STAAT VAN BELEG. EEN REMAKE VAN JOHN CARPENTERS TWEEDE SPEELFILM UIT 1976? NIEMAND DIE DAAR ZAT OP TE WACHTEN, AL IS HET RESULTAAT MERKELIJK BETER DAN GEVREESD.
JEAN-FRANçOIS RICHET
met ethan hawke, Laurence fishburne, John leguizamo, drea de matteo, brian dennehy, gabriel byrne
Assault on Precinct 13 **
Hoewel de nieuwe Assault on Precinct 13 best op eigen benen kan staan, maakt een vergelijking tussen origineel en remake vooral de verschillen duidelijk tussen Amerikaanse actiecinema uit de jaren zeventig en uit het eerste decennium van de eenentwintigste eeuw.
‘Origineel’ moet je trouwens met een flinke korrel zout nemen, want John Carpenter graaide in zijn spotgoedkope vluggertje van 100.000 dollar – zelfs anno 1974 een belachelijk budget – al duchtig in Hollywoods rijke genreverleden. De plot (een bijna verlaten politiebureau in Los Angeles wordt belegerd door een jeugdbende) was gejat uit de Howard Hawks-western Rio Bravo (1958). Het definiëren van de actieheld op grond van zijn professionalisme was een andere verwijzing naar Hawks. De premisse van een kleine groep die zich verschanst in een geïsoleerde ruimte om een aanval van een anonieme massa af te slaan, deed ook denken aan het vaak geïmiteerde zombiefestijn Night of the Living Dead (1969) van George Romero. En het samenvallen van de filmische tijd met de reële tijd tijdens de eerste aanval was dan weer een hommage aan High Noon (1952) van Fred Zinnemann. Carpenter nam al deze invloeden niet klakkeloos over, maar verwerkte ze in zijn eigen laconiek Spartaanse visie, zodat Assault on Precinct 13 op zijn beurt een van de invloedrijkste genrefilms van de seventies werd.
In zijn eerste Amerikaanse film bewaart de Franse regisseur Jean-François Richet de premisse van het model, maar vult hij de transparante omsingelingsplot helemaal anders in. De eerste Assault was dermate dunbevolkt, minimalistisch, ontvet van alle psychologische en sociale ballast en summier van decor dat deze efficiënte B-film een quasi abstracte kwaliteit kreeg: er straalde van het lege L.A. een De Chirico-achtige vervreemding af. Het enige wat in de nieuwe versie vel over been is, is de akelig magere Ethan Hawke. Richet geeft zijn protagonist een traumatische backstory mee, vervangt Carpenters aaneenschakeling van noodlottige toevalstreffers door een coherente intrige en verandert de raadselachtige aanvallers in corrupte politiemannen die hinderlijke getuigen uit de weg willen ruimen. De modernisering is ook aangepast aan de paramilitaire stoerheid die tegenwoordig het actiegenre beheerst: de schurken zijn zwaar bewapend, uitgerust met granaatwerpers, night vision en een helikopter.
In het origineel bestoken de taaie jongens en onverschrokken meiden elkaar met wisecracks, iets wat Richet haast volledig achterwege laat. Anders dan de meeste recente Amerikaanse actiefilms is deze Assault helder en overzichtelijk geregisseerd en wordt de ruimtelijke logica geen geweld aangedaan. Zodat we altijd weten wie op wie schiet en wie zich waar bevindt. Carpenters Assault bevatte ook een schokkende geweldscène (waarin een klein meisje op straat een ijsje koopt en pardoes en zonder enige aanleiding door een bendelid wordt neergeknald) die nu niet meer zou kunnen en in deze vrij cleane remake dan ook ontbreekt. Richet heeft ook niet het lef om de toeschouwer tot het bittere einde op te sluiten in het benepen politiebureau, maar verhuist zijn climax naar het omliggende bos. Waarmee hij helaas de claustrofobische strengheid verbreekt. Patrick Duynslaegher
Patrick Duynslaegher
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier