BLINDE LIEFDE, BLINDE WRAAK
Rasregisseuse Andrea Arnold bereikt woeste hoogtes met haar rauwe en radicale lezing van Wuthering Heights. Of: hoe Emily Brontës romantische oerklassieker een face- en racelift krijgt. ‘Mocht Heathcliff vandaag leven, zou hij als misnoegde jongere in de Occupy-beweging zitten.’
Brandende passie, gotische huiver, strakke korsetten, smachtende violen en weelderige grasgroene weiden: het zijn de eerste dingen die je te binnen schieten wanneer iemand Wuthering Heights vernoemt. De Britse regisseuse Andrea Arnold heeft kennelijk een ander boek gelezen. In deze nieuwe adaptatie van Emily Brontës enige, maar monumentale liefdesroman uit 1847 kiest ze resoluut voor een naturalistische, door en door aardse aanpak.
Wat dat betekent? Weinig dialogen, geen muziek, louter amateuracteurs en heel veel intense beelden van de Yorkshire Moors, de drassige hoogvlaktes in het noorden van Engeland. Wel gebleven in Arnolds eigenzinnige lezing is Brontës raamverhaal. Ook hier staat de gedoemde, alles verslindende liefde tussen Catherine en Heathcliff centraal. Zij is een juffer van gegoede komaf, hij haar exotische adoptiebroer. Ze groeien samen op, tot ze als tieners verliefd worden op elkaar, Heathcliff het beu is om door zijn adoptiefamilie als slaaf te worden behandeld en de passie in dood en destructie uitmondt.
In tegenstelling tot de meeste filmadaptaties volgt Arnold de grimmige gebeurtenissen door de ogen van Heathcliff, de mysterieuze outsider die als het prototype van de Byronic hero alles en iedereen in het verderf stort. Bovendien geeft ze Brontës ‘zigeuner’ – zoals hij in het boek toch wordt omschreven – een donker Caraïbisch kleurtje, waarmee de eerste zwarte Heathcliff is geboren.
‘Het had ook een zigeuner of een Aziaat kunnen zijn’, zegt Arnold, die eerder furore maakte met de hedendaagse sociaal-realistische uppercuts Red Road (2006) en Fish Tank (2009). ‘Ik heb ook naar zulke jongens gezocht, want in het boek wordt hij beschreven als ‘a little Lascar’, een Indische zeeman. Maar er staat ook dat hij uit Liverpool komt, en daar was halverwege de negentiende eeuw een enorme slavenmarkt. Het kan dus goed zijn dat hij zo in Engeland terechtgekomen is. Blank was hij in geen geval. Ik denk dat Heathcliff een emanatie was van Emily Brontë zelf, die haar hele leven in Yorkshire heeft gewoond en zich daar altijd een outsider en tweederangsburger heeft gevoeld.’
Je vorige films ‘Red Road’ en ‘Fish Tank’ waren hedendaagse véritédrama’s. Daar ligt ‘Wuthering Heights’ op het eerste gezicht mijlenver vanaf.
ANDREA ARNOLD: Niet als je wat nader kijkt. Wuthering Heights gaat over de botsing tussen sociale klassen, gebroken families en liefde en wraak onder extreme omstandigheden. Dat zijn dezelfde thema’s van mijn vorige films, alleen situeren ze zich deze keer in een historische context. De capuchons en jeansbroeken zijn vervangen door mantels en korsetten.
Je brengt wel niet de gotische romantiek die we van ‘Wuthering Heights’ gewoon zijn.
ARNOLD: Een van de eerste dingen die me opviel toen ik locaties ging scouten in de Yorkshire Moors, is dat daar helemaal geen gotische landhuizen te vinden zijn. Bovendien vond ik de passages met Catherines rondspokende geest zeker niet de interessantste. Ik heb niets met die hocus pocus, maar wel met die macabere, grimmige sfeer. Om die te vatten, wilde ik op een realistische, viscerale manier filmen. Elke dag nam ik een briefje mee naar de set waarop ik vooraf enkele kernwoorden had geschreven: bloed, modder, spuug, zulke dingen. Kwestie van mezelf eraan te herinneren wat voor soort film ik voor ogen had. Alles is ook voortgevloeid uit één beeld, dat ik helaas niet heb kunnen realiseren. Ik wilde dicht inzoomen op een vreemd beest dat door de moors kroop, maar uiteindelijk Heathcliff bleek. In die zin vind ik dat ik Emily Brontë heel erg trouw gebleven ben, want dat fysieke zit ook in haar boek.
Het blijft toch verrassend dat jij als boegbeeld van de nieuwe Britse kitchensinkcinema voor een literaire klassieker kiest.
ARNOLD: Na Fish Tank was ik bezig met een ander project, maar rond Kerstmis 2009 kreeg ik plots de vraag of ik niet geïnteresseerd was in Wuthering Heights. Blijkbaar hadden er al twee regisseurs (‘Love is The Devil’-maker John Maybury en Peter ‘Girl with a Pearl Earring’ Webber; nvdr.) afgehaakt, en met hen een deel van de cast – onder wie Natalie Portman, Jessica Alba, Abbie Cornish en Michael Fassbender. Ik ben er zonder veel nadenken op gesprongen omdat het vroeger al een van mijn favoriete boeken was. Plus: het project was al gelanceerd – waardoor het snel moest gaan – en ik zou ziekelijk jaloers geweest zijn als iemand anders de klus had gekregen.
Heb je daardoor ook sneller moeten werken?
