‘AMBITIE IS EEN ZONDE, ERIKA’

Is er leven na de hype? Drie jaar na haar in de blogosfeer massaal besproken vorige album presenteert EMA – voluit: Erika Michelle Anderson – The Future’s Void, een cd met paranoia en claustrofobie als hoofdingrediënten. ‘Al die lui in de zaal die de hele tijd met hun iPhone staan te zwaaien, waar komen die eigenlijk voor?’ EMA over Scandinavische inhibities en bier op het tapijt.

Met de even gekartelde als persoonlijke noisefolk van Past Life Martyred Saints bond EMA in 2011 de strijd aan met haar innerlijke demonen. Op The Future’s Void klinken de songs van de Amerikaanse nog altijd even intens als op haar debuut, maar tegelijk zijn ze directer, poppyer en stilistisch gevarieerder.

Deze keer koppelt de zangeres haar voorliefde voor in feedback gedrenkte gitaren niet alleen aan analoge elektronica en schurende industrial, maar stoeit ze net zo goed met melodieuze grunge, spectoriaanse girl-group pop, flarden reggaeton en de erfenis van The Velvet Underground. ‘Ik heb mezelf uitgedaagd om nummers te schrijven die korter zijn dan vier minuten’, vertelt EMA, die als gesprekspartner goedlachser is dan je uit haar muziek zou afleiden. ‘Maar vandaag heb ik er alweer spijt van dat er geen langere songs op de plaat staan. Tja, haast alles wat ik doe, is trial-and-error.’

Je groeide op in de Amerikaanse Midwest. Hoe moeilijk was het voor jou om in South Dakota gelijkgestemde zielen te vinden?

EMA: In een grootstad bots je vanzelf wel op coole mensen, maar kom je, zoals ik, uit een provincienest, dan word je zo goed als uitsluitend omringd door verknipte figuren die in hun eigen bubbel leven. Toch heeft in the middle of nowhere wonen zo zijn voordelen: er zijn geen snobs die zich boven jou verheven voelen en bepalen hoe je eruit moet zien om erbij te horen.

Je hebt wel eens gezegd dat regels dienen om overtreden te worden. Ben je van nature een rebel?

EMA: Ik laat me niet graag de wet voorschrijven. Maar tegelijk besef ik dat ik geïndoctrineerd ben door mijn opvoeding en dat ik bepaalde beleefdheids- en omgangsvormen van mijn ouders heb overgenomen. Mijn familie is van Scandinavische afkomst en in dat milieu wordt je van kindsbeen af ingeprent dat je de lat beter niet te hoog kunt leggen. ‘Ambitie is een zonde, Erika!’Verstikkend, zeker voor iemand met enige artistieke aanleg.

Op muzikaal vlak weet ik vandaag vooral wat ik níét wil. Ik speel nog liever uit de maat dan met clicktracks te werken. Ik bedien me van analoge elektronica, omdat ik de pest heb aan digitale geluiden. En in de studio zing ik een nummer nooit meer dan één keer. Zit er nog een valse noot of een onverstaanbaar woord in? Who fucking cares? Zo lang het maar authentiek en ongeforceerd klinkt. Een zangpartij moet je vastleggen op het moment dat je je met de song nog emotioneel verbonden voelt en de melodie nog natuurlijk aandoet. Samengevat: ik ben een controlefreak die niet in regeltjes gelooft. Slaat dat ergens op?

Je zweert bij een doe-het-zelfethiek en zoekt bewust de chaos op. Ben je een erfgename van de punk?

EMA: Zeer zeker. Punk en garagerock waren de eerste vormen van expressie die me een gevoel van opwinding bezorgden. Ook op mijn nieuwe plaat huldig ik een soort punkesthetiek: bij alles wat ik doe, probeer ik de touwtjes zoveel mogelijk in eigen handen te houden.

Momenteel woon ik in een groezelig appartement in Portland, Oregon, uitgerekend in een wijk waar veel mooie huizen staan. Aanvankelijk was dat voor mij een bron van frustratie. Maar waarom zou ik me conformeren aan een burgerlijk ideaal uit de fifties? Mijn woonst is mijn werkplek. Punt. Ik moet er T-shirts kunnen bedrukken en met instrumenten klooien. Heeft er iemand bier op mijn tapijt gemorst? Wie kan het wat schelen?

In When She Comes verwijs je naar de riot grrrl-beweging uit de vroege jaren negentig. Spiegelde je je als jong meisje aan feministische rockers als Kathleen Hanna en Kat Bjelland?

EMA: Reken maar. Voor zover ik er iets van snapte, tenminste, want South Dakota lag een eind weg van Olympia of Washington DC. De muziek sprak me wel aan, ook al wist ik nauwelijks waar riot grrrl voor stond. Ik kocht platen van Bikini Kill en Babes in Toyland, schoor mijn hoofd kaal en droeg combat boots. De buren noemden me een fucking tree hugger. Je begrijpt dus dat in mijn omgeving geen al te subtiel onderscheid werd gemaakt in lui die afweken van de gangbare norm. ‘Subculturen? Allemaal één pot nat.’ (lacht) Maar toen ik op de middelbare school, samen met een vriendin, een meisjesband oprichtte, gebeurde dat helemaal in de geest van riot grrrl: doe je eigen ding en deins er vooral niet voor terug brutaal uit de hoek te komen.

Je bent op een obsessieve manier met klank bezig, begrijp ik.

EMA: Als mijn muziek niet klinkt zoals ze volgens mij hoort te klinken, heeft het geen zin dat ik ze maak. De sound draagt bij tot de betekenis en niets is zo bevrijdend als een gezonde dosis primitivisme. Wil je iets overbrengen, dan mag je niet bang zijn fouten te maken. Ongelukjes of toevalligheden sluit ik nooit uit. In 100 Years hoor je bijvoorbeeld een vuilniswagen die door mijn straat dendert. Ik had dat geluid eruit kunnen filteren, maar heb het er bewust in gelaten. Ik hou van dat soort momenten in muziek: ze brengen onverwacht leven in de brouwerij. En ze doen je beseffen dat artiesten in precies dezelfde wereld leven als jij.

Ik heb de indruk dat de songs uit je vorige cd vooral op je innerlijke gericht waren, terwijl The Future’s Void meer vandoen heeft met de buitenwereld en de manier waarop die zich opdringt aan het individu.

EMA: Dat is één interpretatie. The Future’s Void handelt niet over ‘mij versus zij’, maar veeleer over ons allemaal. Trouwens, verliefd zijn of in de steek gelaten worden, zijn universelere onderwerpen dan pakweg een bizarre internetervaring. Mijn nieuwe plaat is misschien iets meer tijdsgebonden dan de vorige, maar dat betekent nog niet dat ze minder over míj zou gaan.

The Future’s Void heeft een grimmige, een ronduit pessimistische ondertoon. De titel klinkt als een waarschuwing.

EMA: Het is een cyberpunkplaat, hé. Deze keer heb ik me vooral laten inspireren door toekomstliteratuur.

In Neuromancer en Cthulu verwijs je respectievelijk naar William Gibson en H.P. Lovecraft, twee auteurs die, elk op hun eigen manier, hebben gewaarschuwd voor de gevaren van kennis en informatie.

EMA: Al wat Gibson voorspeld heeft, is intussen uitgekomen. Maar zelf vind ik het idee achter The Future’s Void best bevrijdend hoor: we hoeven ons over de toekomst geen zorgen meer te maken, want we zitten er al tot over onze oren in. Alleen ziet ze er anders uit dan verwacht. Maar ik gruw van didactiek in de kunst en behoor zeker niet tot diegenen voor wie de wereld óf een utopia óf een dystopia is. Oké, we leven op een reusachtige afvalberg en produceren allerlei rommel die ons voedsel vergiftigt. Tegelijk hebben we ons lot in eigen handen. Over onze omgang met het internet kun je precies hetzelfde zeggen: je komt er de walgelijkste dingen tegen, maar stuit er net zo goed op boeiende ideeën, waar je vroeger in geen lichtjaren mee kennisgemaakt zou hebben.

Paradoxaal genoeg heeft het medium dat ons moest emanciperen ons ook in een ijzeren greep. Het internet is als Big Brother, die voortdurend ons doen en laten controleert. De websites die we bezoeken, onze Facebookvrienden, ons consumptiegedrag, het wordt allemaal netjes in kaart gebracht door lieden die we niet eens kennen. Wég privacy.

