Celebrityrechtspraak
P.B. GRONDA, auteur van onder meer Wanderland, Straus Park en Onder vrienden, duikt elke week in de populaire cultuur.
Ik bekeek The People v. O.J. Simpson: American Crime Story, de serie die de bekende zaak van de Amerikaanse sportheld O.J. Simpson en de moord op zijn ex-vrouw Nicole Brown navertelt vanaf de avond van de moord tot Simpsons befaamde vrijspraak in 1995. Dat is geen spoiler, dat is geschiedenis.
Net zoals de recente documentaire O.J.: Made in America gaat deze fictiereeks over veel aspecten van de Amerikaanse maatschappij tegelijk, maar natuurlijk in de eerste, alsook de tweede, derde en vierde plaats, over ras. O.J., die in het beste geval liefst van al kleurloos wilde zijn tussen de rijke blanken, die als het ware gered wordt omdat het hele verhaal wordt verlegd van een redelijk kant-en-klare moordzaak naar een nationale kwestie van kleur en gelijkheid, wraak en rechtspraak. De reeks opent natuurlijk niet toevallig met archiefbeelden van de rellen naar aanleiding van de mishandeling van Rodney King in 1991 door de LAPD.
Want nu is ras – al verkies ik te spreken van kleur, omdat het woord ‘ras’ te weinig de complete debiliteit van racisme laat zien – in dit proces een veelhoekig iets dat in minstens twee richtingen werkt. In zekere, verwrongen zin ben je bijna blij wanneer Simpson vrijgesproken wordt, als een soort symbolisch gerechtelijk tegenwicht voor al die keren dat onschuldige mensen slecht behandeld of zelfs onterecht veroordeeld werden op basis van kleur en stereotypering van hun achtergrond. Dat uitgerekend O.J. die rol moest spelen, is natuurlijk op zijn zachtst uitgedrukt ironisch.
Maar blij zijn om die vrijspraak doe je natuurlijk niet, omdat elke kleuter weet dat moordenaars gestraft moeten worden.
Los van kleur spreekt de hele zaak toch ook over celebrityrechtspraak. Het is al erg genoeg dat geld een rol speelt in haast elke vorm van rechtspraak (geld koopt betere en/of meer advocaten, de beste advocaten kosten volgens de eenvoudigste economische principes het meest), maar als populariteit of bekendheid een soort pantser gaat vormen, loopt het natuurlijk helemaal fout.
Woody Allen, Roman Polanski, Casey Affleck, Mel Gibson… Ze hebben natuurlijk niemand vermoord, laat dat duidelijk zijn, maar ze zijn allemaal ten minste erg geloofwaardig en meermaals beschuldigd van seksueel geweld, verkrachting, incest, etcetera. Het soort beschuldigingen dat O.J. opstapelde voor hij net een paar stappen te ver ging.
Er is een soort gigantische cognitieve dissonantie die blijkbaar overheerst wanneer sterren verschrikkelijke dingen doen maar er niet ‘uitzien’ als mensen die verschrikkelijke dingen zouden doen. Kortom, witte, populaire, rijke mannen – zeker uit artistieke of linkse hoek? Ach ja. Weet je… Misschien overdrijven die vrouwen wel. Misschien wilden ze het ergens toch wel. We weten toch hoe vrouwen zijn?
Ik zou graag kunnen zeggen: de jaren negentig, waar zijn ze alweer gebleven? Toen ons juridisch systeem en onze morele veroordeling nog zo afhankelijk waren van compleet irrationele nonsens als kleur en populariteit. Maar ik zou zoveel graag kunnen zeggen.
P.B. GRONDA
Woody Allen, Roman Polanski, Casey Affleck, Mel Gibson… Er is blijkbaar een soort cognitieve dissonantie wanneer sterren verschrikkelijke dingen gedaan zouden hebben maar er zo niet ‘uitzien’.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier