Actrice in onder meer Thuis, Tegen de sterren op en De Ridder, in de volksmond ook wel ‘de opvolger van Witse’ genoemd, volgend jaar op één. Notoir liefhebber van klassieke muziek.

‘Een fysieke gewaarwording, beter kan ik naar de opera gaan niet omschrijven. In de auto loeihard naar Die Walküre van Wagner luisteren kan ook plezant zijn, maar niets gaat boven lijfelijk in die zaal zitten en de muziek voelen. Zelfs vrienden van mij die rockconcerten gewoon zijn, verbazen zich over de overweldigende akoestische kracht van een klassiek concert. De lucht die trilt als de pauken aangeslagen worden, de kracht van het orkest die je haren overeind doet komen, het effect van een stem die in jouw richting zingt: ik kan het met niks anders vergelijken. Vooral naar de koorgedeeltes kijk ik altijd uit: ik ken niets mooiers dan die homogene hoeveelheid van stemmen. Ik ben altijd jaloers op de dirigent die heel het koor, orkest en solisten op zich af voelt komen – ze raken blijkbaar moeilijk in slaap na een voorstelling, heb ik ooit eens gehoord. Ik snap waarom. (lacht) Met enig gevoel voor overdrijving zou ik het een verslaving kunnen noemen. Ik ga een keer of vijftien per jaar naar de opera: een esthetische ervaring die ik niet zou kunnen missen.

‘Als actrice kijk ik misschien wel anders naar opera. Traditioneel is het verhaal van ondergeschikt belang – het waren de grootste componisten die opera’s schreven, maar de libretto’s kwamen niet van de bekendste schrijvers. Nu, de muziek is uiteraard het belangrijkste, maar mij gaat het ook om de vertelling. Ik wil de acteurs geloven, ik wil het verhaal geloofwaardig vinden en – vooral – ik wil niet afgeleid worden. Matig acteerwerk durft me dan uit mijn concentratie te brengen. Tenoren hebben al eens de neiging om met een theatrale zwaai hun arm hoger en hoger te brengen naarmate ze hun noten langer aanhouden. Wel, daar heb ik het niet zo makkelijk mee. Waaróm doe je dat, en waar komt dat vandaan? denk ik elke keer. (lacht) Maar als alles in de juiste plooi valt, is het de allermooiste en meest intense kunstvorm die er is. Het allermooiste wat ik ooit zag – tout court – was Verdi’s La forza del destino in de Vlaamse Opera, geregisseerd door Michael Thalheimer: een volledig gestripte versie met een perfecte mise-en-scène en zangers die meer konden dan alleen zuiver zingen. Op het einde van de avond was ik volledig kapot. Ik had nog andere plannen, maar ik heb ze moeten afzeggen. Eerlijk, er is geen enkel genre dat zoiets met een mens kan doen.’

DOOR GEERT ZAGERS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content