ARNOLD: Normaal heb ik twee jaar nodig om een script te schrijven, de cast te verzamelen en alles op poten te zetten. Nu had ik amper acht maanden om dat enorme beest te temmen waardoor het de meest instinctieve film is die ik tot nu toe heb gemaakt. Meestal heb ik een gerust gevoel wanneer ik naar de première trek. Deze keer ben ik minder zeker van mijn stuk. Ofwel is het mijn beste film, ofwel mijn slechtste. Vraag het me nog eens binnen enkele maanden. (Lacht)
Toen je toehapte, heb je wel meteen je eisen gesteld: geen bekende namen, enkel niet-professionele acteurs.
ARNOLD:(Knikt) Voor mijn vorige films heb ik ook met amateurs gewerkt, en dat beviel me prima. Ik probeer altijd een zo echt mogelijke wereld te creëren en een rauwe spontaneïteit te brengen. Amateurs beseffen wel dat er een camera voor ze staat, maar ze hebben zichzelf nog nooit op het scherm gezien en zijn zich dus niet bewust van hun persona. Dat maakt hun spel authentiek. Ik zie George Clooney niet meteen in de Yorkshire Moors rondploeteren. Wat dat betreft, huldig ik het motto van Robert Bresson: zodra ze geacteerd hebben, zijn acteurs voorgoed verpest.
Hoe heb je de acteurs gevonden?
ARNOLD: Ik klamp mensen aan en geef hen mijn kaartje. Sommigen dagen op, anderen zien mij als een gek wijf met dubieuze bedoelingen. (Lacht) Shannon Beer, de jonge Catherine, hebben we opgemerkt toen ze op straat met haar vriendin aan het ruziën was. James Hawson, de oudere Heathcliff, hoorde in een jobcentrum dat we audities hielden. We hebben zeker duizend jongeren gezien.
Een andere eis was de focus op Heathcliff, nog een manier waarom jouw versie van de voorgaande bewerking afwijkt.
ARNOLD: Toen ik het boek herlas, was Heathcliff het personage dat me het meest intrigeerde. Je kunt hem niet kennen: hij is mysterieus, driftig en niet erg nobel. Als je ziet wat hij in zijn jeugd allemaal meegemaakt heeft – de fysieke en psychologische vernederingen die hij ondergaat – houdt zijn gedrag als volwassene steek. Ik vond in dat braakliggende terrein het meeste drama.
Opvallend: ook in ‘Red Road’ en ‘Fish Tank’ focuste je op destructieve outsiders die een familie te gronde richten.
ARNOLD: Dat is me achteraf ook opgevallen. Als ik schrijf, komt er blijkbaar een duistere kant in mezelf naar boven. Nog een rode draad: mijn films gaan altijd over vrouwelijke begeerte. Ik moet dat dringend eens aan een psychiater voorleggen. Misschien komt dat om ik mezelf altijd een outsider heb gevoeld, en nee, daar ga ik niet verder op in.
Is de zwarte Heathcliff – die als buitenbeentje in een blanke en repressieve samenleving belandt – ook een commentaar op het huidige Engeland van premier David Cameron?
ARNOLD: Ongetwijfeld. Mocht Heathcliff vandaag leven, zou hij een van die misnoegde jongeren zijn die meedoet met de straatrellen in Londen of de Occupy-beweging. Ik begrijp de woede van die jongeren. In Brontës tijd waren de klassenkloven enorm, nu zijn ze dat nog steeds. Het is telkens dezelfde elite die hen economisch en sociaal uitsluit door te schrappen in de budgetten voor onderwijs en sociale projecten. Het is toch opvallend dat er enkel rellen zijn in Engeland wanneer de Tories aan de macht zijn. Ik zeg niet dat het oké is om te plunderen of auto’s in brand te steken, maar een beetje rebellie kan geen kwaad. Een klein autotootje opfikken moet kunnen. Eentje zonder eigenaar. (Lacht)
Miljoenen mensen hebben ‘Wuthering Heights’ gelezen of een van de vorige filmadaptaties gezien. Was het lastig om met die druk om te gaan?
ARNOLD: Toch wel. Ik ben ook blij dat ik ervan af ben. Twee jaar met zo’n brutaal verhaal bezig zijn, doet toch iets met je. Een paar weken geleden pas hoorde ik dat Emily Brontë het boek eigenlijk voor zichzelf had willen houden – en dat verklaart veel. Ze houdt zich nergens in, met alle seks, geweld en authenticiteit tot gevolg. Elke kunstenaar zou zo moeten werken. Ook ik. Ik zou me volledig van het publiek moeten kunnen bevrijden. Gelukkig had ik tevoren maar één filmversie gezien, die met Laurence Olivier. Ik was een jaar of veertien en te jong om te begrijpen waarover het ging. De film is me wel altijd bijgebleven, wellicht omdat Heathcliff een hormonaal effect op me had, zoals op zo veel tienermeisjes. Raar, want Heathcliff is niet wat je noemt een fallische vent. Misschien zou Freud het penisnijd noemen, misschien ook niet. Ik wil in elk geval géén penis. (Lacht)
WUTHERING HEIGHTS
VANAF 2/5 IN DE BIOSCOOP.
DOOR DAVE MESTDACH
ANDREA ARNOLD: ‘HEATHCLIFF HAD EEN HORMONAAL EFFECT OP ME , ZOALS OP ZO VEEL TIENERMEISJES. RAAR, WANT HIJ IS NIET WAT JE NOEMT EEN FALLISCHE VENT.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier