaarse roots, met zijn ex-vrouwen en minnaressen, met de geldgeile slangenkuil die de filmindustrie in wezen blijkt te zijn en vooral met sterren als Sharon Stone, Paul Verhoeven, Dustin Hoffman, Sylvester Stallone, Mick Jagger, Bruce Willis en ga zo nog maar een tijdje door.

Subtiliteit, bescheidenheid en discretie zijn dan ook niet de termen die je bij het uitvlooien van Eszterhas’ cv door het hoofd schieten. Alles begon nog vrij beschaafd en bedeesd, met rockreportages voor Rolling Stone en scenario’s voor F.I.S.T. en Flashdance, maar al vlug dook deze Hongaarse immigrant steeds verder de smeuïge krochten van Hollywood in. Het resultaat? Een serie vet betaalde filmscenario’s die Viagra-stijf staan van de seksuele esbattementen, kranke machtsspelletjes, stomende listen en lusten en puberaal machismo. Of kent u een meer accurate omschrijving voor Basic Instinct, Sliver, Jagged Edge, Jade en Showgirls? Alsof dit lijstje nog niet voldoende alibi’s biedt om levenslang de schuilkelder van Tinseltown in te duiken, dan biecht Eszterhas in zijn memoires op dat hij ooit van plan was een scenario neer te pennen over de relatie tussen Mariah Carey en platenbaas Tommy Motola, onder de alweer niks aan de verbeelding overlatende titel Foreplay én – zelfs de paus gaat nu wellicht recht zitten – voor een Jezus-biografie in een regie van Paul Verhoeven.

Met zoveel pauwenveren in zijn kont laat Eszterhas er in Hollywood Animal niet de minste twijfel over bestaan: hij, en hij alleen, is de belangrijkste en invloedrijkste scenarist die ooit de met stardust besprenkelde paden van Hollywood heeft bewandeld. Dat hij op zeker ogenblik meer dan vier miljoen dollar kreeg voor scenario’s die nimmer het witte doek haalden, lijkt hem niet meer dan logisch, want zo beargumenteert hij: ‘Terwijl ik voor mijn eerste vier films samen amper 4,7 miljoen dollar kreeg, wisten de filmstudio’s er wel 850 miljoen mee bijeen te rapen. Of ongeveer het tweehonderdvoudige. Zou je ook niet een tikkeltje geldgeiler worden als je tegen zo’n wisselkoers moet werken?’ Vergis u niet vooraleer u adem inzuigt: Eszterhas’ vraag is volledig retorisch.

Godenkinderen hoeven tegenspraak niet te dulden. Tenslotte worden ze niet elke dag geboren. Eszterhas zag het licht op 23 november 1944 in het Hongaarse hellegat Csakanydoroszlo, als zoon van schrijver Istvan die ‘wel tien keer zonder verdoving onder het mes heeft gelegen’ en huisvrouw Maria ‘wier ravenzwarte haren nog werden geaccentueerd door haar diepbruine, Euraziatische ogen’. Bij filmische passages als deze wordt met- een duidelijk dat het fatum van kleine Josef hem uiteindelijk wel naar Hollywood leiden moest, zowat de enige plek ter wereld waar de waarheid gewillig een stapje opzijzet ten faveure van een sappige anekdote of een gespierde vertelling. Zelfs als Eszterhas vrij sec zijn familiegeschiedenis oprakelt, klinkt het alsof het zo uit The Battle of the Bulge lijkt gerukt (Amerikaanse bevrijders bombardeerden uitgerekend alleen het huis van de familie Eszterhas vijgenplat ), of – nog sterker – uit zijn eigen scenario voor Music Box (een jaar na de opnames van deze film over een vrouw die ontdekt dat haar vader tijdens de oorlog een nazibeul was, werd Istvan Eszterhas door de politie ontmaskerd als auteur van een reeks antisemitische geschriften).

Hollywood Animal is een schuimbekkend en bitsig beestje, een in turbotaal, gonzo-stijl en filmische montage neergeschreven collage exhibitionistische flashbacks en flash forwards, waarin je als lezer niet alleen voyeur, maar ook jurylid speelt. Want Eszterhas, in een hevige strijd gewikkeld met keelkanker, neemt geregeld een loopje met zijn eigen anabole beweringen. Zo pocht hij op pagina 561 ooit vier miljoen dollar gekregen te hebben enkel voor de outline van One Night Stand, een schriel velletje van nauwelijks vier regels, terwijl hij op pagina 38 nog ziedend tekeergaat tegen regisseur Mike Figgis die het in zijn hoofd haalt om zijn volledig afgewerkte scenario van de film flink te trimmen. De man is dus niet de meest betrouwbare getuige, ook al heeft hij zich op zijn 59e naar eigen zeggen tot God bekeerd, zijn schreeuwerige Hawaï-shirts en zijn onlesbare dorst naar ‘A-List Pussy’ definitief in de kast opgeborgen en zich voorgenomen nooit meer een stap te zetten in het naar zwavel en zonde geurende duivelsoord Tinseltown. Hollywood Animal leest dan ook – conform zijn nieuwe religieuze credo – als een oefening in geloven zonder concrete bewijzen. Geloven dat hij samen met mogul Jerry Bruckheimer en regisseur Adrian Lyne alle stripteaseclubs en bordelen van Toronto afschuimde om er de cast van Flashdance te verzamelen; geloven dat zijn vroegere manager Michael Ovitz oftewel ‘I Coldcock Ovitz’ hem in 1989 met de dood bedreigde toen hij hem voor bewezen dienste bedankte; geloven dat de producent van Jagged Edge per se op de set aanwezig wilde zijn voor de kraakhelder belichte seksscène van Glenn Close; geloven dat een apestonede Sharon Stone met een slagersmes door Sunset Boulevard holde; geloven dat hij wijlen Richard Marquand (regisseur van Return of The Jedi) naakt, gekneveld en met handboeien aantrof op een schimmige hotelkamer; ja, zelfs geloven dat de schoothondjes van zijn ouwe buurman Bob Dylan vrijwel elke dag op zijn gazon hun gevoeg kwamen doen.

Wat Catherine Tramell sensueel oplepelt in Eszterhas’ ijzig koele nymfofilm Basic InstinctI’m a writer, I use people for what I write – geldt dus evengoed voor de stilaan in de herfst van zijn ooit decadente leven aangewaaide auteur van Hollywood Animal. Verstrooid door de wapperende vuile was en de rondborstige, opgepompte ontboezemingen zou de lezer haast vergeten wat voor een bevlogen schrijver Eszterhas is, een klaarwakkere Hun die woorden als kromzwaarden bezigt en mensen als uitgemolken metaforen. Hollywood Animal: nu uit bij uitgeverij Knopf, straks allicht ook op de tafel in een pak rechtszalen in Hollywood. Als daar geen erotische thriller in schuilt.

Door Dave Mestdach

Hollywood Animal leest als een spelletje waar of niet waar.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content