COMMISSAR

COMMISSAR: Joden sympathiek voorstellen, het kon je in de Sovjet-Unie van twintig jaar na de Holocaust je carrière kosten.

Kung Fu Fighting, 99 Luftballons of de Macarena. Een one-hit wonder is een ster die even schittert om daarna onverbiddelijk te doven. Deze zomer richten we de blik op de supernova’s aan het filmfirmament. – Eerst de hit en dan de shit. Zo vergaat het veel one-hit wonders. Moskoviet Aleksandr Askoldov overkwam het omgekeerde. Hij moest twintig jaar vechten om zijn door de Sovjets net niet vernietigde debuutfilm Commissar te mogen vertonen. Voor een Zilveren Beer was dat nog op tijd, voor een carrière was het te laat.

Eigenlijk is die carrière al voorbij nog voor ze begonnen is. In 1967 verketteren de apparatsjiks van de Sovjet-Russische secretaris-generaal Leonid Brezjnev dat debuut. Aleksandr Askoldov (°1932), nog maar recent gediplomeerd aan de filmschool van Moskou, wordt uit de Communistische Partij gezet en zal nooit meer aan filmen toekomen. Heeft Askoldov Stalin bekritiseerd? Met Lenin gelachen? Porno gemaakt? De Amerikaanse vijand bejubeld? Niet eens. Hij heeft een gestileerde zwart-witfilm gedraaid met beelden die voor zich spreken, heeft zich daarbij verlaagd tot kunstig camerawerk, een suggestieve montage, muziek van de gevierde componist Alfred Schnittke en hij heeft hier en daar een visioen ingelast. Dat had hij beter gelaten, want zelfs de grote Andrej Tarkovski krijgt op dat moment trammelant als hij afwijkt van het heringevoerde en zogoed als verplichte heroïsche realisme. Het wordt de arme Askoldov vooral kwalijk genomen dat hij Joden sympathiek voorstelt en antisemitisme durft te hekelen. Dat kan niet door de beugel.

Commissar is gebaseerd op In de stad Berditsjev, een kortverhaal van de geroemde Russische schrijver Vasili Grossman. De commissaris, van het Rode Leger, in kwestie is een vrouw. In de vroege jaren twintig, ten tijde van de Russische Burgeroorlog, verovert Klavdia Vavilova met haar regiment een klein dorp in Oekraïne op het Witte Leger, de tegenstanders van de bolsjewieken. Ze is recht in de leer: zonder verpinken executeert ze een deserteur die terug naar vrouw en kind wilde. Hoogzwanger maar niet van plan om een baby in de weg te laten staan van de revolutionaire idealen waar ze heilig in gelooft, wordt ze door haar oversten achtergelaten bij een kroostrijk Joods gezin in het dorp, de Magazaniks. Zij hebben niks maar delen alles. De pittoreske eenvoud en bescheidenheid van vader Efim en de hartelijkheid van moeder Maya temperen de fanatieke militair. Geleidelijk aan vindt Vavilova haar menselijkheid en moederinstinct terug.

Maar tegen het einde wordt de film een stuk zwarter. De oorlog bedreigt het geluk van de zachtaardige, dappere Magazaniks en Vavilova kiest er uiteindelijk voor om het Rode Leger weer te vervoegen. Haar kind laat ze bij de Joodse familie achter. De markantste scène daarbij is een visioen dat een duidelijke uitnodiging om de humanistische film politiek te lezen: Vavilova ziet in een voorspellende droom hoe de familie Magazanik naar de doodskampen van de nazi’s geleid worden. Dat maakt van Commissar een zeldzaamheid: een Russische film die de Holocaust erkent.

Op een moment dat het antisemitisme in de Sovjet-Unie weer oplaait – en na de Zesdaagse Oorlog in 1967 was de Sovjet-Unie Israël bepaald niet gunstig gezind – herinnert Askoldov aan de Jodenvervolging, een droevige geschiedenis waarbij ook de Russen niet vrijuit gaan. Het pleidooi voor verdraagzaamheid en de rechten van de Joodse minderheden in de USSR valt niet in goede aarde. Commissar wordt bestempeld als zionistisch en anti-Sovjet en bijgevolg verboden. Askoldov wordt opzijgeschoven. Een tussenkomst van zijn populaire acteurs Nonna Mordjoekova en Rolan Bykov voorkomt erger.

HET IS ONDUIDELIJK WAT ER VERVOLGENS met de film precies gebeurd is maar het heeft geen haar gescheeld of hij was verloren gegaan. Volgens Wikipedia heeft het personeel van het staatsfilmarchief Gosfilmofond de negatieven verplaatst en verborgen, volgens de krant Le Monde hebben Askaldovs vrienden de filmspoelen verborgen. Aan The New York Times vertelt de Russische regisseur in 1988 dat hij te horen kreeg dat zijn film verbrand was en dat hij zelf vastgesteld had dat geen enkele catalogus hem nog vermeldde. Zelf bleef hij zoeken en op een dag vond hij hem terug tussen een stapel rottende filmblikken die in een archief rondslingeren. ‘Een vrouw zei dat ze het bevel gekregen had om de film te verbranden’, aldus Askoldov, ‘maar ze had geoordeeld dat hij op een dag zijn nut nog kon bewijzen. Ik ben neergeknield en heb haar voeten gekust.’

Wanneer de glasnost het einde van de Sovjet-Unie inleidde, bekijkt een bijzondere commissie van Sovjet-filmregisseurs of ze voor 140 verboden en gecensureerde films destijds niet te streng geweest zijn. Askoldov ruikt zijn kans. Op het filmfestival van Moskou maakt hij in 1987 danig van zijn oren. Zijn verhaal wordt opgepikt door pers en publiek. Volgens Askoldov heeft de Colombiaanse schrijver Gabriel García Márquez zijn zaak bepleit bij president Michail Gorbatsjov. De festivalorganisatie zwicht en staat een vertoning van Commissar toe. Enkele maanden later mag Askoldov naar het festival van Berlijn, waar hij de Zilveren Beer wint. De ban is gebroken. Twintig jaar na data komt Commissar alsnog in de zalen en de regisseur mag overal zijn verhaal gaan doen.

DOOR NIELS RUËLL

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content