Crescent [1964]
John Coltrane Dynamische hardbop hier, hemelsmooie ballades ginds: wat Trane op Crescent over zijn lippen perst, behoort voor velen tot de mooiste muziek ooit gemaakt.
De Pauw: Crescent en A Love Supreme, dat zijn monumenten, hè. Daar luister je naar zoals je af en toe een stuk van Goethe herleest, of een sonnet van Shakespeare. Points de référence. Charlie Parker heeft dat zeker ook, Miles Davis, Charles Mingus, Archie Shepp zelfs. Allemaal namen die ik evengoed in deze lijst had kunnen zetten. Bij Crescent vermoed ik altijd dat Coltrane heel genereus was op dat moment van zijn leven. Dat hoor ik aan de vrijheid die hij aan de anderen geeft, de aanwezigheid die hij hen gunt, iets waartoe hij niet altijd in staat is geweest. Ik heb het over pianist McCoy Tyner, bassist Jimmy Garrison en drummer Elvin Jones. Coltrane was toch ook altijd iemand met een grote honger, maar hier maakt hij vaak een relaxte indruk. Zelf beslaat hij in zijn spel een wijd spectrum: van hard en schril tot zoet en teder. Ik denk dat hij de grootste is.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier