Schrik niet als u de nieuwe Berlusconifilm ziet: ‘Die periode was écht zo vulgair’
Niemand kan decadentie en vulgariteit zo mooi in beeld brengen als Paolo Sorrentino. De regisseur van La grande bellezza en de tv-serie The Young Pope was dus de juiste man om de bunga-bungaperiode van de Italiaanse premier en mediamagnaat Silvio Berlusconi te verfilmen. ‘Ik heb helemáál niet overdreven. Die periode was écht zo vulgair.’
Een regeringsleider om je dood voor te schamen, daar heeft Amerika nu eens géén monopolie op. In Italië weten ze al veel langer hoe dat voelt. Sinds 1994 is het land al drie keer bestuurd door Silvio Berlusconi. De schatrijke mediamagnaat en ex-voorzitter van voetbalclub AC Milan noemde linkse stemmers ‘geestelijk gehandicapt’, dichtte de Duitse bondskanselier Angela Merkel een ‘onneukbaar dikke kont’ toe, noemde de Amerikaanse president Barack Obama ‘knap, jong en gebruind’ en werd veroordeeld voor belastingontduiking, afluisterpraktijken en betaalde seks met een minderjarige.
Berlusconi’s ware aard komt pas boven wanneer hij zich moet roeren om de macht te heroveren.
Dat regisseur Paolo SorrentinoIl Cavaliere nu met de hulp van zijn fetisjacteur Toni Servillo portretteert in Loro is allesbehalve een verrassing. Sorrentino brak in 2008 internationaal door met Il divo, een barokke, hypergestileerde biografie van Giulio Andreotti, de christendemocratische premier die Italië in de jaren zeventig en tachtig bestuurde en van veel onfrisse praktijken is verdacht. In 2014 won Sorrentino ten koste van het Belgische The Broken Circle Breakdown een Oscar met La grande bellezza, een film waarin hij zijn fascinatie voor blingbling, decadentie, het ennui van de botox- en Berlusconigeneratie en de eeuwigheid van Rome botvierde. En omdat een en een nog altijd twee is, komen in Loro Sorrentino’s fascinatie met macht en de schoonheid van het groteske samen.
Mooie meisjes en bergen cocaïne
Sorrentino ensceneert gebiologeerd de wilde feestjes met massa’s mooie meisjes die door vieze venten betast worden, bergen cocaïne en andere platheden waar Berlusconi zo van hield. ‘Ik heb de vulgariteitscoëfficiënt helemáál niet opgeschroefd. Die periode was écht zo vulgair’, benadrukt hij. ‘Die uitspattingen werden ook helemaal niet verborgen. Ze gebeurden open en bloot en de film neemt daar gewoon akte van. Ik laat op het scherm zien wat er in werkelijkheid is gebeurd.’
De stilist wast zijn handen in onschuld, maar kan niet anders dan erkennen dat bunga-bungafeestjes ook zijn verbeelding prikkelen. ‘Vulgariteit heeft ook iets aantrekkelijks. Daar wil ik eerlijk in zijn. Daarom zul je me niet snel betrappen op denigrerende of moraliserende uitspraken over hoe slecht, onfatsoenlijk of onverdraaglijk zulke losbandigheden zijn. Loro laat ze zien en ik vind dat je het publiek in deze moet vertrouwen. Het zal zelf wel een oordeel vellen over wat het voorgeschoteld krijgt. Dat hoef ik niet te doen.’
De decadentie van Berlusconi en zijn hofhouding ( Loro betekent ‘zij’), bevolkt door belachelijke rijkaards en machtsgeile hielenlikkers, boeit Sorrentino meer dan Berlusconi’s politieke erfenis of de corruptieschandalen. Met opzet koos hij voor een periode waarin die tijdelijk geen premier was. ‘Ik ben van mening dat Berlusconi zichzelf niet blootgeeft wanneer hij aan de macht is. Zijn ware aard komt pas boven wanneer hij niet regeert en hij zich moet roeren om de macht weer te veroveren. Daarom laat ik hem zien nadat hij premier af is: opgesloten in een villa die in weinig verschilt van een gouden kooi, verwoed broedend op een plan om opnieuw eerste minister te worden.’
Geboren verleider
Paolo Sorrentino
Geboren in 1970 in Napels, Italië. Wees sinds zijn zeventiende.
Is fan van de Belgische Napoli-spits Dries Mertens.
Valt in 2018 in Cannes in de prijzen met Il divo.
Wint in 2014 de Oscar voor de beste niet-Engelstalige film met La grande bellezza.
Transformeerde Sean Penn voor het tegenvallende This Must Be the Place (2011) tot een dubbelganger van Robert Smith van The Cure.
Schrijft ook boeken.
Berlusconi zag de bui hangen en nam contact op met Sorrentino. ‘Hij stelde me voor om te filmen in een van zijn villa’s. Vraag me niet waarom. Ik heb in elk geval geweigerd.’ In september vorig jaar viel de oud-premier het project aan. Enigszins voorbarig, want een afrekening is Loro niet geworden. Sorrentino vraagt zich ook af wat in het voordeel van Berlusconi pleitte en hoe hij erin slaagde om in totaal bijna een kwarteeuw aan de macht te zijn. ‘Hij moet inderdaad ook iets juist gedaan hebben om zo populair te zijn. Berlusconi is een geboren verleider met een buitengewone vastberadenheid en vitaliteit. Hij had de geschiedenis ook aan zijn kant: hij was er op een scharniermoment, toen Italië verandering wilde. Hij vulde het vacuüm dat was ontstaan door de teloorgang van de traditionele politieke partijen. Ik besef dat mijn antwoord ontoereikend is, maar voor de film maakt dat niet veel uit. Of je nu voor of tegen hem bent, of je dat nu leuk vindt of niet, Berlusconi is een van de belangrijkste persoonlijkheden die Italië de afgelopen vijfentwintig jaar heeft gekend.’
De Berlusconi in de film is een oude, ijdele demagoog die door een tienermeisje afgewezen wordt omdat hij naar grootvader ruikt en die halvelings beseft dat hij er niet veel van gebakken heeft. ‘Berlusconi genoot ervan de macht te veroveren, niet van de uitoefening ervan. Moeten regeren vindt hij maar niets. Dat is te veel gedoe. Daarin verschilt hij enorm van Giulio Andreotti. Die genoot van regeren. In wel meer opzichten zijn ze elkaars tegenpolen. Andreotti heb ik in Il divo gekarakteriseerd als een onbeweeglijke introvert. Het was een hele klus om dat om te zetten in cinema. Met Berlusconi had ik het omgekeerde voor: hij staat nooit stil, maar heeft helemaal geen grote innerlijke wereld.’
Loro
Nu in de bioscoop.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier