Ryu Murakami, Arbeiderspers (originele titel: Popular Hits of the Showa Era), 184 blz., euro18,99.
DE EERSTE ZIN ‘Al sinds het feestje van de vorige avond had Ishihara het gevoel dat er iets te gebeuren stond.’
Kent u Worms nog? Hele nachten heb ik verbeuzeld met het extreem verslavende videogame waarin twee teams lome aardwormen elkaar bekampen met een arsenaal wapens waar het Pentagon alleen maar kan van dromen. Hetzelfde gebeurt in De karaokeoorlog van Ryu Murakami – neen, geen familie van Haruki Murakami, maar auteur van In de misosoup en vooral bekend als regisseur van de lichtjes geschifte cultfilm Tokyo Decadence.
Setting van de slachting is hier geen grillige rotspartij maar het hedendaagse Tokyo en de twee legers bestaan uit aan de ene kant Isihara’s nerdvrienden die doordrammen over Apple-computers, en aan de andere kant de Midori’s, een stelletje uitgebluste veertigjarige vrouwen. Beide kliekjes verzopen in verveling tot één van de nerds de strot van een Midori oversnijdt en zo een ware ‘battle of the sexes’ ontketent. Bloedwraak is het enige motief en het wapentuig groeit omgekeerd evenredig met het aantal overlevenden: van een zakmes naar een samoeraiswiffer naar een Russisch handpistool tot er uiteindelijk antitankwapens en thermobarische bommen worden ingezet.
Klinkt allemaal als een puberaal spelletje Tien kleine Japannertjes, maar Murakami gebruikt zijn parabel vol gratuit geweld om het huidige Japan onder de loep te nemen. Beide clans leefden typisch oppervlakkige levens: de mannelijke loonslaven probeerden hun grijs bestaan op te krikken met het geilen op elektronische snufjes en de vrouwen droomden stiekem van oude rijkaards die hen onder Hermès, Prada en Boss Black zouden bedelven. Pas wanneer de guerrillaoorlog losbreekt, bloeien ze open. Voor het eerst voeren ze echte gesprekken, worden ze oprecht verliefd, voelen ze het bloed in hun uitgedroogde aderen koken. En de seksen zijn niet mild voor elkaar: ‘Is dit wat Japan met al haar inspanningen sinds de oorlog bereikt heeft? Volwassen mannen die verkleed als perverse viezeriken karaoke zingen op het strand?’
Murakami hekelt de metro-man en de Vuitton-vrouw en brengt hen opnieuw in contact met hun oerdriften. Lust laait weer op en de gewelddadige uitspattingen staan in schril contrast met de veilige doch oersaaie maatschappij: ‘Als je er goed over nadenkt, is moord het enige wat tegenwoordig überhaupt nog iets betekent’, oppert een bevrijde nerd, de bebloede dolk nog in de hand. Het kon zo uit de mond van Patrick Bateman komen, de held uit Brett Easton Ellis’ superieure roman American Psycho en hoewel Murakami vaak met hem vergeleken wordt, countert diens hilarische humor Ellis’ grimmige wereldbeeld. Een gulle lach en een paar openspattende schedels, wat had u nog meer gewenst aan het zwembad deze zomer?
RODERIK SIX
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier