Groteske vriendelijke reus: ‘The Whale’ is een empathische monsterfilm die op een bizarre manier beroert

4 / 5
© National
4 / 5

Film - The Whale

Regisseur - Darren Aronofsky

Cast - Brendan Fraser, Sadie Sink, Hong Chau, Samantha Morton

Dave Mestdach
Dave Mestdach Chef film van Knack Focus

Darren Aronofsky’s The Whale voert Brandon Fraser op als vader met morbide obesitas, een vervreemde tienerdochter én een grote appetijt voor Herman Melvilles Moby Dick.

De donkerste krochten van de ziel verkennen en flirten met het groteske, op het manische af: het is wat de immer avontuurlijk ingestelde, door zelfdestructie geobsedeerde Darren Aronofsky (54) al een carrière lang doet. Het leverde koortsige, expressionistisch in beeld gestanste prijsbeesten op als Requiem for a Dream (2000), The Wrestler (2008) en Black Swan (2010). Maar Aronofsky’s met-de-kop-vooruitattitude resulteerde ook in films die ofwel kritisch, ofwel commercieel, ofwel in beide opzichten lelijk op hun bek gingen, zoals Noah (2014) en Mother! (2017). Terecht of niet.

Wie de premisse van The Whale leest – Charlie, een dodelijk zwaarlijvige man, krijgt zijn vervreemde tienerdochter Ellie over de vloer – zou op voorhand vrezen dat ook Aronofsky’s nieuwste in die laatste categorie thuishoort. En dan zeker wanneer je ook nog een still ziet van gevallen Hollywoodheld Brendan Fraser met fatsuit – excuus: weight-gain suit.

Subtiel kun je de metaforiek niet noemen. Toch niet met een vader, Charlie dus, die zich volpropt met schuldgevoelens en junkfood en opgesloten zit in een gigantisch lijf en een benepen flat. Bovendien blijkt die kolos ook nog eens literatuurdocent te zijn die zijn studenten Herman Melvilles klassieke roman Moby Dick oplepelt. Maar dan enkel online en zonder webcam, aangezien hij zich schaamt voor zijn verschijning en zijn eetstoornis.

Het is in your face, over the top en ronduit campy. Als een soort Whatever Happened to Baby Jane met morbide obesitas en aangedikte religieuze complexen.

Maar toch werkt het. Visueel én emotioneel. Dat is niet alleen te danken aan de make-upafdeling, die Fraser zo’n 200 kilo kloeker maakt. Hoewel de film – naar het toneelstuk van Samuel D. Hunter – zich afspeelt in één stoffig appartement weet Aronofsky ritme en ruimte in zijn drama te proppen, zelfs al kan het (zichzelf) stikkende hoofdpersonage nog nauwelijks bewegen.

Nog meer dan door de mise-en-scène drijft The Whale voorbij zijn opgezwollen theatraliteit door de puntige personages en aandoenlijke vertolkingen. Er is Stranger Things-revelatie Sadie Sink als de cynische tienerdochter Ellie met wie Charlie zich tracht te verzoenen, met het fanatisme maar zonder het revanchisme van captain Ahab. Er is Hong Chau als Charlies thuisverpleegster, die laveert tussen compassie en aanvaarding. En uiteraard is er Brandon Fraser, die elke gezichtsspier vol overgave opspant als de grote, vriendelijke maar getroebleerde reus die zijn pijn – Charlie is gescheiden, homo en godvrezend – tevergeefs tracht weg te vreten.

Is The Whale deels een monsterfilm die het van zijn freakshowgehalte moet hebben? Een extra large portie bodyhorror die poseert als diepzinnig familiedrama? Zeer zeker wel, en bij momenten zoekt Aronofsky – nooit beschroomd om er een ons bovenop te doen – bewust de walging en het schokeffect op. Alleen is het een monsterfilm die op een bizarre, zeg gerust groteske manier beroert, met zijn verwrongen vaderdochterromance. Bovendien staat hij bol van de empathie, met zijn monster dat zeker zo menselijk, fragiel en groothartig is als dat van Frankenstein, en zo mogelijk nog meer snakt naar liefde dan naar clubsandwiches.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content