Grote voorbeelden: Neil Young en Stanley Kubrick. Jeugdzonden: ‘Nevermind’ en Billy Joel. Allan Muller – u kent ‘m van Metal Molly en Satellite City, maar voortaan doet hij het ook solo – doet zijn culturele biecht.

– Met welke muziek ben je opgegroeid?

Toen mijn vader in het Verre Oosten werkte, bracht hij altijd stapels illegale cassettes mee. Billy Joel en Thriller van Michael Jackson waren toen mijn favorieten. Via MTV leerde ik nieuwe muziek kennen als de Pixies, Mercury Rev en uiteindelijk Nirvana. Nevermind was trouwens mijn allereerste cd ooit.

– Draai je die nog steeds?

Eén keer per jaar of zo. De plaat was revolutionair in zijn tijd, maar ik ben ze nu behoorlijk ontgroeid. Albums als Pet Sounds van The Beach Boys, Blood on the tracks van Bob Dylan en The Last Waltz van The Band blijf ik wel eeuwig goed vinden. En momenteel ben ik helemaal weg van de laatste van de Kaiser Chiefs.

– Wie is je grote held?

Neil Young, omdat hij van alle songwriters het meest geniale platen heeft gemaakt. Als er één plaat mijn iPod nooit verlaat, is het wel Everybody knows this is nowhere. Ze staat vol epische 10 minutensongs met ellenlange gitaarsolo’s, maar het is er nooit over. Veel platen van Neil Young uit de jaren 70 verschijnen trouwens nu pas op cd. Aangezien mijn platendraaier kapot is, wil ik die allemaal hebben.

– Is er een genre waar je tenen van gaan krullen?

Symforock genre Genesis, Yes en Within Temptation. Maar als het er helemaal over is, zoals The Darkness, dan vind ik het wel weer super. In de zomer met hun debuutplaat volle bak in de auto: heerlijk.

– Ben je een filmkenner?

Een liefhebber – ik heb zelfs twee jaar filmschool gevolgd. Ik ben een grote Stanley Kubrickfan. 2001: A Space Odyssey, Dr. Strangelove en The Shining zijn stuk voor stuk fantastische films. Mijn Belgische all time favourite is – om persoonlijke redenen – Any Way the Wind Blows van Tom Barman.

– Jij was ook op die cokefeestjes?

De mensen die erin meedoen, die scènes die gebeuren: ik herken dat allemaal, ik heb dat zelf ook meegemaakt. De soundtrack maakt de film trouwens ook helemaal af. De eerste kortfilm waarvoor ik zelf de soundtrack heb gemaakt – Fait d’hiver met Tom Van Dyck – was trouwens genomineerd voor een Oscar. Niet slecht hé?

– Heb je een fetisjauteur?

Ik lees graag het werk van José Saramago en van Philip Roth. Zijn voorlaatste, Het complot tegen Amerika, blies me omver. Ik ben nu bezig in Ik was nooit in Isfahaan van Tommy Wieringa, een bundel reisverhalen. Ik hou van kortverhalen. Je kan erin lezen wanneer je maar wil. Ik volg avondonderwijs politicologie, dus ik lees momenteel nogal wat non-fictie over bestuurswetenschappen en de structuur van de Europese Unie.

– Heb je thuis kunst hangen?

Een paar posters van Miró, maar ze passen niet meer in mijn living. Naar kunst kijken in een museum is voor mij perfect om stoom af te laten. Ik ben opgegroeid vlakbij het Museum van de Krijgskunst aan het Jubelpark. Als ik niet wist wat doen, ging ik daar gewoon wat rondlopen. Fantastisch, al die helmen en zwaarden. Panamarenko vind ik ook geweldig: hij leeft als een kind in zijn eigen fantasiewereld. Ik ben daar eigenlijk wel jaloers op.

Resting My Case, de soloplaat van Allan Muller, is uit bij Rough Trade .

Thijs Demeulemeester

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content