Bono 50 **
Pro Bono – De Morgen-journalist Bart Steenhaut probeert in een biografie van de net vijftig geworden U2-frontman ‘de ziel, het leven en de carrière van Bono in kaart te brengen’. Hij haalt 1,5 op 3.
Bart Steenhaut, Borgerhoff & Lamberigts, 256 blz., euro24,95
Paul David Hewson, alias Bono, werd op 10 mei vijftig, een ‘verrassende leeftijd voor de schijnbaar eeuwig jonge zanger van de Ierse rockgroep U2’, zo is te lezen op de achterflap van deze nieuwe biografie. Een dikke week na zijn verjaardag werd de man evenwel stevig met de neus op de feiten gedrukt, toen hij tijdens repetities voor de nieuwe U2-tournee last kreeg van verlammingsverschijnselen en in allerijl naar het ziekenhuis moest voor een rugoperatie. Ondertussen is Bono begonnen aan een revalidatieperiode die zowat twee maanden zal duren en is onder meer het geplande optreden tijdens het Glastonburyfestival eind juni noodgedwongen geschrapt. Nu goed, als je tijdens de lectuur van Bono 50 bedenkt hoe vaak de zanger op het podium met vlaggen heeft staan zwaaien en op boxen is geklommen, is het eigenlijk raar dat hij het niet eerder aan zijn rug heeft gekregen.
In deze ‘verjaardagsbiografie’ overloopt Bart Steenhaut, muziekjournalist bij De Morgen, de carrière van Bono en zijn groep, van het prilste begin op 25 september 1976 – de dag waarop alle leden voor het eerst verzamelden in de keuken van Larry Mullen – tot de 360°-tournee die de release van de meest recente plaat No Line On The Horizon begeleidde. Hij toont hoe U2 met platen als Boy, War en The Joshua Tree niet alleen uitgroeide tot de grootste groep ter wereld, maar tegelijk bijna ten onder ging aan haar serieuze imago en hoe Bono en co met Achtung Baby de ironie ontdekten én zichzelf opnieuw uitvonden.
Het boek, dat opgedeeld is in een paar dozijn korte hoofdstukjes, leest vlot weg, maar de ambitie om ‘de ziel, het leven en de carrière van Bono in kaart te brengen’, aldus de achterflap, is te hoog gegrepen. Steenhaut concentreert zich namelijk op het muzikale leven van Bono, met verhalen over de opnames van de verschillende platen, toelichtingen over het belang van de albums in de discografie van de groep en schetsen van de tournees die U2 ondernomen heeft. De getuigen die aan het woord komen – producers, concert-organisatoren… – zijn grotendeels ook mensen met wie Bono heeft samengewerkt.
De opgerakelde anekdotes zijn vaak amusant – over hoe de band haar eerste contract in een damestoilet tekende bijvoorbeeld, of over hoe de theatrale podiumact tot stand kwam omdat het de goedkoopste oplossing was – en de analyses van de muziek interessant, maar over de mens Bono kom je zo weinig te weten. Zijn privéleven blijft grotendeels onderbelicht: Bono’s jeugd in een wijk die moeiteloos ‘de biotoop voor een Ken Loachfilm zou kunnen zijn’ is na één hoofdstukje al afgelopen, en de twee vrouwen die zijn leven bepaald hebben, zijn echtgenote Ali met wie hij al vijfendertig jaar samen is en zijn moeder, die stierf op zijn veertiende, moeten het samen met een tiental pagina’s doen.
Stefaan Werbrouck
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier