In Jojo Rabbit neemt regisseur, komiek en denkbeeldige Hitler Taika Waititi de waanzin van de nazi’s in het vizier, maar een Totalsieg levert dat niet op.
Denkbeeldige vriendjes zijn van alle tijden, religies en ideologieën, dus zullen er ook in de jaren veertig vast flink wat blonde, Teutoonse knullen zijn geweest die imaginaire gesprekken voerden met Adolf Hitler. Zo ook de tienjarige Johannes, die zich in het diepst zijner gebrainwashte gedachten gesteund weet door der Führer. Altijd en overal staat de Opperste Ariër voor hem klaar met goede raad en vaderlijk advies, zelfs wanneer het Hitlerjugendkamp niet bepaald heroïsch verloopt, of wanneer een Joods meisje zich in zijn kamer verstopt – iets wat niet alleen een blitzkrieg op zijn wereldbeeld maar ook op zijn hormonenspiegel blijkt.
Dat is de behoorlijk bizarre premisse van Taika Waititi’s even groteske als gestileerde oorlogssatire annex coming-of-agesprookje, losjes gebaseerd op de (meer gewichtige) roman Caging Skies van Christine Leunens en met Waititi zelf als funky Führer. Verwacht daarom nog geen eenentwintigste-eeuwse The Great Dictator in kleur en met hoog hipstergehalte. Net als Chaplin indertijd mag Waititi dan wel farce en sentiment hand in hand laten marcheren en molenwieken als een op drift geslagen Walkure, echt grappig, groots, laat staan subversief wordt het nooit, wat de imperialistische stoottroepen van de cultuurindustrie – de Academy nomineerde Jojo Rabbit zowaar voor de Oscar van beste film – ook mogen beweren.
u003cemu003eJoJo Rabbitu003c/emu003e is tu0026#xE9; mooi, tu0026#xE9; lief en vooral tu0026#xE9; ongrappig om echt te beroeren of te provoceren.
Uiteraard zijn de nazi’s en hun waanzinnige wereldbeeld het mikpunt van Waikiki’s spot, en uiteraard staat het artiesten vrij om de geschiedenis te kneden zoals ze willen, zelfs al loert historisch relativisme om de hoek. Alleen mikt de Nieuw-Zeelander er meer dan eens flink naast, en is zijn Hitlerkarikatuur zo slap dat hij zelfs uit ‘Allo ‘Allo! zou worden weggeknipt. Bovendien voelt de slotakte meer dan een beetje veilig, vals en geforceerd: de toon wordt alsnog grimmiger, de haast cartooneske banaliteit van het kwade wijkt voor realistischer maar netjes afgeborsteld sadisme en de obligate zedenles (die de jonge, charmante Johannes tegen dan natuurlijk allang kent) wordt er veiligheidshalve nog eens ingejast.
Plots is de goedbedoelde maar voorgekauwde kitsch van Roberto Benigni’s La vita è bella (ook bekroond met een Oscar!) akelig dichtbij. Dat gevoel wordt nog versterkt door de prachtige postkaartenfotografie van cameraman Mihai Malaimare Jr., die eerder Paul Thomas Andersons The Master op pellicule brandde. Elk beeld baadt in warme, gepimpte kleuren, en lijkt gecomponeerd met de rigiditeit van Hitlers potsierlijke borstelsnor. Daardoor heeft het geheel iets abstraherends en sprookjesachtigs, alsof ook Wes Anderson op de achtergrond stond mee te gluren.
Anders gezegd: JoJo Rabbit is té mooi, té lief en vooral té ongrappig om echt te beroeren of te provoceren, waardoor je zou beginnen te hopen dat Waititi tijdens de opnames niet Benigni als imaginair vriendje had gehad, maar wel Lars Von Trier. Of beter nog: Franz Liebkind. U weet wel, die Hitlergek die in Mel Brooks’ heerlijk antiautoritaire farce The Producers met de musical Springtime for Hitler op de proppen kwam.
Jojo Rabbit
Taika Waititi met Taika Waititi, Scarlett Johansson, Roman Griffin Davis
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier