BHERMANRARITEITENKABINETTEN

‘Onlangs erfde ik een zowat veertig jaar oude Chinese vitrinekast van een oom, toen die van het Gentse naar een seniorenflat in de Vlaamse Ardennen verhuisde. Ze ontlokt vaak vreemde reacties bij de mensen die hier over de vloer komen. Ze moeten even slikken als ze die maffe kast zien; ze vinden hem kitscherig. Hoewel de liefde voor deftige kleuren en de goede smaak er bij mij op de academie werd ingepompt, moet ik toegeven dat het eigenlijk toch wel iets heeft. Ik heb er zelfs nog een schepje kitsch bovenop gedaan: ik kon het niet laten om de Chinese blaadjes op de rechterflank wat bij te schilderen.’

‘Toen ik die vitrinekast kreeg, dacht ik: eindelijk dé gelegenheid om al mijn symbolische rommel ergens in kwijt te kunnen. Ik ben een fetisjist, zie je. En een nostalgicus. Niet in die zin dat ik moet terugkijken om me goed te voelen, ik wil me niet vast ankeren in de artefacten die ik door de jaren heen heb verzameld, maar ik vind het best leuk om er zo nu en dan eens naar te kijken. Je kan er niet omheen: hoe langer je leeft, hoe groter het verleden wordt en hoe kleiner de toekomst. Wat achter je ligt, kun je maar beter koesteren. Vooral omdat aan al die objecten een verhaal vasthangt. Elk is verbonden met een bepaalde leeftijd, en samen vertellen ze mijn levensloop. Ik zou die stukjes van mijn leven nooit kunnen wegsmijten. Het zijn ijkpunten die deze dromer geregeld terug naar zijn verhaal brengen.’

‘Sommige van die snuisterijen worden steeds belangrijker. De lederen gebonden dichtbundel van Jean de la Fontaine bijvoorbeeld. Toen ik die op 14-jarige leeftijd kreeg, zei het me weinig. Ik begreep er niks van. Nu heb ik genoeg bagage om ervan te kunnen genieten. Gek genoeg kon ik het verzamelde werk van Shakespeare, een geschenk voor mijn twaalfde verjaardag, wél al als kind appreciëren. Meer nog, dat was mijn Bijbel. Akkoord, het was zware kost om op die leeftijd in je maag gesplitst te krijgen, maar alleen al de kalligrafie bracht me toch heel wat visueel genot.’

‘Van een reis naar Egypte die ik in 1962 met mijn ouders maakte, ben ik alle foto’s verloren. Een geluk dat ik nog de halsband heb die mijn moeder toen droeg én een gidsje van een synagoge in Caïro – een Joodse toeristische attractie in een Arabische stad. Nog een blijvende herinnering aan mijn vroeg overleden vader is een document, uit zijn Royal Air Force-periode, dat mijn vele verhuizingen heeft overleefd. Ik ben eraan gehecht omdat ik hem nauwelijks gekend heb. Het was een gesloten man, heel typisch voor het afstandelijke, industriële noorden van Engeland waar hij vandaan kwam. Hij ging bij de luchtmacht om de armoede van zijn geboortestreek te ontvluchten. Toen de korporaal hem naar zijn leeftijd vroeg, gaf hij geen krimp. Die officier moet de wanhoop in zijn ogen gelezen hebben, besloot er verder geen woorden aan vuil te maken en lijfde hem in.’

‘Centraal in mijn vitrinekast staat een collectie stenen en schelpen, het was ooit mijn droom geoloog te worden. Ik ben nog altijd gefascineerd door die stenen. Zij zijn gemakkelijk 16 keer ouder dan ik. Die wetenschap is voor een door de tijd geobsedeerd iemand als ik genoeg om te beginnen filosoferen: waar zijn die stenen zoal getuige van geweest? De schelpen die ik raapte op het Schotse schiereiland Ardgour maken al evenveel in me los. Die schaaldieren leefden bij lage waterstand en lijken daardoor wat afgestorven en tijdloos. Ze brengen me telkens weer terug naar de donkere, James Ensor-achtige sfeer die in de Highlands hangt. De voorwerpen in mijn kast komen echt uit alle windstreken. Je hebt ebbenhouten beeldjes uit Congo, een matroesjkapop uit Rusland, een Arabische juwelendoos… Dat is de Kuifje in mij, wellicht. In feite sluit mijn Chinese vitrinekast mooi aan bij de traditie van de rariteitenkabinetten uit de 19e-eeuwse romantiek. Toen was exotisme ‘in’, in Engeland hadden ze zelfs een imperialistische bijklank. Wunderkammer van de Duitse kunstenares Rebecca Horn op de Biënnale van Venetië in de jaren 80, het hilarische stapelrek van Joseph Beuys in het SMAK en de eerder fijngevoelige vitrinekasten op de overzichtstentoonstelling van Anne Teresa De Keersmaeker in het PSK enkele jaren geleden: rariteitenkabinetten in alle vormen intrigeren me al lang. En nu heb ik mijn eigen exemplaar.’

BHERMAN (Bruce Herman Elliott) is muzikant en beeldend kunstenaar. Op 23/10 speelt hij samen met Thomas Dybdahl in de Botanique in Brussel. Zijn nieuwe single Sophia verschijnt eind oktober.

Opgetekend door Peter Van Dyck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content