EMA: Klopt. Precies daarom is het goed te beseffen dat niemand je verplicht de hele tijd online te zijn en alle aspecten van je leven te delen. Vergelijk het met geld: als je snel rijk wilt worden, kun je het je leven laten domineren, maar je kunt ook beslissen dat je andere dingen belangrijker vindt: vrije tijd, een sociaal leven, zelfexpressie… Op het net staat zoveel informatie dat ze sowieso niet te assimileren valt. Ben je echt een mislukkeling omdat je op Twitter slechts twintig volgers hebt? Loont het wel de moeite er zoveel van je tijd in te investeren? Waarom zeg je niet gewoon: ik doe niet meer mee?

Tegelijk ben je als artieste toch minder geneigd op het podium iets nieuws uit te proberen, als je weet dat het de volgende dag gegarandeerd op YouTube staat?

EMA: Daar heb je een punt. Obscuriteit betekent vrijheid, maar blijkbaar is die vandaag niemand meer gegund. Bij alles wat je doet, kijkt een camera mee. Iedere flater die je begaat, kan je nog jaren achtervolgen. Paranoïde word ik ervan.

Weet je, zelf kom ik uit een undergroundmilieu, waar noise en experiment schering en inslag zijn. In de groezelige clubs waar ik mijn eerste show speelde, stond improvisatie hoog aangeschreven. Ieder optreden hield risico’s in: ik wist nooit vooraf of het goed of slecht zou aflopen, maar er was tenminste interactie met de toeschouwers. Het publiek aanvaardde ook dat wie van de geijkte paden afweek op zijn gezicht kon gaan. Maar zodra je doorgroeit naar grotere podia, besef je plots hoe snel alles wat je hebt geleerd zijn relevantie verliest.

Ik moet nog altijd wennen aan het idee dat wie vandaag naar mijn concerten komt mijn songs wil horen, precies zoals ze op de plaat staan. Voor een publiek spelen dat er een ander waardensysteem op na houdt dan jij is een bevreemdende ervaring. Al die lui in de zaal die de hele tijd met hun iPhone staan te zwaaien, waar kómen die eigenlijk voor?

Naar So Blonde te oordelen stoort het je mateloos dat je door je haarkleur meteen in een stereotiep hokje wordt gestopt.

EMA: Het beeld van de blonde vrouw is het meest geëxploiteerde in de reclamewereld, toevallig ook het milieu dat de grootste talenten van mijn generatie tewerkstelt. Toen ik op tournee was en mijn label snel een hoesfoto nodig had voor mijn single Marked, koos het, zonder dat ik het wist, een beeld waarop ik nogal sexy oogde. Dat zat me behoorlijk dwars. Sinds Andy Warhol is de grens tussen kunst en advertenties erg smal geworden. Ik pieker er dus dagelijks over hoe ik kan vermijden dat wat voor mij eerlijk en heilig is, verwordt tot een banale reclamespot.

Je hebt je teksten weleens als producten van je onderbewustzijn bestempeld.

EMA: Ik schrijf erg snel en vaak besef ik pas veel later wat ik precies heb bedoeld. Nóg een uitloper van mijn Scandinavische achtergrond, wellicht: er is me altijd geleerd mijn gevoelens te onderdrukken. Maar als ik de dingen van me af schrijf, voel ik me lichter. Iedere song is een toverspreuk, een daad van exorcisme. Ik weet nog steeds niet helemaal wat The Future’s Void precies betekent en snap nauwelijks hoe de songs thematisch op elkaar inwerken. Maar zoals ze bij de hindoes zeggen: ieder verhaal dat je vertelt, gaat in wezen over jezelf.

THE FUTURE’S VOID

Uit op City Slang.

EMA concerteert op 1/6 in DOK, Gent, democrazy.be

DOOR DIRK STEENHAUT

EMA ‘IK VIND HET IDEE ACHTER THE FUTURE’S VOID BEST BEVRIJDEND: WE HOEVEN ONS GEEN ZORGEN OVER DE TOEKOMST TE MAKEN, WANT WE ZITTEN ER AL TOT OVER ONZE OREN IN.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content